Bijna alle glastuinders in het tuinbouwgebied De Kwakel-Kudelstaart zijn het eens over één ding; hun energievoorziening moet duurzamer. Milieuvriendelijker en vooral minder afhankelijk van gas, want de beschikbaarheid en prijs daarvan zijn een grote risicofactor aan het worden. Verenigd in een energiecoöperatie onderzochten ze geothermie. De pijlen zijn nu gericht op datathermie.
Het initiatief tot samenwerking tussen telers om hun energiebehoefte in beeld te brengen, kwam in eerste instantie bij de in- en verkoopcoöperatie Vireõ vandaan. Deze coöperatie is de samenwerking van HPD Potplanten, Heemskerk Plant en Berghoef Plants, alle bedrijven zijn gevestigd in De Kwakel.
Initiatief kwam uit bestaande coöperatie
De bedrijfseigenaren binnen Vireõ zijn in hoge mate gewend om samen te werken en te overleggen over hun bedrijfskoers. Het leek logisch dat zij gezamenlijk het energievraagstuk zouden oppakken.
Het woord is aan Patrick Hogenboom, een van de eigenaren van HPD Potplanten en nu mede-eigenaar en directeur van Vireõ. Hoogenboom is bovendien recent uitgeroepen tot voorzitter van de Energiecoöperatie De Kwakel-Kudelstaart. Dat initiatief had een lange aanloop en vergt tegenwoordig veel van zijn tijd. Laten we even teruggaan in de tijd.
Eerste overleggen om de mogelijkheden te onderzoeken
In eerste instantie werd Vireõ benaderd door Greenport Aalsmeer met de vraag of zij open zouden staan voor de aanleg van aardwarmte. Aangezien dat een techniek is die op vele plekken in Nederlandse glastuinbouwgebieden succesvol draait, hadden de eigenaren van Vireõ daar wel interesse in. Hogenboom: “Met andere partijen als Bunnik Bromelia, Kwekerij PowerGrow, Handelskwekerij Ubink en Hilverda Florist hebben we de energiecoöperatie opgericht. Uiteindelijk was de conclusie dat aardwarmte niet ging lukken.” Aardwarmteprojecten zijn niet alleen kostbaar, maar ook een technisch hoogstandje waarbij alle onderdelen moeten kloppen. Aan de allereerste stap werd in De Kwakel-Kudelstaart al niet voldaan.
Breukvlak in de diepere grondlagen
In de jaren negentig is de ondergrond van Nederland uitgebreid in kaart gebracht, destijds voornamelijk voor de olie- en gaswinning. In de twintigste eeuw is die kaart verder uitgebreid in verband met de mogelijkheden voor aardwarmte. Niet alle gebieden zijn even nauwkeurig onderzocht. Bij het SCAN-onderzoek (Seismische Campagne Aardwarmte Nederland) rondom De Kwakel en Kudelstaart bleek dat de diepere ondergrond daar minder geschikt is voor de winning van aardwarmte. Door een verstoring in de IJstijd zou er een breuk zitten in de warme laag. Teleurgesteld maar niet ontmoedigd heeft de energiecoöperatie toch een opsporingsvergunning aangevraagd en gekregen.
Samenwerking binnen een consortium
Die vergunningsaanvraag heeft de coöperatie aangevraagd en gekregen in samenwerking met energieleverancier Gaia. Hogenboom: “Op het moment dat je die opsporingsaanvraag daadwerkelijk krijgt, beland je als groep in een consortium, een tijdelijk samenwerkingsverband. Daarmee zullen we na onderzoek zien of er misschien toch mogelijkheden zijn, maar in de tussentijd vraagt dat ook veel tijd en aandacht. Als teler alleen had je deze stappen nooit kunnen zetten, al was het maar vanwege de vele overleggen.”
Belangrijke subsidies voor de aanleg van warmtenetten worden alleen verstrekt aan grote samenwerkingsverbanden. Naast het traject van geothermie, heeft de groep besloten om verder te zoeken.
Professionele steun noodzakelijk
De energiecoöperatie kijkt, buiten dit consortium naar andere mogelijkheden. Hogenboom: “We waren inmiddels met de vier bedrijven van Vireõ en nog vier andere bedrijven erbij. Samen hebben we tweederde glas in deze polder. Uit deze groep zijn we, met een afvaardiging, onder begeleiding van Greenport Aalsmeer en Glastuinbouw Nederland op zoek gegaan naar andere mogelijkheden. Dat viel niet mee, de bestuurders van de coöperatie hebben allemaal een eigen bedrijf en dit moet er dan nog naast. Gelukkig kregen we begeleiding van Jeroen Larrivée, coördinator energietransitie en Dave Vlaming, programmanager duurzame gebiedsontwikkeling bij Greenport Aalsmeer. Hogenboom: “Zulke jongens hebben de tijd, het netwerk, de kennis en expertise, zij houden het proces op gang.” Op dit moment lijkt datathermie, warmteterugwinning bij dataopslag en -verwerking het meest kansrijk. Met een warmtenetwerk, waar alle bedrijven op aansluiten, kunnen we alle mogelijkheden optimaal benutten, ook in de toekomst eventueel met geothermie.”
Tekst: Bernadette Kroon











