Energiebesparing was de eerste trigger om Het Nieuwe Telen op te pakken. “Maar eigenlijk moet dat niet leidend zijn; je moet de plant centraal stellen”, zegt komkommerteler Hans Houben. Dat heeft geleid tot een hogere etmaaltemperatuur, met het licht mee telen, meer schermen, corrigeren op uitstraling. En jawel, ook tot een laag gasverbruik.

Elk jaar is anders als je Het Nieuwe Telen (HNT) oppakt. Je zet steeds een stap verder en op een gegeven moment is een heel nieuwe manier van telen ontstaan. “Ik heb een grote interesse om bij te blijven bij de nieuwste ontwikkelingen, maar in het begin was ik toch wat sceptisch. Het klinkt allemaal heel logisch, maar je moet het ook durven. Ik begin nu bijvoorbeeld met luchten aan de windkant. Dat pakt goed uit: je krijgt een veel gelijkmatiger klimaat en je houdt het vocht gemakkelijker op peil. Maar twee jaar geleden had ik dat echt niet zo gedaan”, vertelt Hans Houben.
Ook het aantal schermuren is toegenomen; nu 20% meer dan in het tweede HNT-jaar. “De eerste jaren ben je er een beetje bang voor om het zo te doen. Voorheen keek ik vooral naar relatieve luchtvochtigheid, nu naar absoluut vocht, vochtdeficiet, verdampingsdruk en uitstraling.”

Terug naar de plant

Komkommerbedrijf Mellantas van Hans en Carla Houben in Sevenum (4,7 ha) is nu bezig met het derde teeltseizoen hogedraad komkommers. Op hun oude locatie hadden ze jaarlijks twee teelten komkommer gevolgd door herfsttomaten. Na het verkassen hebben ze de hogedraadteelt opgepakt: twee teelten per jaar, eerst het ras Topspin, gevolgd door Kurios. De planten staan op steenwol, die op de grond ligt.
Het gasverbruik ligt momenteel op 28,5 m³/m² bij een productie van 230 komkommers per m². In de traditionele teelt is het gasverbruik 34-35 m³/m² bij 180-195 stuks. “De kracht van Het Nieuwe Telen is dat je terug gaat naar de plant”, zegt hij. Houben: “We zijn sneller gaan telen, met een hogere etmaaltemperatuur, maar de plantbelasting mag niet hoger oplopen dan 6 à 7 komkommers per plant. Vanaf 11 uur ’s morgens laten we de temperatuur meer oplopen dan voorheen, mits het licht dat toelaat.”

Temperatuur maken

Bij 1.000 watt instraling is de etmaaltemperatuur bijvoorbeeld 21,5ºC; bij 500 watt is dat 19,3ºC. De eerste twee jaar van HNT hanteerde hij boven op de basistemperatuur van 18ºC een opslag van 1,5ºC per 1000 Joule instraling, nu 2,5 tot 3ºC. Een aanzienlijke stijging dus. Dat realiseert hij door de combinatie van stoken, schermen en luchten.
“Bij 1,5ºC heb je natuurlijk meer energiebesparing, maar je krijgt traagheid in het gewas. Als het zonnig is, willen we temperatuur maken, liever 28ºC na 11 uur dan 25ºC, als het licht het toelaat.” Voor 11 uur probeert hij een vochtdeficit van 1,5-2 g/m³ te halen om het gewas te activeren; daarna gaat hij in een geleidelijke lijn naar een hogere temperatuur. “Voorheen schroefde ik de temperatuur nog wel eens omlaag bij veel licht. Maar dat gebeurt niet meer. Je kunt het aan de kop van de plant zien of je het goed doet. Wanneer hij te dun wordt, moet de etmaaltemperatuur omlaag.”
Bij een hogere temperatuur overdag, kan de nachttemperatuur wat lager, wel is de etmaaltemperatuur leidend. Minder inzet van de minimumbuis voorkomt daarmee overmatige verdamping en beperkt het energieverbruik in de nacht. Overigens is de groeibuis, die steeds ter hoogte van de vruchten hangt, de belangrijkste verwarming en niet de buisrail.

