Achter de oorspronkelijke boerderij langs de Amstel in Nieuwveen ligt familiebedrijf De Goudsche Hoeve van Jan Verburg en zijn ouders Kees en Deonne. Terwijl het begin februari buiten nog flink koud is, bloeien de eerste sneeuwballen in de kas. Het is de eerste van drie seizoensproducten. De takken met frisgroene bollen staan mooi in boeketten. Samen met de rode beshulst Ilex verticillata en de delphiniums in meerdere kleuren vormen ze de trots van het familiebedrijf.

Op het middenpad in de kas, met aan weerszijden bedden met de geforceerde heesters, vertelt de jonge ondernemer met passie zijn verhaal. Hij zocht bewust de uitdaging op en heeft die gevonden in de seizoensproducten. Voor hem geen planten waar al een standaard teeltrecept voor bestaat. Wel kiest hij voor de charme van seizoensproducten, waarmee hij door een eigen manier van telen onderscheidend kan zijn en ze als een ‘merk’ weg kan zetten. “Ik wil dat bloemisten gaan vragen om sneeuwballen van de Goudsche Hoeve”, geeft hij als voorbeeld.
Na een tijd op het bedrijf mee te hebben gewerkt, stelde hij zijn vader vijf jaar geleden voor om het anders aan te pakken. Hij had toen nog een teeltplan met zes verschillende soorten. “Met zoveel producten moet je concessies doen wat betreft de teeltomstandigheden. Ik teel liever minder verschillende soorten, maar 100% verantwoord. Verder wilde ik producten telen, waarmee ik ook naar de toekomst toe een goed salaris zou kunnen verdienen. Het was even een strijd, maar we zijn er samen goed uitgekomen”, blikt de teler met respect naar zijn vader terug.
De keuze voor de huidige drie teelten maakten ze samen. Ze hebben bijna jaarrond afzet. Dat begint in de maanden februari en maart met viburnum, gevolgd door delphinium van april tot en met oktober. Ze sluiten het jaar af met beshulst.

Sneeuwbal

Viburnum opulus ‘Roseum’ is de steriele variëteit van de Gelderse roos, die we uit tuinen en parken kennen. De plant vormt takken met compacte bollen van steriele bloemen, die tijdens de bloei van groen naar wit verkleuren. Zijn vader begon er al 20 tot 25 jaar geleden mee, naast de rozen die hij toen nog in de vollegrond teelde. Hij trok ze in rolkassen in bloei. Nu groeien de struiken in potten buiten op het containerveld.
De teelt is tweejarig. Het eerste jaar worden de takken gevormd, het tweede jaar de bloemknoppen. In de natuur bloeit de plant in mei. Verburg haalt de planten vanaf de kerst naar binnen om ze in de warme kas in bloei te trekken, zodat hij in februari of maart bloeiende takken heeft. “Omdat de kas niet groot genoeg is voor alle planten tegelijk, forceren we ze per vak in bloei. Dit is ook beter voor de productieverdeling. De planten gaan met takken naar binnen en zonder takken naar buiten. Gedurende het jaar maken ze weer nieuwe takken om ‘s winters weer in bloei te forceren. Het gewas is in principe wel tweejarig, maar door deze manier van telen is de teeltduur ‘slechts’ 12 maanden.”

Kunst apart

Het forceren is een kunst apart. De struikjes moeten eerst buiten voldoende koude dagen hebben gehad voordat ze naar binnen kunnen. “Wij proberen ons te onderscheiden van andere telers. Dat doen we onder andere door de manier van stoken. Wij hebben verwarmingsbuizen en stoken vrij mild op. Onze bollen zijn mooi gelijk in rijpheid met groen aan de takken.”
De ondernemer oogst jaarlijks van 20.000 planten. Deze gaan 15 tot 20 jaar mee. “Die van ons zijn ongeveer vijf jaar oud. Ze zijn gemakkelijk te stekken. We zijn nog op zoek naar een partij die jaarlijks een paar duizend stekken met grove plug voor ons kan maken.”

