Naast Vertical Farming zijn er allerlei mengvormen van teelt in gebouwen en ook daarop, ook wel bekend als Rooftop Farming. Daarnaast experimenteren ook restaurants, supermarkten en kantoren met de stadsteelt van groenten.
Voor opgaande gewassen als tomaat en komkommer leent Vertical Farming zich niet. In Jackson (Wyoming) is dat opgelost met de bouw van een indrukwekkend gebouw met veel glas, ontworpen door Larssen Ltd. Een nogal duur gebouw van $3,7 miljoen, mede vanwege de aardbevingsbestendige constructie. Op twee verdiepingen worden hier door Vertical Harvest onder LEDs kruiden en bladgroenten in teeltlagen geteeld en op de derde tomaten. De teeltoppervlakte van 3.800 m2 is goed voor een productie van 45.000 kilo per jaar. Het gebouw is mede bedoeld om tuinbouw dichter bij de inwoners te brengen, zodat er ook ruimte is voor scholing, en vanachter een glazen wand kan men er de gewassen zien groeien. Het project werd mede mogelijk door crowdfunding en de gemeente is de eigenaar van het gebouw.
Restaurants en supermarkten
InFarm richt zich op teelt in grote steden, in restaurants en de retail. “Wij zijn de nieuwe telers, en de stad is ons bedrijf.” Het ziet al supermarkten voor zich met boven de schappen teeltlagen waar bladgewassen groeien. Verser en met minder food miles kan de consument het niet krijgen. Voor groothandel Metro in Berlijn ontwikkelde InFarm de Kräutergarten, zoals Mirai die al ontwikkelde voor Japanse supermarkten; een kasje in de supermarkt met meerlagenteelt onder LEDs. Er worden voornamelijk Basilicum, kruiden en andere bladgroenten op een dun laagje water in geteeld (hydroponics).
Verser en met minder food miles kan de consument het niet krijgen.
In Berlijn exploiteert InFarm de UFcontainerfarm: een container met daar bovenop een kasje. In de container wordt de vis Tilapia geteeld. Het water van de vissen wordt opgepompt naar de kas, waar het na zuivering naar de planten gaat. Dit concept is ook te vinden in Londen, waar het de GrowUp Box heet.
Boven- en ondergronds
Een buitenbeentje in Urban Farming is SkyGreens. In een kas in Singapore teelt het groenten op trays, die in goten liggen. Deze goten circuleren verticaal via twee A-vormige staanders van zo’n negen meter hoog. Door het rondgaan krijgt iedere plant dezelfde hoeveelheid zonlicht. Het bedrijf heeft 1.000 van deze verticale torens met ieder 20 goten en produceert 800 kilo groenten per dag, zoals chinese kool, spinazie en andere bladgroenten.
In Londen produceert Farmdrop kruiden ondergronds, in voormalige schuilkelders.
Nog zo’n buitenbeentje maar dan van een heel andere orde is het Pasona-kantoorgebouw in Tokyo, waar overal aan en in het gebouw planten groeien en groenten worden geteeld, met ook een speciale afdeling voor Vertical Farming. De groenten die daar geteeld worden zijn bestemd voor het bedrijfsrestaurant. In vergaderzalen, werkruimtes enz. hangen tomaten tot aan het plafond, of paprika en aubergine; er groeien broccoli, citroenen, passievruchten, enzovoort, in totaal 200 soorten groenten en fruit en ook rijst. Het personeel is vrij om ze te plukken. Tien mensen zijn in vaste dienst om deze groenvoorziening in topconditie te houden. Niet alles wordt efficiënt geteeld, maar het gaat Pasona niet om topproducties te halen. Het gaat ze vooral om bewustzijn te creëren voor voedselvoorziening.
In Londen produceert Farmdrop kruiden ondergronds, in voormalige schuilkelders: 30 meter onder de grond. Het duurde twee jaar voor Farmdrop de problemen die ondergronds telen met zich meebrengt onder de knie had.
Kas op het dak
In tegenstelling tot Vertical Farming is de belangstelling in steden voor teelt op daken niet groot. Althans, als het gaat om teelt in kassen. Kasteelt op daken komt weinig voor, en dan nog vooral in Amerika.
Voor GothamGreens gaat stadsteelt over mensen die weer binding krijgen met voedselvoorziening, over opleiding van jongeren en het voeden van de ziel.
In Amerika runt GothamGreens kassen gebouwd op daken. In 2011 werd de eerste gebouwd en meet 1400 m2. Inmiddels exploiteert het 16.000 m2 kassen verdeeld over vier locaties in New York en Chicago. De grootste is 7.000 m2 op het dak van een bowlingbaan. In goten teelt het bladgewassen en kruiden. Voor GothamGreens gaat stadsteelt over mensen die weer binding krijgen met voedselvoorziening, over opleiding van jongeren en het voeden van de ziel. “Stadsteelt zal voor stedelingen niet de eerste bron van voeding worden, maar zijn impact is blijvend.” De sla ligt bij Whole Foods voor $4 per stuk, ongeveer het dubbele van vollegrondsla en $1 meer dan bio-sla.
