Volgens het CBS werd in 2023 maar liefst 124 miljard euro aan goederen en diensten vanuit de Nederlandse land- en tuinbouw geëxporteerd, naar voornamelijk EU-landen. En daar verdient de Nederlandse economie ruim 50 miljard euro aan. Op nummer 2 in de top 10 van meest uitgevoerde landbouwproducten in 2023 staan de sierteeltproducten, zoals bloemen, potplanten en bomen, met een exportwaarde van maar liefst bijna 12 miljard euro.

Recentelijk lieten de overheid en de media zich kritisch uit over de duurzaamheid en het economische belang van de Nederlandse glastuinbouw en de sierteelt. Maar 12 miljard euro bijdrage aan de economie is niet niks. Als je dat laat verdwijnen is er een veelvoud van die 12 miljard euro nodig om in een nieuwe industrie weer dezelfde bijdrage op te bouwen. En dat gaat ten koste van de schatkist en dus de burger…

Daarnaast moeten we ook in perspectief kijken als het gaat over CO2-uitstoot. De gemiddelde CO2-uitstoot voor het telen van een bos bloemen is minder dan die van een bord spaghetti of een chocoladetaart.

Siertelers doen hun uiterste best om mooie en duurzame bloemen, planten en bomen te telen en te verkopen voor een eerlijke prijs. Hoe hoger het besteedbaar inkomen, hoe meer sierteeltproducten worden geconsumeerd. Ook zien we dat 50-plussers meer bloemen en planten kopen dan jongeren. En wereldwijd zien we de vergrijzing en besteedbaar inkomen toenemen. Niet alleen in Europa, maar juist in Noord-Amerika en grote delen van Azië. De vraag naar sierteelt neemt dus wereldwijd toe. Dit geeft enorme kansen voor Nederland.

Nederland is wereldwijd een voorloper in de glastuinbouw op het gebied van technologie en verduurzaming. Dat is om historische redenen zo gegroeid en wordt versterkt door ons unieke ecosysteem van telers, opleidingsinstituten, overheden en innovatieve toeleveranciers die elkaar versterken. Daarmee hebben wij wereldwijd een onderscheidende positie. En zoals het werkt in de economie, kun je je het beste toeleggen op waar je het beste en meest efficiënt in bent.

Laten we het Nederlandse ecosysteem in de land- en tuinbouw continu blijven innoveren en inzetten om de verschillende clusters in de land- en tuinbouw nog succesvoller te maken. De Nederlandse land- en tuinbouw kan dan een belangrijke bijdrage leveren aan de verduurzaming van de wereldvoedselvoorziening. Niet alleen met de export van groenten en fruit, maar vooral ook met het leveren van materialen, machines, kennis, ervaring en advies. Nederland loopt daarmee voorop. Met name in de glastuinbouw, inclusief de sierteelt.

Wat zijn de uitdagingen binnen de Nederlandse sierteelt? De belangrijkste ligt in het verduurzamen van de productie in de gehele keten. De energietransitie kan en moet versneld worden met bijvoorbeeld aardwarmte en CO2-neutrale kassen. Het terugdringen van het gebruik van gewasbestrijdingsmiddelen, inclusief een betere controle, maar vooral ook leren van wat in de groente- en fruitteelt in Nederland al mogelijk is. Groente- en fruittelers in hightech kassen gebruiken bijna alleen nog maar biologische bestrijdingsmiddelen, vooral insecten.

Automatiseringsoplossingen binnen de tuinbouw maken het mogelijk om vooral jonge planten nog beter te selecteren en te bewerken, zodat het gebruik van energie, water en voedingsmiddelen geoptimaliseerd wordt en uitval of verspilling van bloemen en planten wordt geminimaliseerd. Automatisering zorgt er ook voor dat repeterende handelingen nog efficiënter en effectiever kunnen plaatsvinden, zodat de teler naast een beter en duurzamer product ook een hoger rendement kan realiseren. Niet alleen voor de Nederlandse export van toegevoegde waarde, maar zeker ook voor de verduurzaming van de wereldwijde glastuinbouw en sierteelt. Dat moeten we koesteren en daar mogen we als Nederland trots op zijn!

Martin Maasland, CEO ISO – Horti Innovators