In het voorjaar schitteren de violieren van kwekerij Bosdijk in geur en kleur. Bloembedden met zes kleuren bloemen van wit, roze en lila tot roodpaars wisselen elkaar af. Vanaf eind december gaan de jonge planten bed voor bed de grond in. Na 8 tot 17 weken bloeien ze; klaar om als topproduct aan het hogere marktsegment te worden geleverd.
Bram Bos en Jan van Dijk hebben jaarrond drie producten op hun kwekerij in Nieuwe Wetering. Na de violieren volgen de tracheliums in de zomer en in het najaar en in de winter broeien ze tulpen. “Met deze combinatie kunnen we onze klanten goed bedienen en het is goed in te plannen qua arbeidsspreiding”, vertelt Jan van Dijk.
De samenwerking dateert van 1988. Toen startten ze samen vanuit het ‘niets’ in Lisserbroek. “Ik zat op het VWO in Leiden en werkte in mijn vrije tijd bij een tuinbouwbedrijf. Daar hebben we elkaar leren kennen. Blijkbaar vond ik werken in de tuinbouw leuk. Ik ben daarna naar de middelbare tuinbouwschool gegaan en wilde graag voor mezelf beginnen. Ik had te weinig geld om alles zelf te kunnen doen, maar met Bram als compagnon erbij lukte het wel. We hebben nu alweer dertig jaar samen een bedrijf”, vertelt Van Dijk over de beginjaren.
Breed gestart
In 1996 kochten ze een moderner bedrijf met 14.000 m2 glas in Nieuwe Wetering, dat nog maar zes jaar oud was en beter toegerust op de toekomst. Het waterbassin van 1.600 m3 voor de opvang van regenwater is voldoende groot voor de watervoorziening.
Van Dijk had voor de gezamenlijke start al een huurkas met violieren in Leiden. Aanvankelijk hadden ze weinig glas en veel buitengrond met bijvoorbeeld solidago (guldenroede) en astilbe. Binnen zaten daar vanzelfsprekend violieren bij en ze hadden vanaf het begin al tulpen. De trachelium volgde later. “Het was toen een nieuwe teelt. Daar hebben we flink leergeld voor betaald. In het algemeen geldt dat er voor kleine gewassen minder aandacht is bij veredelaars en het onderzoek, waardoor je meer zelf moet uitzoeken.”
Violieren
Bosdijk kan bijna het hele afleverseizoen – van week 15 tot week 30 – violieren leveren. Het uitgangsmateriaal, jonge gezaaide planten, komt van Florensis. “We worden regelmatig benaderd om proeven op te zetten van nieuwe en verbeterde rassen. We zijn gebaat bij verbeteringen en zien graag wat de nieuwe rassen doen in onze grond en onder onze teeltomstandigheden.”
Desondanks is er weinig vernieuwing. Vanuit Japan is er een ontwikkeling gaande met andere, beter houdbare variëteiten. Er zitten nog wat praktische nadelen aan om ze te telen. Volgens Van Dijk is het een kwestie van kruisingen maken en een lange adem hebben, maar hij ziet zeker kansen.
Trachelium en tulp
Na de anderhalve ronde met violieren volgt anderhalve ronde met tracheliums. Er zijn maar drie kleuren: blauw, wit en paars. Week 19 is de eerste oogst en in week 51 gaan de laatste bloemen weg. “We planten 65.000 stuks per week.”
Aansluitend volgt de tulpenoogst van januari tot maart. “We kopen de bollen rechtstreeks van bollenkwekers. Zij leveren de bollen af in juli en augustus. Vervolgens gaan ze naar preparatiebedrijf Lommerse-Uitendaal. We laten de bollen op afroep komen. We planten ze zelf op in prikbakken met water. Na twaalf weken beworteling en opkweek zijn ze oogstbaar.”
Bosdijk richt zich op de grotere bolmaten voor het zwaardere segment. “Wij onderscheiden ons door een hoger gewicht en een ander sortiment, veel dubbelbloemigen. Onze bloemen zijn bestemd voor de groothandel en bloemist. We richten ons zeker niet op de supermarkten. Die strijd gaan we niet winnen. De tulpen voor dat segment komen van grote bedrijven die geautomatiseerd en gemechaniseerd zijn.”
