Een wilde tomaat van de Galapagos eilanden blijkt een brede resistentie tegen verschillende soorten insecten te kennen. Het is een nauwe verwant van de cultuurtomaat. Daarom zal inkruisen van deze resistentie gemakkelijker verlopen dan het geval was bij al eerder bekende wilde resistenties, verwachten Wageningse onderzoekers.

Cultuurtomaten zijn opvallend veel minder opgewassen tegen insecten dan veel wilde soortgenoten. Die weerbaarheid berust vaak op zogenaamde secundaire metabolieten: dat zijn chemische stoffen die niet direct zijn betrokken bij groei, ontwikkeling of voortplanting, maar een andere rol in de plant vervullen. Een flink aantal daarvan is betrokken bij de afweer tegen ziekten en plagen. Bij de veredeling van tomaten zijn nogal wat van deze stoffen verdwenen. De veredelaar heeft in het verleden de nadruk gelegd op productie, uiterlijk en smaak en zo – vaak onbedoeld – bezuinigd op de weerbaarheid. Een tomaat die veel secundaire metabolieten aanmaakt, groeit minder snel en bovendien smaken veel van deze stoffen bitter.

Hoopgevend

In de kas is de relatieve zwakte van tomaten vaak goed in de hand te houden door geïntegreerde bestrijding. Maar het middelenpakket neemt af en er komen regelmatig probleemplagen op. Daarom is een insectenweerbare tomaat zeker welkom.
Veel wilde soortgenoten van tomaat kennen juist wel een flinke afweer, gebaseerd op allerlei beschermende stoffen. Tot nu toe is het echter niet gelukt om insectenresistente cultuurtomaten te telen door kruising met die wilde soorten, constateren onderzoekers van Plantenveredeling en Bioscience van Wageningen University & Research in een artikel in het blad Euphytica dat onlangs is verschenen. Ben Vosman en collega’s presenteren in dit artikel hoopgevende resultaten van hun onderzoek met een aantal exotische tomatensoorten, met name twee die op de Galapagos Eilanden groeien.

Multi-resistent

Het voordeel van deze soorten is dat ze, ondanks hun exotische afkomst, nauw verwant zijn met de cultuurtomaat. Dat maakt het veel gemakkelijker om bij kruising gewenste eigenschappen over te dragen, zonder overbodige ballast. Als je namelijk een cultuurtomaat kruist met een zeer verre verwant, moet je het kruisingsproduct eindeloos terugkruisen om allerlei ongewenste eigenschappen die meegekomen zijn, weer kwijt te raken. In de praktijk is gebleken dat dit eigenlijk niet te doen is.
De vondst van hoogresistente nauwe verwanten is daarom een doorbraak. Het interessante is dat ze multi-resistent zijn, dus niet tegen één soort insect, maar tegen een heleboel. Een van de twee Galapagos tomaten (Solanum galapagense) is bijvoorbeeld weerbaar tegen kaswittevlieg, groene perzikluis, Californische trips en de rupsen van de Florida-uil. Met andere woorden: tegen insecten die sap uit het floëem zuigen, maar ook tegen insecten die het hele blad opeten. De resistentie is gebaseerd op de aanwezigheid van bepaalde acyl-suikers en flavonoïden. Cruciaal lijkt de aanwezigheid van een bepaald soort klierharen te zijn.
Een andere Galapagos tomaat namelijk, die deze klierharen mist, is wat minder weerbaar, hoewel nog altijd een bikkel in vergelijking met kastomaten.

Grote belofte

De onderzoekers zijn er ook in geslaagd om de plek te lokaliseren waar deze eigenschappen op de chromosomen liggen. Zowel de genen voor de klierharen als voor de afweerstoffen liggen in het hetzelfde gebied (QTL). De onderzoekers besluiten hun verhaal met de opmerking dat de brede resistentie van Solanum galapagense grote beloften inhoudt voor toepassing in cultuurtomaten. Ze wijzen erop dat de problemen met insecten in open teelten veel groter zijn dan in de kas, en verwachten daar de eerste toepassingsmogelijkheden.

Tekst: Tijs Kierkels. Foto: Kevin Gepford.





Gerelateerd