Blockchaintechnologie wordt steeds vaker bestempeld als de grootste uitvinding sinds het internet. Maar wat kan blockchain voor de tuinbouw betekenen? Wageningen Economic Research publiceerde onlangs een pilotstudie, terwijl Rabobank en Havenbedrijf Rotterdam er al volop mee experimenteren.
Blockchain kan transacties in een keten veel efficiënter laten verlopen. Simpel gezegd is het een decentraal digitaal grootboek van transacties waar de verschillende partijen in een keten bij kunnen. De koppeling van verschillende IT-systemen is overbodig. Bovendien zijn de gegevens in een blockchain niet meer te manipuleren. De virtuele munt bitcoin is het bekendste voorbeeld van een blockchaintoepassing.
Voedselintegriteit verzekeren
Volgens Wageningen Economic Research neemt de vraag naar meer informatie en transparantie over voedsel in de samenleving toe. Tegelijkertijd worden steeds meer voedingsproducten vergezeld van een verscheidenheid aan certificatieschema’s, met een toenemend risico op fraude en vervalsing. De huidige transparantie- en vertrouwenssystemen hebben dit niet kunnen oplossen en vormen een ernstige bedreiging voor voedselveiligheid, voedselkwaliteit en duurzaamheid. Voedselintegriteit is een groot probleem geworden. Blockchaintechnologie kan de transparantie en het vertrouwen in voedselketens bevorderen en voedselintegriteit verzekeren.
PPS-project ‘Blockchain for Agrifood’
Het PPS-project ‘Blockchain for Agrifood’ wil bijdragen aan een beter begrip van de blockchaintechnologie (BCT) en de implicaties daarvan voor agrifood. Het tweede doel van dit project is het ontwikkelen van een ‘proof of concept’ in een op applicaties gebaseerde user case over tafeldruiven uit Zuid-Afrika, waarbij BCT zou kunnen worden toegepast. Wageningen Economic Research verwacht dat BCT ketenpartners onder meer kan helpen bij het verbeteren van de transparantie en efficiëntie van zakelijke transacties, compliance processen en tracking & tracing van voedselproducten. Meer informatie is te vinden in de pilotstudie ‘Blockchain for Agriculture and Food’.
Rabobank werkt aan handelsplatform
Rabobank constateert dat blockchain voor sommige sectoren een gevaar kan vormen, omdat de toepassing hun taken (gedeeltelijk) kan vervangen. Denk bijvoorbeeld aan accountants, notarissen en bankiers. Daarom experimenteert de bank zelf volop met blockchaintechnologie, om zo in de toekomst bestaansrecht te behouden. Bovendien start zij als eerste Nederlandse bank met een werkende blockchaintoepassing voor de internationale handel, genaamd we.trade. Dit is een internationaal handelsplatform waarop een koper aangeeft wat hij koopt, van welke verkoper, wat de betaalafspraken zijn en hoe hij het laat transporteren. De verkoper wordt automatisch betaald op een afgesproken moment, bijvoorbeeld wanneer de bestelling binnen is. Dit maakt handelen voor beide partijen een stuk minder risicovol. Internationale ondernemers kunnen hiermee hun import- en exportprocessen eenvoudiger, betrouwbaarder en efficiënter maken. Bovendien verhoogt het de transparantie van geld- en goederenstromen, aldus Rabobank. Naar verwachting vinden de eerste tests met klanten begin 2018 plaats, de lancering van het platform staat gepland in het voorjaar van 2018. Meer informatie over blockchain is te vinden in het rapport ‘Blockchain: Changing Interaction in the F&A Supply Chain from Paddock to Plate’.
Havenbedrijf Rotterdam investeert in fieldlab
Havenbedrijf Rotterdam en de gemeente Rotterdam steken elk ‘enkele tonnen’ in een fieldlab, BlockLab genaamd, voor de ontwikkeling en toepassing van blockchain in de haven. Er wordt onder meer geëxperimenteerd met het centraal vastleggen van voorraden bij bedrijven en de financiering daarvan. “Door meer gebruik te maken van blockchain kunnen de kosten in havenlogistiek met zeker 5% tot 10% omlaag”, zei financieel bestuurder Paul Smits in het Financieel Dagblad.
Steeds meer sectoren, waaronder de voedingsmiddelenbranche en de verzekeringsbranche, gaan met blockchaintechnologie aan de slag. Volledig werkende toepassingen zijn echter nog zeldzaam. “Blockchain staat in het middelpunt van de belangstelling, maar is feitelijk nog maar aan het begin van zijn ontwikkeling. Door met proefprojecten te werken wordt duidelijker voor bedrijven in de haven wat de mogelijkheden zijn. Dat kan een stimulans zijn om zelf toepassingen te ontwikkelen”, aldus Smits.
Tekst: Mario Bentvelsen. Bron: Wageningen Economic Research/Rabobank/FD.