De glastuinbouw heeft tussen 2010 en 2015 een flinke energiebesparing gerealiseerd, blijkt uit de Energiemonitor van de Nederlandse glastuinbouw 2015. Als gevolg van een verminderde energievraag is de jaarlijkse CO2-emissie met 0,5 tot 0,7 Mton gereduceerd. Dit is circa 30% van de totale CO2-reductie van 1,97 Mton, die de glastuinbouw in dezelfde periode realiseerde.

Uit de Energiemonitor blijkt dat de daling van 1,97 Mton voor 79% voortkwam uit een krimp van het areaal, gedaalde verkoop van elektriciteit, gestegen inkoop van elektriciteit, gedaalde inkoop van warmte en meer duurzame energie. Energiebesparing, intensivering en extensivering bepalen gezamenlijk de resterende 21%. Dit is minder dan bovengenoemde 30% omdat door intensivering de energievraag toeneemt.

Het Nieuwe Telen

Het jaarlijkse energiegebruik in de glastuinbouw is door energiebesparingsopties met 12,0 tot 16,1 PJ verminderd. Warmtebesparing had hierin een aandeel van 81 tot 83% en elektriciteitsbesparing 19 tot 17%. Het jaarlijkse warmtegebruik is met 9,8 tot 13,4 PJ afgenomen. Dit is voor 95% gerealiseerd door energieschermen, selectief ventileren en selectief verwarmen; alle drie elementen van Het Nieuwe Telen.
De invloed van de warmtebesparing op de CO2-emissie is groter dan die van elektriciteit. Dit komt door de omvang van de warmtebesparing. Elektriciteitsbesparing zit vooral in besparing op de inkoop en dat leidt niet tot reductie van de CO2-emissie. De jaarlijkse elektriciteitsconsumptie is gedaald met 0,62 tot 0,76 miljard kWh en is voor het grootste deel gerealiseerd door selectief belichten en efficiëntere lampen. Gezamenlijk namen deze twee opties ruim 80% van de elektriciteitsbesparing voor hun rekening.

Intensivering en extensivering

Door intensivering is de CO2-emissie van de glastuinbouw in 2010-2015 toegenomen met 0,28 tot 0,40 Mton. Door extensivering daalde de CO2-emissie met 0,13 Mton. Intensivering en extensivering zijn processen die door de afzetmarkt worden gedreven. De intensivering hangt vooral samen met de toegenomen vraag naar glastuinbouwproducten in de winterperiode. Hierdoor is de warmtevraag en de elektriciteitsconsumptie toegenomen. Extensivering hangt vooral samen met de krimp in areaal van energie-intensieve gewassen, zoals rozen, paprika, komkommer en groene planten.

Kas als Energiebron

In het begin van de periode 2010-2015 kwam de energiebesparing vooral door kostenbesparing, in de jaren daarna met name door kennistoepassing rond teeltoptimalisatie in combinatie met energiebesparing. Factoren van invloed op de energiebesparing zijn de economische crisis, energiekosten, stimuleringsmaatregelen en het programma Kas als Energiebron. Dit programma stimuleert de kennisontwikkeling en -verspreiding over energiebesparing binnen de glastuinbouw.

Meer informatie: zie het rapport Effect intensivering, extensivering en energiebesparing op de CO2-emissie van de Nederlandse glastuinbouw van Wageningen Economic Research.

Bron: Wageningen University & Research. Foto: Mario Bentvelsen.

Gerelateerd