Rien Panneman van Staay Food Group liet op 14 oktober 2016 tijdens de bijeenkomst ‘Vertical Farming, in or out?’ weten met ingang van 2017 zelf sla te gaan produceren in een grote City Farm in Dronten. De verwachte oplevering van de nieuwbouw is medio april 2017. Vanaf juni 2017 zal de farm ‘up & running’ zijn, aldus Panneman. De bijeenkomst werd georganiseerd door InnovationQuarter.

Panneman schetste tijdens zijn presentatie waarom Staay Food Group in een Vertical Farm-project is gestapt. “In Dronten hebben wij een fabriek waar wij gesneden groenten en maaltijdsalades produceren. Daar is de wens ontstaan naar meer zekerheid, met name op het gebied van voedselveiligheid. Nog een reden is: local-for-local. Wij betrekken nu een half jaar onze sla uit Nederland en een half jaar uit Spanje of Italië, niet echt vers dus. Als we dat binnen het pand kunnen produceren waar we de sla ook verwerken, dan is dat gegarandeerd duurzaam. Vanwege minder logistieke kosten en minder CO2-uitstoot. Maar ook vanwege minder vreemde bestanddelen, zoals steentjes, insecten en zelfs – in uitzonderlijke gevallen – kikkers.”

Schoon product

“De retail in binnen- en buitenland benadrukt dat wij ons bezig moeten houden met een manier van telen, die eigenlijk volledig aansluit bij City Farming”, vervolgt Panneman. “Die ziet verschillende voordelen in verticaal telen: het lagere energie- en waterverbruik bijvoorbeeld. Wij zien ook voordelen ten aanzien van gewasbeschermingsmiddelen en de microbiologie. Supermarkten proberen met het vaststellen van maximale limieten van residuen van gewasbeschermingsmiddelen onderscheidend vermogen te creëren. Daarmee is de strijd natuurlijk niet ten einde. We hebben ook proeven gedaan bij Philips en hebben geconstateerd dat producten van de LED-teelt bacteriologisch vele malen beter zijn dan producten geteeld in de vollegrond.”
Daarnaast is continuïteit een factor. “We weten in een City Farm natuurlijk precies wanneer we zaaien en wanneer we oogsten en wat de kwaliteit daarvan zal zijn”, aldus Panneman.

Partnerships

Niet alleen de vraag van supermarkten, maar ook de samenwerking met slateler Deliscious en de ontwikkelingen in Japan zijn inspiratiebronnen geweest om te gaan investeren in Vertical Farming, vervolgt Panneman: “Alleen zijn de consumentenprijzen in Japan veel hoger dan hier, waardoor het daar rendabel is en hier niet. Wij hebben de discussie opgezocht met een aantal partners: Philips, Rijk Zwaan, HAS, Wageningen, de CAH Vilentum Hogeschool in Dronten en de ontwikkelingsmaatschappij Flevoland. Wij zijn met hen om de tafel gaan zitten en hebben gezegd dat wij in Dronten iets willen opzetten dat uniek is. Daar zijn we nu druk mee bezig. Er komt een compleet nieuwe fabriek, die in maart/april 2017 gereed zal zijn. Het City Farm gedeelte wordt nu ge-engineerd en zal naar verwachting in juni operationeel zijn.”

State-of-the-art

Het nieuwe Fresh-Care Convenience center van Staay Food Group omvat in totaal 27.000 m² vloeroppervlakte. Het grootste gedeelte bestaat uit high-care- en low-care-ruimten. De hal waarin de verse groenten worden gesneden en verpakt, wordt compleet gekoeld. Onderdeel hiervan is de City Farm, een geconditioneerde ruimte waar sla op water, onder LED-verlichting zonder daglicht wordt geteeld. Naast de fabriek is nog een perceel van 70.000 m2 beschikbaar, waar fase 2 kan worden gebouwd. Panneman: “Wij gaan fase 2 uitrollen zodra wij een goed gevoel hebben bij het telen onder LEDs, onze kostprijs gegarandeerd is en de kwaliteit op niveau is.”
De ambitie reikt echter verder dan het oprichten van een state-of-the-art productielocatie. “In het nieuwe pand komt ook een auditorium, waar les kan worden gegeven. We zullen ook studenten uit het buitenland gaan opleiden. Dat geeft ons – en onze partners – natuurlijk een voorsprong.”

Verdienmodel

De kostprijs van luxe slasoorten geteeld binnen een City Farm-concept bedraagt op dit moment nog het dubbele ten opzichte van de huidige manier van telen. “Echter, de vele voordelen zijn evident en dit wordt door onze klanten, de supermarktorganisaties, onderkent”, zegt Panneman. “Bovendien is de waarde van het component sla in een maaltijdsalade beperkt, waardoor onze klanten de beperkte prijsstijging graag accepteren. Ten slotte krijgen zij er een kwalitatief beter, voedselveilig en duurzaam product voor terug waarmee zij zich ten opzichte van de concurrentie kunnen onderscheiden.”
Staay Food Group denkt ook al aan het opzetten van City Farm-projecten in het buitenland. Panneman: “Je ziet steeds meer local-for-local of regio-voor-regio teelt, wat betekent dat wij op termijn een stuk van onze export zullen verliezen. Ik denk dat we daar op in moeten spelen. We moeten de kennisvoorsprong die wij hebben op het gebied van verse voedselproductie behouden en daar een nieuw verdienmodel van maken. Staatssecretaris Van Dam zei het onlangs nog: laten we stoppen met het verslepen van commodities en ons richten op het exporteren van keten- en teeltkennis.”
Staay Food Group is bereid nieuwe kennis te delen. “Uiteindelijk zijn wij daar zelf ook bij gebaat: wij moeten mensen hebben die weten hoe ze onder LED moeten telen, die we in Nederland en daarbuiten aan het werk moeten kunnen zetten.” Tot slot: “Wij zijn ervan overtuigd dat dit een succesverhaal is. Onze klanten zijn wild enthousiast. En wij kunnen volgend jaar vanaf dag 1 rendabel produceren.”

Tekst en beeld: Mario Bentvelsen