Ze zijn nog geen jaar met de commerciële algenteelt bezig, Hendrik Staarink en zijn partner Stefano Canziani. Maar ze geloven heilig in de toekomst van hun bedrijf Algreen, dat zich toelegt op de teelt van verse algen. “Algen zijn de groente van de toekomst.”

Staarink begon met zijn studie in Wageningen in 2008 over waterbeheer in de landbouw en deed zijn afstudeeronderzoek dicht bij de Oosterschelde in Zeeland. Na het bezoeken van schelpdier- en wiertelers laaide zijn enthousiasme over algen verder op. Hij las tijdens de zomervakantie een paar boeken over algenteelt en van het een kwam het ander.

Tijdens zijn studie ontmoette hij Stefano die biotechnologie studeerde, en behept bleek met dezelfde fascinatie. “We zijn samen naar Frankrijk gegaan, algenkwekerijen bezoeken. Dit zijn commerciële bedrijven, maar ze waren toch vrij open. We bestudeerden het teeltsysteem, die ze raceway-vijvers noemen. Bijna alle commerciële teelt van algen vindt plaats in raceways. Wij zagen commerciële kansen, want de prijs voor de spirulina-alg is goed. Wij dachten: dat kunnen wij ook.”

Wanneer zijn jullie met de algenteelt begonnen?
“In 2014 hebben we voor het eerst op experimentele schaal spirulina geteeld en de stap uit het lab gezet. Er is veel onderzoek gedaan naar de groei van spirulina en wij werken met beproefde technieken en een alg die is aangepast aan het Nederlandse klimaat. Daarom zijn we in 2015 met de productie op grotere schaal gestart. Inmiddels hebben we een kantoor in Wageningen, en een teeltlocatie in de buurt.”

“Wij richten ons met dit product nu vooral op de markt voor gezonde sappen en op goede restaurants.”

Spirulina wordt voornamelijk gegeten vanwege het relatief hoge gehalte aan eiwitten. “Ik zou het een superfood willen noemen, al geldt dat ook voor andere groenten. Voor mij is het wel een hele bijzondere groente.” Spirulina zit tjokvol goed opneembare eiwitten, is een belangrijke bron van vitaminen (bijv. K), mineralen (met name ijzer) en antioxidanten (phycocyanine). Hierdoor is het makkelijk toepasbaar in een gezond dieet.

Wie moeten jullie verse algen gaan afnemen?

“Wij hebben eerst marktonderzoek gedaan. Daaruit kwam naar voren dat de markt groeit, het product gezond is, niet te duur en makkelijk toepasbaar. Je kunt het eigenlijk overal doorheen gooien. Veel mensen eten het nu als supplement. Wij richten ons met dit product nu vooral op de markt voor gezonde sappen en op goede restaurants. We leveren onder meer aan kleine sapbarren en –winkels in Amsterdam. Die gebruiken vaak poeders en die vervangen dat nu door ons product. Ze zeggen dat het beter smaakt.”

Waarom zien jullie algen als de groente van de toekomst?
“Omdat het zo een simpele teelt is. Het oogsten is super: je hoeft het niet te plukken of te knippen. De teelt is makkelijk te mechaniseren en te schalen. Je hebt heel weinig energie nodig, alleen een beetje zonlicht. We produceren in een koude kas. We gebruiken ook geen bestrijdingsmiddelen. De algen stellen bovendien lage eisen aan de waterkwaliteit (zoutgehalte, red.) en stoten geen broeikasgassen uit. Het is een heel duurzame teelt.”

“In een gewone kas moet je ventileren, dat hoeven wij niet te doen. Het Nieuwe Telen doen wij al. Je ziet in algenland best wel veel technologieën die op papier heel interessant zijn, maar die commercieel moeilijk haalbaar zijn. Wij houden het zo simpel mogelijk en maken het zo complex als nodig is. Wij onderscheiden ons met een vers product, maar ook met een duurzame productie.” Door vers te leveren is de smaak niet alleen beter, maar verliest het ook minder voedingswaarde, vervolgt Staarink. “Het scheelt ook in de kosten, want drogen kost extra energie.”

Kan iedere tuinder met een bak zout water in de toekomst algen telen?
“Zo simpel is het niet. Je hebt er wel een bepaald vakmanschap voor nodig. Er komt heel wat bij kijken: de teelt, de certificering, de biologische checks, microscopische checks, de oogst, de verwerking… Dat hele proces hebben wij eerst uitgedokterd. Wij hebben ook de teeltomstandigheden voor onze algen geoptimaliseerd. Wij maken onze eigen voedingsmix. Het is wel vergelijkbaar met wat andere groentetelers doen.”

“Wij onderscheiden ons met een vers product, maar ook met een duurzame productie.”

Wat de productie-opbrengst is, wil Staarink niet zeggen. “Ook in een koude kas kunnen we er iets aan verdienen. Maar op deze schaal kost het natuurlijk relatief veel arbeid. Bij voldoende schaal zou je in Nederland met het huidige systeem al rendabel algen kunnen telen met het ras dat wij hebben ontwikkeld. Wij maken gebruik van een aangepaste spirulina-variant, verkregen door selectie.”

Wat wordt jullie volgende stap?

“Opschalen van de teelt wordt onze volgende uitdaging. We willen naar een grotere kas, bij voorkeur met restwarmte, zodat we in de winter geen productiedip meer hebben. Gedroogde algen zijn onze belangrijkste concurrent. We kunnen wel zeggen: ons product is beter. Maar als ons verse product veel duurder gaat worden, dan is het wel concurrentie”, aldus Staarink.

“We zijn ook bezig met het uitbreiden van ons assortiment. In de onderwater groenteteelt valt nog veel te ontdekken. Daar komt bij dat onze afnemers vragen naar andere gezonde en smaakvolle algen. Zo zijn we momenteel bezig met de teelt van een bijzonder smaakvolle wier (een macro-alg, red.), en houden we onze kennis en kunde over micro-algen up-to-date in onder andere het project ‘Luteine 2.0’, waarmee we een prijs hebben gewonnen van de NWO. Inmiddels praten we met investeerders, zodat het bedrijf verder kan groeien en in de nabije toekomst hopelijk meer mensen kunnen genieten van de lokaal geteelde, superverse algen van Algreen.”

Bekijk ook dit filmpje over verse Spirulina of ga naar de website van Algreen.

Tekst en foto’s: Mario Bentvelsen.