Ook Bright Farms wilde zich toeleggen op dakteelt, maar het kapte met die plannen vanwege de slepende vergunningaanvraag en de 20% hogere kosten ten opzichte van een kas van $8,5 miljoen buiten de stad.
Den Haag
In Basel begon het Zwitserse Urban Farmers in 2013 een dakkas van 250 m2 als pilot, met levering aan Migros. In mei 2016 opende het in Nederland in Den Haag de dakkas UF De Schilde. In tegenstelling tot dakkassen in Amerika, die allemaal op gebouwen van een of twee verdiepingen staan, staat deze kas op een gebouw van zes verdiepingen. De kassenbouwer, Van der Valk Kleijn ontwierp daarom een extra stevige kas, en wand en dek zijn van dubbel glas. Financiers zijn SVn (Stimuleringsfonds Volkshuisvesting) en private investeerders. Ook is er samenwerking met Rijk Zwaan, Koppert Biological Systems en Priva.
UF hoopt 900 families te bedienen die via een abonnement groenten en vis afnemen, plus levering aan restaurants.
De kas van 1.200 m2 is de grootste dakkas in Europa. Het bedrijf teelt sla, microgroenten en tomaten. De verdieping eronder huurt Urban Farmers van de gemeente Den Haag voor de teelt van vissen (aquaponics), en hun afval wordt gebruikt als voeding voor de planten. Vanachter een glazen wand kunnen bezoekers het teeltproces bekijken. UF hoopt 900 families te bedienen die via een abonnement groenten en vis afnemen, plus levering aan restaurants: 500 tilapia’s per week en 50 ton groenten per jaar. Het verwacht succesvol te zijn, omdat de consument dit initiatief – telen in de buurt van je consumenten – weet te waarderen.
Priva ontwierp alle regeltechniek: bepaald geen usance met alle regelingen voor de visteelt voor temperatuur, zuurstof, enz. en aan de andere zijde daarvan de regelingen voor de watergift inclusief bemesting, temperatuur, EC enz. en voor verschillende secties met sla, tomaat en bladgewassen. En dan ook nog eens de regeling voor CO2 en klimaat.
Canada
Lufa Farms heeft in Montreal (Canada) een dakkas van 3000 m2 en een in Laval van 4.000 m2, gebouwd door de Montoni-group en Kubo. De kassen zijn bestand tegen de vele sneeuw die er kan vallen.
Verticrop combineert een dakkas met Vertical Farming. In de kas – op een parkeergarage in Vancouver (Canada) – wordt geteeld op horizontaal rondgaande teeltplaten, in rijen van 12 hoog. Doordat de platen langzaam ronddraaien krijgen alle planten dezelfde hoeveelheid licht, en kan op een vaste plaats water worden gegeven en geoogst. Dit bedrijf is inmiddels failliet. Een investering in een dakkas én in een compleet nieuw systeem was waarschijnlijk teveel van het goede. Ook groeien gewassen met dit systeem minder goed door de beperkte hoeveelheid daglicht die ze krijgen.
Tuinbouw 3.0?
Interessante vraag is of de aanzienlijk hogere kosten van een dakkas opwegen tegen de (vermeende) betere kwaliteit, versheid en voordelen van lokale afzet. Of zal de teelt in gebouwen in meerdere lagen onder volledig gecontroleerde omstandigheden leiden tot Tuinbouw 3.0? Met een lagere CO2-footprint, lokale werkgelegenheid en diversiteit in aanbod als maatschappelijke ‘drivers’. Tegelijk experimenteren restaurants, supermarkten en kantoren met het telen van groenten. En hebben consumenten in steden grow-your-own als ‘zingevend’ tijdverdrijf ontdekt.
Lokaal geteeld, supervers en aantoonbaar duurzaam zou best eens de nieuwe referentienorm kunnen worden.
Voor de traditioneel op export gerichte Nederlandse tuinbouw zijn de gevolgen zeer beperkt, omdat het bladgroenten en kruiden vooral binnen Europa afzet. Dat neemt niet weg dat de tuinbouw zich zou moeten afvragen of het haar focus niet moet verleggen naar het voeden van mega-cities in plaats van het “verslepen” van producten, zoals Hoogendoorn-CEO Martin van Gogh onlangs tijdens het Greenport Jaarevent betoogde. Lokaal geteeld, supervers en aantoonbaar duurzaam zou best eens de nieuwe referentienorm kunnen worden.
Tekst: Tuinbouwteksten.nl/Theo Brakeboer. Foto: UrbanFarmers/Martijn Zegwaard.
Download het complete dossier over Verticaal Telen en haar voor- en nadelen, met talloze voorbeelden uit binnen- en buitenland (16 pagina’s, pdf).
[wcm_nonmember]
Voor het downloaden van dit dossier heeft u een lidmaatschap nodig, of log in als u al een lidmaatschap heeft.
[/wcm_nonmember]
[wcm_restrict]
[/wcm_restrict]