De biologische bestrijding liep vorig jaar bij Beyond Chrysant goed, al blijft trips een uitdaging. Dat zegt Martijn Duijvesteijn, mede-eigenaar van de chrysantenkwekerij in Hoek van Holland. “Met Transeius montdorensis is het redelijk goed te controleren. Maar eigenlijk hebben we binnen dat systeem geen goede oplossing voor volwassen trips. Dan komt Flipper om de hoek kijken. Het werkt ook goed tegen luis, spint en een klein rupsje.”
Toegelaten voor binnenteelten
Flipper is een biologisch middel van Bayer, met kaliumzouten van vetzuren als werkzame stof. Omdat de RUB-regeling voor het middel per 1 november 2023 is komen te vervallen mocht het niet meer in de sierteelt worden toegepast. Het geregistreerde product dat nu in de markt staat is FLIPPER Plus, dat via een KUG-uitbreiding ook de sierteeltgewassen op het etiket heeft gekregen. Onder het nieuwe etiket mag het middel voortaan in alle binnenteelten worden gebruikt, met uitzondering van paprika. Adviseur Jan Hulst licht toe: “De formulering is ongewijzigd. Het is een geregistreerd product, dat uitgebreid is onderzocht op de veiligheid voor mens, milieu en nuttigen. Het mooie is: het middel werkt tegen een brede range van insecten en het laat de biologie met rust.”
Effectief tegen luis en trips
Duijvesteijn gebruikt het middel als ondersteuning, niet om een knock-out uit te delen. “Wij gebruiken in onze IPM-strategie natuurlijk primair biologische bestrijders. Dat liep vorig jaar eigenlijk heel goed. Daarom was het middel toen niet zo vaak nodig. Maar soms kan een plaag als luis of trips ineens uit de hand lopen. Het jaar daarvoor hebben we het bijna wekelijks gespoten, vooral in de zomer.”
Volgens Hulst heeft Flipper ook een werking tegen mijten, met name richting spintmijt. “De roestmijt is altijd wat lastiger. Kleine wantsen kan hij een tikje geven, maar zeker niet opruimen. Tegen grote wantsen als de stinkwants werkt het niet. Daar staat tegenover dat het zeer veilig is voor nuttige insecten, op een of twee na, dat is zeer uitgebreid onderzocht.”
Timing en spuittechniek
Voor een maximaal effect is de timing en spuittechniek wel zeer belangrijk, vervolgt Hulst. “Spuit het middel bij voorkeur onder sneldrogende omstandigheden met een grove druppel. Dan is de kans op contact het grootst. Trips kruipt vaak wat dieper weg, maar Flipper heeft een hele sterke uitvloeiende werking. Als de trips bij de bladoksels of bij de bloem zit kan het middel daarbij komen. Dan loopt het mooi uit van boven naar beneden, tot wel 20 of 30 cm diep.”
Duijvesteijn spuit het middel alleen in de ochtend bij droog weer, als de ramen bij voorkeur open staan. “Dan ga ik ervan uit dat de trips ook actiever is en je ze makkelijker kunt raken. We hebben het afgelopen jaar onze spuitrobot nog eens goed tegen het licht gehouden en met onze standaard doppen van Robur halen wij een hele goede indringing. Verder is het belangrijk om niet teveel water te gebruiken. Rond 800 liter per ha, in een concentratie van 1%.
In het najaar spuit Duijvesteijn het middel liever niet onder vochtige omstandigheden, omdat het dan te lang op het blad blijft liggen en een bladrandje kan veroorzaken. “Als het buiten te vochtig wordt gebruiken we bij voorkeur een schimmelpreparaat.”
