Verdamping – en dus energieverlies – kan worden beperkt door overbodig blad te verwijderen. Toch wordt het in weinig gewassen toegepast. Prof. dr. ir. Leo Marcelis van Wageningen Universiteit ziet mogelijkheden voor paprika, tomaat, aubergine en roos.

“Paprika is zo’n gewas waar het blad onderin niet nodig is voor de productie. Het draagt niet meer bij aan de fotosynthese, terwijl het wel vocht blijft verdampen. Zonder die verdamping zou je op energie kunnen besparen. In de nazomer zou je daarom die onderste bladeren moeten verwijderen. De Nederlandse telers vinden echter dat dat teveel arbeid vraagt. “Dat gaan we niet doen”, luidde hun commentaar toen wij er een onderzoeksvoorstel voor indienden, omdat ze verwachten dat er geen grote bedragen mee zijn te verdienen. In zo’n geval heeft het geen zin zo’n onderzoek door te drukken naar hoeveel extra productie je met bladplukken behaalt. Of naar hoezeer bladplukken leidt tot minder ziektegevoeligheid, vanwege de betere luchtcirculatie rond het gewas. Ook bij aubergine zou er met bladplukken in de nazomer winst zijn te behalen”.

“Blad verwijderen in paprika is in principe heel simpel; je ritst het blad eraf. De winst die je in paprika met bladplukken kan bereiken, kun je berekenen in een model. Maar door de afwijzing van de praktijk krijgt het onderzoek geen kans het te bewijzen.”

“In de tomatenteelt is het nut van extra bladplukken wel door de praktijk omarmd.”

“In de tomatenteelt is het nut van extra bladplukken wel door de praktijk omarmd. In onderzoek wordt nu gekeken hoeveel bladoppervlak je echt nodig hebt. In de winter maakt de plant sowieso teveel blad. Daar doen we meer onderzoek naar.”

“In tomaat neem je het blad in de kop weg nog voor het helemaal is gevormd. In de ontwikkeling van dat blad hoeft de plant dan helemaal geen energie te stoppen. In de praktijk wordt dit al gedaan, maar daar valt nog wel iets in te optimaliseren. Daar loopt nu nog onderzoek naar bij Wageningen UR Glastuinbouw in Bleiswijk; onderzoek overigens waar ik niet echt bij betrokken ben.”

“Over de hoeveelheid gewenst blad is het laatste woord nog niet gesproken. Het nut van bladplukken geldt naar mijn overtuiging zeker ook voor roos. In dat gewas gaat veel energie verloren aan onnodig veel bladmassa. Als al die suikers die nu naar de uitgebogen takken gaan beschikbaar zouden komen voor productie, dan zou je voor mijn gevoel veel meer takken kunnen oogsten. Daar moeten we nog eens iets slims voor bedenken. Ik weet heel zeker dat er nu veel energie verloren gaat.”

Door de komst van LEDs, klimaatbeheersing en een groeiend inzicht in plantfysiologie kun je tegenwoordig over de hele wereld in kassen telen. Heeft de glasteelt in Nederland nog toekomst?

“Telen onder glas in Nederland is zo gek nog niet. Je hebt er niet zulke hete zomers. De winters hebben wat weinig licht, maar in andere  glasteeltgebieden – zoals in Amerika – kan het in de winter behoorlijk koud zijn. In veel gebieden zijn de klimaatomstandigheden met regelmaat extreem. Nee, zo slecht is telen hier niet.”

“Telen onder glas in Nederland is zo gek nog niet.”

“Een feit is wel dat de ontwikkelingen in de teelt over de hele wereld snel gaan. In efficiëntie loopt Nederland echter nog wel voorop. Wil je die voorsprong behouden dan betekent dat, dat het steeds slimmer moet met efficiënt telen, marketing, kwaliteit en inhoudsstoffen. Telers moeten steeds blijven vernieuwen.”

Leo F.M. Marcelis (Elst Gld, 1963) studeerde Tuinbouw in Wageningen en promoveerde in die discipline in 1994 in Wageningen. De laatste jaren was hij tot 2013 buitengewoon hoogleraar Plantenteelt in Energiezuinige Kassen aan Wageningen Universiteit en teamleider bij Wageningen UR Glastuinbouw. Per 1 december 2013 werd prof. dr. ir. Leo Marcelis benoemd tot gewoon hoogleraar Tuinbouw en Productfysiologie van Wageningen Universiteit.

Tekst: Tuinbouwteksten.nl/Theo Brakeboer. Foto: Mario Bentvelsen.