Vroeger bloeien door LED-licht
De telers doen regelmatig mee aan proeven en leren hiervan. Omdat ze minder tevreden waren over de kwaliteit van de eerste planting violieren, deden ze mee aan proeven van Wageningen University & Research business unit Glastuinbouw naar de effecten van LED-belichting van een verschillend lichtspectrum bij de vroegste planting. Het resultaat daarvan is dat de violieren bij een bepaalde verhouding van rood en blauw licht een week eerder bloeien en de bladkleur aanmerkelijk beter is. “We gebruiken LED-lampen van Focus LED met een lichtintensiteit van 5 micromol op een oppervlak van 2.000 m2. We benutten ze alleen in de vroegste planting van eind december tot begin januari. Bij de tracheliums hebben lampen met deze intensiteit en kleur geen effect.”
Kleinere gietbeurten
Ook namen de beide ondernemers hun watergift onder de loep. Een aantal jaren geleden deden ze mee aan een proef met een lysimeter. Daarmee kun je de waterstromen op je bedrijf inzichtelijk maken. “Door de nieuwe inzichten zijn we wat kleinere gietbeurten gaan geven, waardoor we minder water verliezen naar de drains. De geïnstalleerde vochtsensoren waren voor ons bedrijf minder geschikt om de watergift te bepalen. Dat doe ik daarom nog steeds met een prikstok. Per kwartaal maken we een analyse van de drainage.”
Omdat het lozingswater per 1 januari geen gewasbeschermingsmiddelen meer mag bevatten, hebben de telers een CleanLite van HortiMaX aangeschaft. Al het drainagewater gaat via een opvangput naar een silo. Van daaruit is het lozen of hergebruiken. Maar eerst gaat het water door het zuiveringsapparaat. Lastig punt punt vindt de teler dat er soms veel water in de drain zit dat niet van het bedrijf afkomstig is, maar vanuit de ondergrond of slootwater. Daar zitten voor het gietwater ongewenste zouten in.
Krachtenbundeling
Kwekerij Bosdijk is sinds het begin lid van Summerflowers. “Ons doel is de gezamenlijke promotie van seizoensproducten. Een veelgehoorde klacht is dat de seizoensbloemen wel mooi zijn, maar dat het niet duidelijk is wanneer en in welke hoeveelheden ze er zijn. De bij het initiatief aangesloten handelaren krijgen nu wekelijks informatie over de verwachte producten van de volgende week”, vertelt Bram Bos, die zich tijdens de koffiepauze bij het gesprek aansluit. “Bedrijven als Unilever besteden 15% van hun omzet aan reclame. Het is raar dat wij maar zo weinig aan promotie doen.”
De telers van zomerbloemen bundelen hun krachten. “We bezoeken gezamenlijk beurzen en bloemententoonstellingen over de hele wereld. We hebben bijvoorbeeld veertig inzendingen op de Keukenhof en komen iedere week op televisie in beeld bij Robs Grote Tuinverbouwing.”
Bos roept seizoenstelers op zich aan te sluiten. “Door mee te doen, verzekert een teler zich van aandacht voor zijn product en bedrijf. Het logo van Summerflowers wordt op de klok getoond en op stickers met een QR-code. Sinds we meedoen zijn we gemakkelijker vindbaar via onze website dan voorheen. En we hebben de illusie dat meedoen aan dit initiatief ook iets zegt over je bedrijfsvoering; een teken naar de kopers dat je goed met je bedrijf bezig bent.”
Stagiaires
Normaal gesproken werken de twee compagnons samen en hebben ze drie man vast personeel in dienst. Daarnaast zijn er nog scholieren en tijdens het tulpenseizoen werken er mensen van het uitzendbureau. Maar er is altijd ruimte voor stagiaires uit binnen- en buitenland. “Nederlandse leerlingen willen graag naar het buitenland om te zien hoe het op andere plaatsen gaat en levenservaring opdoen. Mijn zoon, die nu op een HBO melkveehouderij studeert, ging op het MBO naar Denemarken en is straks blij als hij over twee jaar een plek vindt voor zijn buitenlandse stage. Dus dan moet je er zelf als bedrijf ook voor open staan”, besluit Van Dijk.
Samenvatting
Het bedrijf van Jan van Dijk en Bram Bos in Nieuwe Wetering is 14.000 m2 groot en heeft drie teelten per jaar: violieren, tracheliums en tulpen. Ze gaan voor kwaliteit en richten zich op het hogere segment. Het bedrijf is aangesloten bij Summerflowers om het product gezamenlijk te kunnen promoten. Volgens de telers is het een slechte zaak dat bedrijven in de sierteeltsector zo weinig geld besteden aan gerichte promotie.
Tekst en beeld: Marleen Arkesteijn.