Let op waterkwaliteit
Hulst voegt eraan toe dat ook de waterkwaliteit belangrijk is bij het klaarmaken van het spuitmiddel. “Let vooral op de Duitse Hardheid, als die meer dan 15 graden is adviseren wij een conditioner te gebruiken, zoals Dynex. Sommige ontharders hebben ook effect op de pH en dat wil je bij dit middel liever niet zien. Met regenwater zit je in principe altijd goed, maar let bij drinkwater dus op de hardheid. Combineer je het met Batavia dan kan de opname zelfs nog wat beter zijn.” Batavia is nog tot en met 31 oktober van dit jaar te koop, daarna mogen telers het tot 31 oktober 2025 opgebruiken, dus is het aanvullende middel nog twee seizoenen beschikbaar.
Meerwaarde voor teelt
De meerwaarde van Flipper voor de chrysantenteelt is wat Duijvesteijn betreft helder: “Daarmee kun je de biologische bestrijding in de zomer overeind houden. Trips en luis kunnen dan ineens toenemen, zeker na de langste dag kan het hardnekkig zijn. Het is geen opruimer, maar echt een correctiemiddel. De top van de schadelijke insecten haal je weg, de pieken haal je eruit. Je maakt ruimte in de teelt, zodat de nuttige insecten het werk weer aan kunnen. Wij hebben hier nog geen insectengaas, helaas. Dat gaan wij hier wel in de nabije toekomst installeren.”
Scouting tools
Nieuwe technologieën als digitaal scouten, DNA-scouten en camera vision kunnen telers helpen om sneller schadelijke ziekten en plagen te detecteren. Duijvesteijn: “Dat gaat steeds verder. Hoe eerder wij weten welke plagen we in de kas hebben en op welke plek die zitten, hoe effectiever wij de middelen kunnen inzetten. Dat geldt ook voor Flipper.”
Bayer is daar ook mee bezig, zegt Hulst. “Early detection en preventief toepassen van middelen worden steeds belangrijker. Als je daarin een beslissingsondersteunend systeem hebt dat op basis van bijvoorbeeld weerdata kan voorspellen welke plagen zullen optreden scheelt dat al. Dat is het mooie van dit soort systemen: die algoritmes werken op basis van zoveel data, zodat je uiteindelijk precies weet wanneer je moet ingrijpen. Daar gaat het wel naartoe.”
Wat is het geheim van een goede IPM-strategie? Duijvesteijn, tot slot: “Monitoring, en direct acteren als je iets constateert. Verder moet de medicijnkast voldoende gevuld zijn om in noodgevallen te kunnen ingrijpen om je IPM een duwtje te kunnen geven in de goede richting.”
Dynex® is een geregistreerd handelsmerk van De Sangosse Ltd.
Toepassing en tips
FLiPPER Plus is een mijten- en insectenbestrijdingsmiddel voor professioneel gebruik. Het is een contactmiddel dat mag worden toegepast als insecten- en mijtenbestrijdingsmiddel in de teelt van tuinbouwgewassen en kan worden ingezet ter bestrijding van witte vlieg, mijten (Tetranychus urticae), bladluizen, kevers en trips. Via een KUG-uitbreiding staan sierteeltgewassen nu ook op het etiket. Het is uitermate geschikt als correctiemiddel in geïntegreerde teelten en biologische systemen omdat het veilig is voor nuttige insecten.
Het heeft een fysiek werkingsmechanisme op eieren, larven en volwassen insecten. Het actieve ingrediënt dringt de lipoproteïne matrix van celmembranen van insecten binnen en verstoort deze waarna de insecten/mijten sterven. Voor een optimale bestrijding moet de behandeling worden uitgevoerd zodra de plaag wordt waargenomen. Zo wordt populatieopbouw voorkomen door gericht de eieren en zeer jonge larvale stadia te bestrijden.
Gebruik voldoende water voor een goede bedekking van het gewas. Bespuit daarom de onderkant van de bladeren en de groeipunten. De te bestrijden insecten en mijten dienen goed geraakt te worden. Het maximale effect wordt binnen 48 uur na het aanbrengen bereikt.