Het gebruik van LED in de glastuinbouw heeft een vlucht genomen, mede door de Energie-efficiëntie glastuinbouw (EG) regeling. Dit leidt tot vragen over mogelijke gezondheidsrisico’s bij het werken onder LED-licht. Als reactie hebben Stigas en Glastuinbouw Nederland een leaflet samengesteld met maatregelen die telers kunnen nemen en keuzes die ze kunnen maken waardoor het werken onder LED’s zonder risico’s is.

De zogenoemde fotobiologische risico’s door blootstelling aan een lichtbron zijn gelinkt aan de uitstraling van energie in verschillende golflengtes (ultraviolet, zichtbaar en infrarood) van het spectrum. Daarnaast zijn deze afhankelijk van de blootstellingsduur aan de straling, de intensiteit en de afstand tot de lichtbron. Het potentiële risico bestaat voor elk type lichtbron of dit natuurlijk licht (zon) dan wel kunstlicht (HPS/SON-T of LED) is.

Beschadiging van het netvlies

In het algemeen bevatten LED’s die worden gebruikt voor assimilatiebelichting nauwelijks tot geen licht uit het ultraviolette of infrarode spectrum en zijn daarmee niet gevaarlijk voor de huid. Het risico van toepassing in de glastuinbouw zit in het blauwe licht (400-500 nm) als onderdeel van het zogenoemde PAR (of groei)licht. Dit golflengtegebied in combinatie met langdurige inkijk kan aanleiding geven tot onomkeerbare beschadiging van het oog (het netvlies). Dit effect wordt Blue Light Hazard genoemd. Je kunt deze beschadiging voorkomen door de maatregelen uit het leaflet te nemen en ook na te leven.
Het leaflet is tot stand gekomen in samenwerking met de Nederlandse Stichting voor Verlichtingskunde (NSVV), Wageningen University & Research (WUR), Rofianda en Signify en wordt mede onderschreven door de leveranciers die staan vermeld in het leaflet.
Vakblad Onder Glas besteedt in de mei-editie aandacht aan de fotobiogische invloed van lichtkleuren op het menselijke oog.