De Europese Unie werkt toe naar een systeem van CO2-beprijzing op grondstoffen van buiten de unie. Importheffingen moeten de eigen industrie beschermen, omdat Europese bedrijven worden gedwongen te vergroenen. Ook meststoffen staan op de lijst van de te beprijzen goederen. Meststoffenleveranciers bereiden zich al voor op de bijkomende regelgeving. Peter Kalkman: “We moeten straks van elk product dat we verkopen weten wat de CO2-footprint is.”

Brussel heeft een virtuele tolpoort bedacht voor producten van buiten de EU waarvan de productie nu nog veel CO2-uitstoot oplevert. Wie deze producten importeert uit landen waar CO2-uitstoot niet of lager is geprijsd dan in de Europese Unie moet daarover invoerrechten betalen. Op de lijst staan grondstoffen en halffabricaten zoals meststoffen, aluminium, elektriciteit, waterstof en cement. Met de heffing wil de EU een gelijk speelveld creëren voor de eigen industrie die via het emissiehandelssysteem ETS tot forse investeringen worden gedwongen om CO2-neutraal te worden.
De regeling is per 1 oktober ingegaan en heet Carbon Border Adjustment Mechanism (CBAM). Het is de eerste fase, betalen hoeft pas per 1 januari 2026. Wel moeten importeurs alle CBAM-producten die zij kopen rapporteren. De komende tijd moeten deze ondernemingen gaan achterhalen wat de CO2-footprint is van deze producten. Directeur Peter Kalkman van Van Iperen zegt dat iedereen in zijn branche ermee bezig is maar dat er nog veel onduidelijk is.

Waren jullie van deze regeling op de hoogte?

“Ja, sinds ongeveer een jaar. Het is vooral onze brancheorganisatie Meststoffen.nl die ons als leden hierover informeert. Ook organiseert bureau Ernst & Young binnenkort een webcast over de implementatie van CBAM en de gevolgen ervan.”

Wat betekent dit voor jullie?

“Wij moeten bij onze leveranciers uitvogelen hoe iets geproduceerd is en wat de footprint is. Ook als je een product bij vier verschillende bedrijven koopt, dan moet je dat van allemaal achterhalen. Om te beginnen moeten we een melding maken. De impact is voor ons nog beperkt, maar binnen de glastuinbouw zijn we wel de grootste meststoffenimporteur denk ik.”

Waarom is de impact nog beperkt?

“Omdat van het meststoffenpakket de productie van stikstofmeststoffen veruit de meeste CO2-uitstoot veroorzaakt. Maar die meststoffen zijn relatief laagwaardig en worden genoeg binnen de EU geproduceerd. Wat je wel van buiten de EU nodig hebt zijn vooral grondstoffen als kali en fosfaat, maar dat zijn delfstoffen waarbij de CO2-impact heel beperkt is.”

Hoe kun je als ondernemer de footprint achterhalen van alle producten die je inkoopt uit verre landen?

“Daar zoekt iedereen nu naar. Het zal erop neer komen dat bedrijven zoals wij mensen in huis moeten halen om aan deze EU-administratie te voldoen. Duurzaamheidsspecialisten hebben we dus nodig. Er zijn ook consultants actief in Nederland die je kunnen helpen in kaart te brengen wat de CO2 uitstoot is en zaken als de uitstoot van het zeetransport.
Deze wet levert in elk geval veel extra administratieve verplichtingen op, want je moet eraan voldoen. Uiteindelijk wordt alles daardoor ook duurder voor onze klanten.”

Is het goed dat dit er komt, of juist niet?

“Het doel is de bescherming van de Europese industrie, en daarvoor is het goed. Er heerst nu een negatief sentiment in de chemische industrie, doordat hun concurrentiepositie verslechtert ten opzichte van China en de VS. Je ziet dat fabrikanten vanwege het dure gas en hoge verduurzamingskosten hun productie van stikstofmeststoffen naar die landen verplaatsen. Door de nieuwe regeling is te verwachten dat ze toch nog in Europa blijven investeren.”

Krijgen andere bedrijven in de glastuinbouw hier ook mee te maken?

“Er is nog wat anders op komst, de CSRD-richtlijn (Corporate Sustainability Reporting Directive). Dat is wetgeving die vanaf 2025 over de EU wordt uitgerold. Hiermee worden alle bedrijven verplicht om de footprint van hun producten in kaart te brengen. Ook moeten ze maatregelen nemen om die footprint te verlagen als dat nodig is. Dit geldt voor alles wat je verkoopt en produceert. Op langere termijn moet ook het MKB hieraan voldoen. Dus ja, de regeldruk uit Brussel gaat toenemen.”

Anderhalf jaar geleden vertelde je aan Onder Glas over de schaarste op de meststoffenmarkt. Is daar nog steeds sprake van?

“Vandaag is er geen schaarste meer. Wel zijn er enorme prijsschommelingen op deze markt. Zowel stikstofmeststof, kali en fosfaat zullen op korte termijn wel beschikbaar zijn. De gasprijs is nu op een niveau dat de productie van kunstmest niet in gevaar komt, zoals vorig jaar.”

Tekst: Koen van Wijk