Kom in de Kas is de kans om als teler, ondernemer, verkoper of marketeer van een tuinbouwbedrijf met je billen bloot te gaan. En nee dat bedoel ik niet letterlijk, hou alsjebliéft je broek aan, anders hebben we het volgende schandaal als tuinbouwsector aan onze kont hangen (om in dezelfde hoek te blijven). Maar het is wel bij uitstek het moment om te toetsen bij consumenten wat zij leuk en mooi vinden, goed testen wat ze als eerste kopen om zo te toetsen of hun antwoorden op waarheid berusten.

Ik weet dat de april editie van Onder Glas pas ná Kom in de Kas op de mat valt, maar misschien zet het je aan het denken. Zelf gebruiken wij consumentenbeurzen of Kom in de Kas (en nee, helaas was het dit jaar niet bij ons) altijd om heel veel data te genereren. Dit is voor ons altijd wel de motivatie om mee te doen, behalve dat het natuurlijk heel leuk is om je deuren open te doen en trots te zijn op je bedrijf. Stiekem komt zoiets nooit uit. Op het moment suprême is het altijd druk en voor Kom in de Kas wil je toch wel de boel opgeruimd hebben.

Daarom de noodzaak om vooraf goed na te denken: wat kan ik leren van de mensen die ik toelaat in mijn bedrijf? En wat zou ik daar dan weer mee kunnen? Want uiteindelijk maken wij hele mooie producten maar het eindigt niet wanneer ze bij ons van de dam af zijn. Voor mij maakt dit niet uit of je het nu hebt over bloemen, planten en of groente. Stel een vraag aan een consument en je krijgt vaak een ongezouten mening. Dan is het vooral nog de kunst om hier zelf niet over te oordelen, want het is wel jouw kindje. Het is dan niet leuk om kritiek te krijgen.

Ik zie dat anders. Er ligt altijd een mooi beginpunt om een nieuw product te bedenken of om andere informatie mee te geven aan je product. Het heeft ons altijd heel veel geholpen om onze concepten door te ontwikkelen, omdat we vaak beter weten dan onze klanten wat zij kunnen verkopen en dat is toch supertof?

Joyce Lansbergen, gerbera-ondernemer in Pijnacker