Gewasbescherming bij gerbera gaat dit jaar met pieken en dalen, hollen of stilstaan. Dit geldt zeker voor Turkse mot, dit is een plaag die de laatste jaren bijna jaarrond aanwezig is en vooral heel onvoorspelbaar kan zijn. Door onder andere het wegvallen van Steward als correctiemiddel, is rups plaag nummer één geworden.

Turkse mot veroorzaakt in gerbera veel directe economische schade. De indirecte schade is vaak nog groter, omdat telers heel frequent moeten spuiten met andere middelen tegen rupsen. De biologische bestrijding lijdt hieronder. De plagen die we gewoonlijk goed onder controle hebben, steken dan ook de kop weer op. Goede correctiemiddelen om de geïntegreerde gewasbescherming effectief en optimaal te kunnen uitvoeren, zijn essentieel. Dat weet iedere teler maar helaas zijn de beleidsmakers nog niet voldoende overtuigd.

Integrale aanpak

Samen met de telers kijken we uiteraard ook hoe we de rups beter kunnen bestrijden. Dit doen we onder andere door de motten beter te monitoren en te vangen, verwarring – of lokferomonen te testen, spuittechniek te optimaliseren of insectengaas in de ramen weer onder de aandacht te brengen. Maar daarmee zijn we er niet. Er zijn ook nog potentieel betere biologische bestrijders tegen rups, maar die moeten nog worden getest.
Een Masterplan Turkse mot zou in gerbera niet misstaan. Er wordt op en door bedrijven veel beproefd en getest maar resultaten komen niet goed naar buiten, zijn niet voldoende helder omdat er geen referentie is, et cetera. Een integrale aanpak, met voldoende budget om alle mogelijkheden die er zijn om de Turkse mot beter te begrijpen en te gaan beheersen, ontbreekt. Het is nog te gefragmenteerd. Dat is een mooie doelstelling voor 2021.

Lastig jaar

Naast de aantasting door Turkse mot blijft gewasbescherming in het algemeen een hot topic; never a dull moment. Altijd zijn er uitdagingen als het gaat om de bestrijding van ziekten en plagen. Gaat het ene vrij goed en hebben we een plaag eindelijk met biologie redelijk onder controle naar veel jaren van beproeven van verschillende strategieën, dan is het wel weer een andere plaag die opduikt en roet in het IPM eten kan gooien.
Dit jaar was niet makkelijk qua gewasbescherming. Als gevolg van corona wilden telers hun productie beperken door een lagere kastemperatuur in de maanden maart en april aan te houden. Hierdoor kwam de ontwikkeling van de biologische bestrijders ook trager op gang. Dat had tot gevolg dat vooral wittevlieg maar ook spint in mei en juni lastig onder controle te krijgen was. Augustus was de warmste maand ooit, waardoor plagen als spint, trips, maar ook mineervlieg sterk toenamen.

Oorwormen

Dit jaar zijn we ook verrast door de schade die oorwormen kunnen aanrichten in een gerberagewas. Dit insect leeft erg verscholen en laat zich vooral ’s nachts zien, maar de schade aan bloemen is er niet minder om. Met een vlotte en goede samenwerking tussen Glastuinbouw Nederland, telers, onderzoekers en wij als adviseurs is er heel snel gereageerd door een screening uit te voeren van middelen die mogelijk effectief zijn. Hier zijn een paar goed integreerbare middelen uitgekomen die nu worden toegepast.

Tekst: Marco de Groot, Flori Consult Groep