Tomatenteler Ted Duijvestijn vertelt hoe hij zijn bedrijf fossiel-neutraal wil krijgen, de milieubelasting door verpakkingsafval wil terugdringen en extra gezonde tomaten wil telen met behulp van LED-verlichting.
Zijn uw WKK’s in combinatie met geothermie wel rendabel?
“We gebruiken ze alleen als back-up voor de aardwarmte. We telen geen belichte tomaten, dus daar hebben we ze niet voor nodig. Eén WKK is wel constant in gebruik. Die draait op gas uit de warmtebron. Het water van de aardwarmtebron bleek namelijk methaan te bevatten. Met een oude 0,9 kWh WKK werd beoordeeld of deze bijvangst goed te gebruiken was. Toen dat het geval bleek, schaften we een nieuwe WKK aan met iets meer vermogen, die op de bijvangst op volle capaciteit kan draaien. Met die WKK erbij draaien we precies de hoeveelheid stroom die nodig is. We hebben een 100 procent onafhankelijke energievoorziening.”
Is die back-up wel echt nodig?
“De aardwarmtebron draaide aanvankelijk als een speer, maar in maart 2015 ging het fout. De pomp was losgeraakt. Naar verwachting zat de pomp op 400 meter diepte. We zijn toen gaan ‘vissen’. We konden wel de motor oppakken, maar de pomp lag helemaal beneden, 2.400 meter diep. Met een kabel en daaraan een grijpelement werd geprobeerd de pomp op te pakken. Na de 14e poging zeiden we tegen elkaar dat we nog één poging zouden wagen. En waarachtig, die lukte.
Dat heb je met nieuwe technologie, die is nog niet voor 100% bestuurbaar. In het begin ging het prima, met een debiet van 90 tot ruim 185 m³ per uur. Vervolgens ging de retour steeds moeilijker terug de bodem in; het liep terug tot 60 m3 per uur. Toen bleek dat er gas in zat. Dat gas wordt op grotere diepte warmer en zet uit, waardoor het inpompen steeds moeilijker gaat. Toen hebben we de zaak stilgezet. Een separator bracht uitkomst. Met die separator wordt nu het gas uit de aanvoer opgevangen en wordt deze gebruikt voor de WKK. Dat heeft heel wat hoofdbrekens gekost. Het proces moest drie keer worden aangepast voor het eindelijk goed werkte.”
Nam u met geothermie een te groot risico?
“Met innovaties neem je altijd risico’s. Je kunt ook zeggen: ‘ik neem dat risico niet’, maar dan gebeurt er niets. Gelukkig springt de overheid hier op in. Die ondersteunt, stimuleert en ondervangt. Uiteindelijk is zo’n businesscase toch verantwoord. Het is heel belangrijk dat de overheid dit ondersteunt, want het dient uiteindelijk toch een hoger doel. De hele sector kan gebruikmaken van de ontwikkelde kennis. Bovendien kun je met aardwarmte andere dingen doen, zoals wij doen met ovengedroogde tomaten.”
Wat kun je dan nog meer doen met geothermie?
“Dan kom je uit bij het gebruikelijke: warmte aan derden leveren, bijvoorbeeld aan woningen in de omgeving. Maar hoe is die levering over 5 of 10 jaar? De woningmarkt verandert snel. Hij wordt energieneutraal. Dan krijg je opeens een heel andere discussie. Als je in levering aan de woningmarkt stapt, kan het zo zijn dat de situatie over 5 á 10 jaar totaal anders is. Ook dat moet je incalculeren.”
De aardwarmte bracht u veel belangstellenden.
“Dat was ongekend. De eerste drie jaar kwamen er ruim 4.000 bezoekers. Bezoekers van allerlei pluimage, van ministers en studenten tot collega’s en geïnteresseerden uit andere bedrijfstakken. Allemaal met één gemeenschappelijke interesse: duurzaam telen. Daaruit merk je dat duurzaamheid steeds belangrijker wordt. Die bezoekers zijn heel belangrijk voor ons bedrijf. De discussies die je met ze voert, geven je andere en nieuwe inzichten. Je krijgt scherpe vragen waardoor je zelf ook scherper wordt.”
U doet mee in een project voor windturbines. Maar u teelt toch al energieneutraal?
“Wij willen verder verduurzamen. Wij willen helemaal fossiel-neutraal zijn, ook in stroomgebruik. Ook daarover hebben we gebrainstormd: hoe ga je dat realiseren? We kwamen tot de conclusie dat je dan nadrukkelijk windenergie moet onderzoeken. Er is een initiatief voor een windturbine-project in de nabije omgeving. Daar doen we in mee. Dit project heeft wel te maken met weerstand, dat maakt de voortgang ervan nog onzeker.”
Duijvestijn Tomaten participeert ook in een project dat van eigen bladafval kartonnen verpakkingen maakt. Dat doet het samen met enkele andere telers, kartonfabriek Smufit Kappa en afvalverwerker Van Vliet.
