Het duurde misschien net anderhalf uur, maar daarmee is veel mogelijk leed voorkomen. De drie drainwatersilo’s bij André van der Zeijl uit Made zijn gekeurd en goed bevonden. Ze kunnen er weer twee jaar tegenaan. Veilig. Want iedereen die het weleens heeft gezien, weet: een siloklapper wil je als teler echt niet meemaken! Daarbij komt dat de verzekering de schade alleen vergoedt, wanneer de silo’s door een erkend bedrijf zijn gekeurd en aanbevelingen opgevolgd. En dat gebeurt gelukkig steeds vaker.
In 2015 zijn 2.778 watersilo’s gekeurd, een stijging van 600 keuringen ten opzichte van het jaar ervoor. Een positieve ontwikkeling die invloed heeft op de schadecijfers, weet ook Interpolis te melden.
Ondanks dat harde cijfers nog ontbreken, zette die trend zich ook in 2016 voort. Waar tien jaar geleden nog maandelijks een watersilo openbarstte, telde de verzekeraar er in 2015 totaal drie. Daarvan bleken er twee niet gekeurd. In Nederland is er veel besef voor het nut van keuren. In België wordt er helaas nog te weinig gekeurd. Hier barsten dan ook aanzienlijk meer silo’s open.
Corrosie verzwakt silo
Het tomatenbedrijf in Made wil het risico van een siloklapper niet lopen. De watersilo’s tonen dan ook alle drie een mooi rijtje ‘keuringsstickers’, voor elk jaar een andere kleur. Inspecteur Richard van der Ende van Hyente Watertechniek plakt er een groen exemplaar bij, duidelijk zichtbaar voor de mensen die in voorliggende kasopstanden druk bezig zijn met de teeltwissel. “Net als de apk bij auto’s. Daar kreeg je vroeger ook zo’n soort sticker op de ruit geplakt.”
Van der Ende komt regelmatig op het bedrijf. “Eigenlijk vanaf de bouw van deze silo’s in 2004. Is een watersilo zeven jaar oud, dan eist de verzekering een tweejaarlijkse of jaarlijkse keuring. Voor een volledig fabrieksmatige, gecoate silo bestaat de mogelijkheid om een goedkeuring te verkrijgen voor vier jaar.” De aanbevelingen uit het keuringsrapport moeten worden opgevolgd. Alleen dan is een ondernemer verzekerd voor het plotseling en onvoorzien uitstromen van (voedings)water door slijtage of roest.
“Bij Van der Zeijl is één keer een lek geconstateerd, het folie bleek beschadigd”, zegt de inspecteur. “Het doek hebben we van binnenuit gerepareerd en de siloplaten behandeld met een speciale spray om verdere corrosie te voorkomen, van binnen en van buiten. Corrosie maakt de wand dun, waardoor de plaat zou kunnen scheuren. De kans op openbarsten is dan groter. Dat moet je dus voorkomen. We hebben toen goed werk geleverd, want ook nu weer zijn alle metingen van deze silo’s netjes volgens de norm. Over twee jaar komen we weer langs.”
Wanddikte meten
Tijdens de keuring wordt de wanddikte van de silo gemeten met een ultrasonische wanddiktemeter,
zodat het mogelijk is om zwakke plekken op te sporen. Voor de verzekering en de bedrijfscontinuïteit is het meten van de dikte van elke siloplaat belangrijk. De voorschriften zijn: platen van de onderste ring, vaak (deels) onder de grond, op minimaal twee plekken meten en de platen in de overige ringen op minimaal een plek.
“Wij nemen er standaard een paar meer. Dat geeft toch een beter inzicht in de algehele gesteldheid van een silo. En als je een afwijking constateert, ga je natuurlijk met je meetinstrument op zoek naar de bron van de dikteafname, want die plek is niet altijd met het blote oog zichtbaar. Als we trouwens een roestplek ontdekken, die dieper gaat dan het galvaan van de siloplaat, stappen we gelijk naar de teler. De silo wordt dan afgekeurd. Vervolgens gaan we samen het gesprek aan en adviseren we in de vervolgstappen. Hoe vindt de teler uit wat er precies mis is en hoe lost hij dit weer op. Een gespecialiseerd watertechnisch bedrijf heeft de spullen en expertise om de silo te repareren.”
Naast de wanddikte kijken de inspecteurs ook naar de kwaliteit van het folie, het algenzeil en de drijfring. Sluit het doek nog strak, is er een gelijke belasting van de bovenste ring en zijn nergens scheuren, gaten of verkleuringen? “Ook wanneer er bijvoorbeeld begroeiing op het algenzeil ligt, maken we daar melding van. Een verzwaard algendoek kan zinken en verliest dan zijn werking.”
Chloor en zuur
Mede door de verplichte keuringen en de verbeterde financiële situatie in de sector, is de kwaliteit van de watersilo’s aanzienlijk toegenomen. De teruggang van het aantal siloklappers ondersteunt deze visie. Daarnaast is het keuringsprotocol niet star, maar wordt aangepast aan nieuwe inzichten. Jaarlijks komen watersilokeurders, -fabrikanten en Interpolis bijeen om de werkwijze en ontwikkelingen te bespreken. Afgelopen jaar was het gebruik van chloor en zuur als desinfectiemiddel een belangrijk agendapunt. Deze middelen worden in de praktijk steeds vaker gebruikt. Wanneer deze middelen echter achter het folie komen, kunnen ze het galvaan van de siloplaten beschadigen.