Uitstraling groter dan instraling

De afgelopen jaren is de teler 20% meer gaan schermen om de uitstraling te beperken. Dat doet hij met een zeer helder Luxous-energiedoek van Svensson, dat slechts 20% van het licht wegschermt. Een uitstralingsmeter op het dak (een pyrgeometer) zorgt mede voor de aansturing. Daarnaast staat er een warmtecamera op het gewas gericht. Die is niet aan de klimaatcomputer gekoppeld, maar dient als extra correctiemiddel. Houben laat het principe op het computerscherm zien. “Vanochtend viel er een regenbui, net nadat we het energiedoek hadden opengetrokken. Je ziet aan het warmtebeeld dat de koptemperatuur toen naar 15,5ºC zakte. Je wilt dus activiteit, maar je krijgt koude koppen. Daarop heb ik het doek weer dichtgetrokken en binnen tien minuten was de koptemperatuur 4-5ºC hoger. Dat komt omdat je de uitstraling wegneemt.”
Het principe is simpel. Als de uitstraling hoger is dan wat binnen komt, moet het scherm dicht. Dat kan zelfs op een warme zomerdag het geval zijn. “Je trekt het dan voor 90% dicht. De temperatuur is dan goed te regelen, terwijl je de uitstraling tegenhoudt”, vertelt hij.

Ontvochtigingstechniek

Het rekensommetje is altijd te maken. Wanneer er bijvoorbeeld 200 watt straling binnenvalt, houdt het scherm daar 40 watt van tegen. Maar bij een open lucht is de gewasuitstraling al snel 80 watt en omdat dat meer is dan 40, moet het scherm dicht.
Houben heeft geïnvesteerd in een pyrgeometer, warmtecamera, bladtemperatuurmeter en een extra meetbox boven het scherm, maar niet in luchtbehandelingskasten, extra ventilatoren of een tweede scherm. “Ik zou nog 2 tot 3 kuub gas kunnen winnen met een tweede scherm, maar dan heb je ook een ontvochtigingssysteem nodig. Dan valt de rekensom niet per se positief uit. Daarom hebben we besloten dat nu nog niet te doen. We zitten te wachten op een duidelijkere richting in de ontvochtigingstechniek”, zegt hij.

Kinderschoenen

De teler ziet op grond van eigen ervaringen en die van collega’s mogelijkheden om het systeem verder te verbeteren. “Er zijn zeker nog mogelijkheden voor optimalisatie van de verhouding licht/temperatuur. Je kunt wellicht nog meer snelheid realiseren bij meer licht. Als je dat durft, kun je ’s avonds meer terug in temperatuur want je haalt de etmaaltemperatuur en die is leidend. Dus: overdag een extra buis erbij en ’s nachts juist niet. Maar ook de etmaaltemperatuur zelf zou misschien nog omhoog kunnen, waardoor ‘s nachts een hogere temperatuur kan worden aangehouden en je het scherm beter kunt benutten. Verder kun je bij zonnig weer de dag wat verder doortrekken, dat wil zeggen: later overschakelen op de nachttemperatuur.”
Daarnaast streeft hij nog naar meer inzicht in de minimaal benodigde verdamping ’s nachts. Hij is zeer te spreken over de kennisuitwisseling binnen LetsGrow. “Ik leer heel veel van meekijken met collega’s. Je hoeft niet alles zelf uit te vinden. Je kunt precies zien hoe laat een collega het scherm opentrekt en wat het resultaat daarvan is. Eigenlijk staat Het Nieuwe Telen nog in de kinderschoenen. Er valt nog veel te halen, als je de plant maar centraal zet.”

Tekst: Tijs Kierkels, beeld: Wilma Slegers