Waarom verpakking van eigen bladafval?
“Zo creëer je restwaarde. We hebben nu ook een schaaltje ontwikkeld voor het vermarkten van weer een andere innovatie: roze cocktailtomaatjes onder de naam Silky Pink, in samenwerking met Rijk Zwaan en The Greenery. Verspilling is mij een doorn in het oog. Daar wil ik wat aan doen en zo kwamen we op het idee voor een doos van bladafval.
Wel blijkt dat de uitdagingen die op je pad komen steeds complexer worden. Je hebt er een andere kijk en andere aanpak voor nodig. En je doet het vanuit een andere invalshoek: niet vanuit financieel oogpunt, maar vanuit duurzaamheid. Je doet wat de maatschappij écht belangrijk vindt, bio-based, duurzaamheid… Daar speel je op in.”
Duurzaamheid is voor u geen loze kreet.
“Beslist niet. Het ergste voor mij is voedselverspilling: je hebt van alles in je product gestopt; tijd, energie, arbeid, nutriënten, aandacht, liefde… en dan wordt het zomaar weggegooid. Het Kromkommer-project vind ik daarom een geweldig initiatief, waarbij misvormde groenten en fruit alsnog een bestemming krijgen en dus niet worden weggegooid. Waarom weggooien? Dat is toch prima spul? De supermarkten willen alleen maar perfecte producten en dat gaat steeds verder. Heel veel product is voor hen daardoor niet geschikt, terwijl het de consument niets uitmaakt hoe het er uitziet.”
Haalt u daar inspiratie uit voor uw eigen bedrijf?
“Kromkommer probeert een eerlijker keten te bewerkstelligen qua milieubelasting. Met die blik ontwikkelen wij ook producten, testen ze en kijken we of het marktpotentie heeft. Kijk maar naar onze ovengedroogde tomaten. Je kunt zo’n bakje halfvol doen en aanvullen met olie, waardoor je het goedkoop kunt aanbieden. Dan ben je meer concurrerend, maar wij geloven dat onze aanpak op de lange termijn de winnaar is.
We richten ons op de bewuste consument. Die groep is niet groot, maar groeit wel. Ook ouderen worden kwaliteitsbewuster en zij kunnen zich luxere producten permitteren. Ook gezondheidsfreaks hebben veel over voor een goed product, maar het verhaal achter je product moet wel kloppen.”
Produceert u daarom ook extra gezonde tomaten?
“Daar doen we wel onderzoek naar. De WUR heeft gevonden dat LED-licht op de uitgroeiende tomatentros vruchten geeft met een hoger vitaminegehalte. Wij proberen dat nu uit in de ID Kas®. We testen het effect van LED-licht op de vruchten in de verwachting dat ons dat in de toekomst verder brengt. We zijn ook een fotosyntheseproef onder LEDs gestart, met als doel de teelt verder te optimaliseren. Als je alleen kijkt naar kostprijs gebeurt er nooit wat.”
U noemt regelmatig de WUR.
“Daar hebben we een samenwerkingsverband mee. Ook met scholen. Er komen hier veel studenten. Het prettige is dat ze geen oordelen hebben, ze zeggen niet ‘het kan niet’. Dat verlegt je grenzen. Als je dat stimuleert levert dat dingen op, hè! Daar kunnen we wat mee. En het is goed voor hun opleiding. Opleiden wordt steeds belangrijker.”
Kun je als bedrijf de ontwikkelingen wel bijhouden?
“De ontwikkelingen gaan erg snel. Daardoor neemt de druk toe. Maar ontwikkelingen kun je nooit bijhouden, dat moet je loslaten. Het mag je niet gaan overheersen. Je denkt de ontwikkelingen te beheersen, maar als je niet oppast beheersen ze jou. Het grensvlak is erg smal: innovaties zijn leuk, maar ze brengen extra risico’s met zich mee. Aan de andere kant: als je er niets mee doet, brengt het je ook niet verder.”
Duijvestijn Tomaten in Pijnacker is in 2015 op het gebied van Crop & Process Technology gekozen tot ‘beste tomatenteler ter wereld’. Dat vond een jury die bepaalde wie de bijbehorende Tomato Inspiration Award moest winnen. Niet zomaar een jury, met Gene Giacomelli (Universiteit Arizona, USA), Ep Heuvelink (Universiteit Wageningen, Nederland), Stefanie de Pascale (Universiteit Napels, Italië) en Tadahisa Higashide (Instituut NARO, Japan). Duijvestijn Tomaten teelt 14,5 hectare tomaten met vooral ronde- en pruimtomaten. Daarnaast teelt ze Silky Pink, een totaal nieuw type tomaat; een exclusieve roze, maar bovenal fruitige cocktailtomaat.
Dit is deel 2 van het interview met Ted Duijvestijn. Lees ook deel 1.
Tekst en beeld: Tuinbouwteksten.nl, Theo Brakeboer