Met een goedgekeurde watersilo is een teler gedekt voor de schade van een opengebarsten silo. Die schade is omvangrijk, weet de Hyente inspecteur. “Water is belangrijk voor elke teelt en met een kapotte silo heeft een bedrijf echt een groot probleem. Als een silo openbarst, komt er in één keer en met verwoestende kracht een (grote) hoeveelheid water vrij. Gewas, glasopstanden, niks is er tegen bestand. En dan hebben we het nog niet eens over de veiligheid van de medewerkers. Zorg dus voor een regelmatige controle en onderhoud. Dan levert een silokeuring ook geen verrassingen op.”
Keuringsrapport is bewijs
Na de keuring ontvangt de teler een keuringsrapport met daarin de uitgevoerde metingen, op- en aanmerkingen en eventuele aanbevelingen. Bij calamiteiten is het keuringsrapport een bewijs voor de verzekeringsmaatschappij. Belangrijk hierbij is dat de aanbevelingen zijn opgevolgd. Van der Ende: “Het rapport verschaft inzicht in de fysieke staat van de silo. Dus de dikte en algehele gesteldheid van de siloplaten en het silofolie. Na de watersilokeuring weet de teler weer voor twee jaar waar hij aan toe is. Dat geeft zekerheid en duidelijkheid.”
Tot slot geeft de inspecteur zijn klanten altijd nog het advies mee om tussen de keuringen door regelmatig een rondje te lopen. “Probeer de silo’s twee keer per week te bezoeken. Is de grond erom heen plots eigenaardig nat, dan kan dat een lekkage betekenen. Let ook altijd goed op roest. Witte sporen op het metaal kunnen duiden op beginnende corrosievorming. Neem dan snel actie en zorg dat beschadigingen worden hersteld en dat de verflaag of coating weer dekkend wordt.”
Samenvatting
Ten opzichte van het jaar daarvoor is het aantal keuringen van watersilo’s in 2015 met 600 keuringen gestegen. Die positieve ontwikkeling heeft invloed op de schadecijfers, weet de verzekeraar te melden. Bij een watersilo van zeven jaar oud eist de verzekering een tweejaarlijkse of jaarlijkse keuring. De aanbevelingen uit het keuringsrapport moeten worden opgevolgd. Alleen dan is een ondernemer verzekerd voor het plotseling en onvoorzien uitstromen van (voedings)water door slijtage of roest.
Jeroen van Katwijk, eigenaar Seahorse Diving:
‘Goed onderhoud bevordert veiligheid en gezondheid’
Parallel aan de trend van minder siloklappers ziet Jeroen van Katwijk een groeiend besef bij de telers. “Onze klanten erkennen meer en meer dat een goed onderhouden watersilo veel materiële schade voorkomt. Daarbij verlaagt een schone silo de ziektedruk in het gewas.”
“Wij zien het in de praktijk: telers gaan veel netter met hun silo’s om dan pakweg tien jaar geleden. De verplichte silokeuringen hebben daar denk ik wel aan bijgedragen. Voor die tijd werd er nog wel eens lacherig over gedaan. Wat kan zo’n beetje water nou helemaal voor kwaad? Dat loopt wel de sloot in. Niet dus. Eén liter water heeft een massa van een kilo! Die kracht kan hele WKK-installaties ruïneren. Plus dat je zonder goede wateropslag de teelt wel kan stilleggen. Bedrijven vragen ons dan ook steeds vaker om met een vaste regelmaat silo-werkzaamheden uit te voeren. Een alles in 1-pakket: repareren, reinigen en keuren. We starten dan met een nulmeting, waarna we de silo’s letterlijk van binnen en van buiten kennen.”
Duikuitrusting
De werkzaamheden verlopen het beste met een volle silo. “Als er achter de bovenste ringen geen water staat, heb je immers een minder goed beeld van druk en eventuele lekkages. Ook bij het werken aan de binnenkant of het doek is een volle silo wel zo prettig. Geen geknoei met ladders, we duiken er hup zo in. Trouwens, waar moet een teler met al dat water heen? Met een gesloten kringloop en nadruk op nulemissies, loos je zomaar niet even op de sloot. Met onze duikuitrusting aan kunnen we prima de constructie, folie en zaken als filters en manchetten controleren en repareren.”
Ook kan het bedrijf een volle silo goed reinigen. “Met een speciaal apparaat zuigen we de aanslag op de bodem weg. Al die algen en dooie plantjes zijn slecht voor de waterkwaliteit. Die drab is een voedingsbodem voor ziekten. Met een schone silo werkt een teler dus actief aan een gezonder gewas. Een aandachtspunt daarbij is natuurlijk hygiëne. Een goede watertechnische partij ontsmet altijd grondig zijn kleding en apparatuur.”
Tekst: Jojanneke Rodenburg. Foto’s: Studio G.J. Vlekke