Delphiniums

De 7.500 m2 grote kas wordt goed benut. Wanneer de sneeuwballen in bloei worden geforceerd in afdeling 2, staan de delphiniums in afdeling 1 en 3 in winterrust. Afdeling 2 is de andere helft van het jaar in gebruik voor de delphiniums. “Wij telen de van nature zomerbloemen in de kas, waardoor we al zes weken eerder, in april, bloemen kunnen leveren. ‘s Winters heeft de plant een rustperiode.”
Het areaal van dit gewas is maar klein. Verburg schat in dat hij hooguit 15 collega’s heeft, waarvan maar 3 of 4 met meer dan 1 ha. Zelf telen ze de bloemen op 7.500 m2 in de kleuren wit, roze, blauw en paars. De jaarlijkse productie ligt rond 140.000 stuks. Hij heeft zelf een markt gecreëerd voor lange takken van 1,5 tot 2 meter. Via exporteurs gaan ze naar hotels, restaurants, conferenties en vergaderingen. “Het is een fascinerende teelt. Er is geen standaard manier om deze planten te telen. Ieder doet het op zijn eigen manier. De planten groeien bij ons in potten om de wortels in een goede conditie te houden. De teelt vraagt veel van de wortels. Wij zoeken vooral naar een methode om de uitval na het eerste half jaar te verminderen. Ook de houdbaarheid is een aandachtspunt.”

Ilex

De beshulst, Ilex verticillata vormt mooie takken vol rode bessen die vooral met de kerst heel populair zijn. Het is net als de sneeuwbal een tweejarige teelt. Het eerste jaar worden de takken gevormd en in het tweede jaar de ‘zijsporen’ waaraan de bloemen ontstaan. “Het duurt zeker vijf jaar voordat ze in productie komen. Daarom is er een drempel om in deze teelt te stappen. Het is een rustige teelt met een goede jaaropbrengst. Maar je ziet geen Ilex-telers in een Porsche rijden”, lacht hij.
De planten bloeien in mei/juni. Een goede bestuiving door bijen is dan essentieel voor de besvorming. Om de bijen niet in de weg te zitten, voert hij alleen in het voorjaar een chemische bestrijding tegen het onkruid uit. “Als we de takken knippen, zitten de bladeren er nog aan. We leggen de takken op hopen en dekken deze af met plastic om het blad eraf te broeien. Vanaf ongeveer 5 november kunnen we de eerste takken leveren.”

Afzet

De producten zetten ze af via de veiling. “De klok is voor seizoensproducten essentieel. Toen er bijvoorbeeld een windhoos was in juni/juli viel er een deel van het aanbod weg, maar er blijft aanbod voor de klok van andere telers.“
Verburg ziet wel dat de directe handel steeds meer op komt. De keten naar de bloemist en consument wordt transparanter. “Ik vind dat interessant. Steeds meer van mijn klanten, de exporteurs, werken met webshops. De winkel die het meest verkoopt staat niet meer in een drukke winkelstraat, maar op een industrieterrein. Daar moet je als teler in meegaan door beeldveilen en van de tuin af veilen.”

Toekomstplannen

Nu zit de teler nog in een VOF met zijn ouders. De grond plus opstanden zijn van zijn vader. Het is de bedoeling dat het bedrijf binnen vijf jaar volledig over gaat naar de zoon.
Verder verschuift het grondgebruik. Het containerveld van nu 3.000 m2 groeit met een derde naar 4.000 m2. Dat betekent meer ruimte voor de sneeuwballen. “Van de overheid krijgen we signalen dat we het water moeten opvangen en hergebruiken. Ons containerveld is zo ingericht dat ik binnen drie dagen aan de eisen zou kunnen voldoen. Het is een prettig idee om klaar te zijn op het moment dat het verplicht wordt.”

Samenvatting

Familiebedrijf de Goudsche Hoeve in Nieuwveen is gespecialiseerd in seizoensproducten. Op dit moment zijn de sneeuwballen volop in productie. Van april tot oktober volgen de delphiniums en vanaf november tot de kerst Ilex verticillata. Jan Verburg koos voor deze producten, omdat hij met zijn eigen wijze van telen invloed kan hebben op de kwaliteit, waardoor hij zich kan onderscheiden van collega’s. Hij zet de producten af voor de klok, maar ziet de directe handel steeds meer opkomen.

Tekst en foto’s: Marleen Arkesteijn.





Gerelateerd