Uitval bij zantedeschia blijft een hardnekkig probleem. Dit seizoen zat het bij kwekerij Gebr. Van Velden in ’s-Gravenzande niet mee. Met ruim 10% was er beduidend meer uitval dan anders. “Zo erg heb ik het nog niet eerder meegemaakt,” zegt Arie van Velden. “De uitval werd veroorzaakt door Erwinia, vooral bij de forsere knollen. Ook collega’s hadden daar last van.”
Kwekerij Van Velden teelt van januari tot juni zantedeschia (calla) op pot. De neven leggen zich toe op calla’s van zware kwaliteit voor het hogere segment. Daarvoor gebruiken ze grote knollen, die stevige, lange stengels geven met veel grote bloemen. Dit jaar viel de kwaliteit van het uitgangsmateriaal tegen. “Bij de levering zag het er allemaal nog gezond uit, maar na drie tot vier weken op pot zagen we tekenen van aantasting door Erwinia; bij een deel van de planten knakten de bladstelen om. Er is elk jaar wel wat uitval, maar dit jaar was dat met 10 procent veel meer dan anders. Ook collega’s hadden er mee te maken. Het bleek vooral bij de grotere knollen voor te komen, de kleinere knollen hadden er minder last van. Samen met de leverancier onderzoeken we waar dat aan kan liggen.”
Beperkt middelengebruik
Het probleem van uitval door Erwinia in uitgangsmateriaal lijkt toe te nemen, zegt Van Velden. “Het kan komen door de beperkingen in het middelengebruik, waardoor de knollen kwetsbaarder worden. Maar dat is puur gissen. De knollenteelt duurt twee jaar; er zit al veel geschiedenis in als een knol hier aankomt. Die kan veel met zich mee dragen.”
Kosten van arbeid, knollen en materialen stijgen
Ondanks het hogere uitvalspercentage, kijkt de teler terug op een goed seizoen. “Wij beginnen later en stoppen er vroeger mee dan veel andere producenten. De prijsvorming wordt vanaf juni lastiger, dat willen we voor zijn. Vooral mei is een hele goede maand geweest dit seizoen. De feestdagen vielen gunstig en het weer was overwegend goed. Dat resulteerde in veel vraag en goede prijzen.”
Dat kwam goed uit, want ook in de teelt van zantedeschia zijn de kosten gestegen. “Energie is een minder grote kostenpost dan in veel andere teelten. Er gaat relatief weinig gas om in de teelt, en belichten doen we niet. Bovendien hebben we nog een gunstig gascontract. Het zijn vooral de kosten voor arbeid, knollen en materialen die gestegen zijn. Omdat we voor het hogere segment produceren, kunnen we niet bezuinigen op de knollen. Dat zou leiden tot minder zware kwaliteit. We proberen het vooral uit een hogere verkoopprijs te halen. Dit seizoen lukte dat redelijk.”
Markt stabiel
Van Velden zag de markt van zantedeschia vijf jaar geleden een hoogtepunt bereiken. “De markt heeft een flinke groei gekend door de uitbreiding in sterke rassen en nieuwe kleuren. Dat maakte de teelt aantrekkelijker, dus de productieaantallen liepen tot 2018 flink op. Sindsdien is de markt stabiel. Zowel aan de productie- als aan de afzetkant.”
Tekst: Astrid Zoumpoulis, beeld: Vidiphoto