Is het mogelijk om het energieverbruik in de chrysantenteelt sterk terug te brengen zonder concessies te doen aan de kwaliteit? Kas als Energiebron daagde chrysantentelers uit om over deze vraag na te denken. Twee deskstudies later ligt er een plan voor een klimaatproef bij het Delphy Improvement Centre in Bleiswijk. Het project kan beginnen.

Stonden er ooit spruiten? Of groeide er gras? In ieder geval nog nooit chrysanten. Lisanne Schuddebeurs en Paul de Veld van Delphy en Marcel Raaphorst van Wageningen University & Research weten het zeker. Na veel substraatproeven zal in de 1.000 m2 grote afdeling voor het eerst in de grond worden geteeld. Deze maand start de eerste teelt binnen het project ‘De Perfecte Chrysant’.

Toenemend energieverbruik

In de praktijk gebruiken chrysantentelers ongeveer 28 tot 30 m3 per jaar aan aardgasequivalenten (kasgas). De kosten voor energie nemen jaarlijks toe, omdat telers hun winterproductie willen verhogen. Daarnaast willen zij hun zomerkwaliteit beter borgen. Dat kan door de kaslucht te koelen.
In twee deskstudies zijn daarom alle opties voor optimaal energieverbruik naast elkaar gelegd. Daaruit bleek onder andere dat het bij een hoge gasprijs voordeliger is om de warmte uit een warmtepomp met aquifer te halen dan uit een WKK, een verwarmingsketel of uit aardwarmte. Daarom is nu voor een praktijkproef gekozen die daar rekening mee houdt. Marcel Raaphorst: “Met de opzet van deze proef is het uiteindelijk mogelijk om niet meer afhankelijk te zijn van fossiele brandstoffen. De warmte die we gaan oogsten is voldoende om zonder aardgas te telen.”

Warmtewisselaars

De afgelopen maanden is één afdeling geschikt gemaakt voor de chrysantenteelt. Op het dek lag al diffuus glas. Aan de gevels zijn OPAC warmtewisselaars geïnstalleerd die behalve verwarmen en koelen ook een ‘brievenbus’ inlaat hebben in de schermdoeken, waarmee lucht kan worden aangezogen. Naast deze warmtewisselaars zijn de hijsverwarming en de bovenverwarming nog steeds warmtebronnen. Deze worden verwarmd met laagwaardige warmte en het is niet de bedoeling om een minimum buis in te stellen.
De afdeling heeft drie schermen op twee dradenbedden. Het verduisteringsdoek Obscura 10070 FR WB+BW ligt onder en heeft een witte, reflecterende onderkant. Verder ligt er het transparante nieuwe energiedoek Luxous 1147 FR (89% directe lichtdoorlatendheid, 47% energiebesparing) en het ‘lichtdiffuserende’ schaduwdoek Harmony 2315 O FR (23% scherming).
Met deze combinatie lukt het om de kaslucht in de zomer te koelen. Ook is het dan mogelijk om de winterproductie gelijk te trekken met de zomerproductie bij geringe elektriciteitstoename. Maar verreweg de belangrijkste doelstelling is om het totale energieverbruik te beperken. De afdeling gebruikt hiervoor 15 m3/m2 per jaar aardgasequivalenten, 25 kg CO2 en 121 kW/m2 elektriciteit.

Hybride belichting

Een belangrijk deel van de besparing moet komen uit de belichtingsinstallatie, die van september tot en met maart wordt ingezet. De proefleiding heeft daarbij gekozen voor een hybride belichtingsinstallatie van 65 µmol/m2/s SON-T en 100 µmol/m2/s LED, beiden in tweeën schakelbaar.
Een deel van de energiebesparing moet komen uit het gebruik van LED’s en het beperken van het aantal belichtingsuren. Raaphorst schat in dat dit ongeveer 30% moet zijn. “LED’s zijn ook veel efficiënter dan SON-T lampen, want je haalt per saldo meer mol licht uit dezelfde hoeveelheid elektriciteit.” De beoogde besparing op elektriciteit is 18% ten opzichte van de praktijk, maar het gewas zal gemiddeld evenveel mol kunstlicht krijgen.
De belichtingsinstallatie is in twee delen gesplitst, waardoor het mogelijk is om verschillende belichtingsstrategieën toe te passen. Lisanne Schuddebeurs: “Op twee plekken in de afdeling hangen we verrood lampen op, die aan het einde van de dag een half uur branden. We willen leren of we met verrood licht de reactietijd kunnen verkorten met behoud van kwaliteit.”

Onderdoor water geven

Met deze complete installatie is het mogelijk om de principes van Het Nieuwe Telen toe te passen. Voor een gewas als chrysant, waar beregening voornamelijk van bovenaf plaatsvindt, kan het gewas te lang nat blijven. “We hebben daarom daarnaast gekozen voor irrigatie met druppelslangen”, vertelt Paul de Veld. “Op die manier zal het gewas minder nat worden. We moeten alleen nog uitwerken hoe we precies gaan druppelen.”
Er zit een limiet op de hoeveelheid CO2 die het gewas krijgt toegediend. Zo zal er tot 800 ppm worden gedoseerd, afhankelijk van de opnamecapaciteit van het gewas. Door iets minder te luchten zal ook minder CO2 ontsnappen. De Veld: “We zullen wel iets minder luchten, maar niet heel veel minder dan de praktijk. De koelcapaciteit is immers maar 100 watt. Het efficiënt uitwisselen van kaslucht met lucht boven de schermen moet bovendien helpen om zoveel mogelijk te ontvochtigen als de schermen dicht liggen.”

Vergelijken met praktijkbedrijven

De projectleiding heeft gekozen voor Baltica, omdat dit het grootste ras is dat voor de klok komt. Stekleveranciers, die ook hun steentje bijdragen aan deze proef, zullen gedurende het jaar per teelt 500 stekken van hun eigen rassen leveren. Zo kunnen zij de groei, kleur en reactietijd beoordelen.
Een begeleidingscommissie zal de proef wekelijks volgen. Deze is samengesteld uit een pool van twaalf chrysantenbedrijven.
“Uiteindelijk willen we uit deze proef een meerproductie halen”, concludeert de Veld. “Daarom zullen we de bloemen vergelijken met die van twee praktijkbedrijven.” Het gaat dan om de lengte, het takgewicht, de reactietijd en het bladoppervlakte aan het begin van de kortedag periode. Voor dit jaar staan vier teeltrondes gepland.
Het onderzoek valt binnen het programma Kas als Energiebron en is gefinancierd door het Ministerie van EZ en ChrIP (chrysantentelers) en wordt uitgevoerd bij Delphy Improvement Centre in Bleiswijk. Svensson en Philips Lighting zijn sponsors. De projectleiding is in handen van Wageningen University & Research. Het project heeft een loopduur van één jaar, maar kan nog worden verlengd.

Samenvatting

In februari is het onderzoek naar ‘De Perfecte Chrysant’ gestart. Het doel is om een betere kwaliteit chrysanten te telen met een aanzienlijke besparing op energie. Hulpmiddelen daarbij zijn warmtewisselaars, drie schermdoeken en een hybride belichtingsinstallatie.

Tekst en foto’s: Pieternel van Velden.

Gerelateerd