Door het vroeg en abrupt invallen van de herfst, was er in september al veel vraag naar doorgekleurde snij-hortensia’s, de zogenoemde classics. De kleurige ‘fresh’-hortensia’s ruimden versneld het veld en de classics kregen de overhand. Teler Bartjan Kolk van Ko Kolk Hortensia’s in Amstelveen: “Het gaat al vanaf juni voor de wind, maar de totale markt loopt nog wel achter op vorig jaar. Ik verwacht dat het naseizoen ons op break-even zal brengen.”

Het seizoen begon met een tegenvaller voor snij-hortensiateler Bartjan Kolk. “We hadden helaas nog best wat ‘oud hout’ staan; takken die het vorige seizoen niet hebben gehaald. Daardoor hadden we wat meer aanbod in het voorjaar en vielen de prijzen tegen. Maar in juni trok de markt aan. Omdat de pioenroos − de grootste concurrent van de snij-hortensia − vroeg van de markt verdween, kwam er meer vraag naar hortensia.”
Langdurige hitte bleef uit in de zomer, waardoor de markt steeds goed op stoom bleef. “Wel konden we merken dat de golf van uitgestelde bruiloften door corona voorbij is. De afgelopen drie jaar leverde dat in de zomer extra vraag op naar vooral de roze en witte snij-hortensia’s, als uitgelezen bruiloftsbloemen. Nu bleven die extraatjes uit.”
De vroege herfst deed de vraag naar doorgekleurde hortensia in herfsttinten al vroeg opleven. Deze productgroep doet het de afgelopen jaren steeds beter, vanwege de lange houdbaarheid en de prachtige najaarstinten.

Gasvrije kas

Een gemiddelde prijsstijging van 10%, waar de hortensiatelers op hoopten om de gestegen kosten te kunnen dekken, zit er nog niet in. “De totale markt loopt tot nu iets achter op vorig jaar, maar de classics kunnen in het naseizoen nog wel wat goed maken. De gemiddelde prijs op Royal FloraHolland ligt iets achter ten opzichte van vorig jaar, maar we hebben als hortensiatelers nog tot Kerst om op break-even of een kleine plus uit te komen. Door de grote vraag en goede prijsvorming van de classics zou dit mogelijk moeten zijn.”
Sinds 2021 teelt Kolk op een nieuwe locatie, in een gasvrije kas. De komende maanden hoeft hij zich geen zorgen te maken over de kou. “De warmte die ik in de zomer oogst zet ik in het voorjaar in voor de stookteelt en in de herfst om vochtproblemen voor te blijven en nog laat verse bloemen te kunnen oogsten.”

Niet nodig om actief te koelen

“Actief koelen doen we heel sporadisch. Over het algemeen kunnen we met ons mistsysteem de kas voldoende koel houden. Zo slaan we drie vliegen in één klap met dat systeem: de luchtvochtigheid blijft op peil, zodat de planten niet in de stress raken. Het draagt bij aan verkoeling en het helpt de biologische bestrijders een handje.”
Biologische bestrijding van Japanse trips was deze zomer minder effectief, ervaarde de teler. “Met dezelfde bestrijders en dezelfde strategie als vorig jaar, hadden we dit jaar meer moeite om trips en spint in de hand te houden.” Het leidde uiteindelijk niet tot kwaliteitsverlies of uitval. Met zo min mogelijk chemie een schoon gewas telen, blijft voor Kolk de uitdaging de komende jaren. “Dat is een continu leerproces.”

Verhuizing pakte goed uit

De drie jaar oude kas van Ko Kolk Hortensia’s is voorzien van alle nieuwe en duurzame technieken. Zo waardeert een warmtepomp de warmte van de WKO op, er liggen zonnepanelen op de schuur, de kas heeft een dubbel energiescherm en actieve ontvochtiging en al het drain- en spuiwater wordt hergebruikt. “We moesten verhuizen om plaats te maken voor woningbouw, maar uiteindelijk heeft dat niet verkeerd uitgepakt. We zijn precies op het goede moment van het gas af gegaan.”

Kat uit de boom kijken

Naast het telen van eindproduct, is Kolk ook veredelaar van snij-hortensia’s. Regelmatig introduceert hij nieuwe rassen. “Bij de veredeling gaat het de afgelopen tijd steeds meer om transporteerbaarheid, terwijl de focus voorheen uitsluitend lag op grote stevige bloemen, mooie kleuren en stevig gewas. Een relatief duur product als hortensia moet goed tot zijn recht komen bij de consument. Ook na langdurig transport, moeten de bloemen ongedeerd uit de doos komen en lang meegaan op de vaas. Dat is dus een belangrijke uitdaging voor de veredeling geworden.”
Kolk merkt dat de handel bij nieuwe introducties lang de kat uit de boom kijkt. “Ze betalen er nog niet gelijk een goede prijs voor. De nieuwe rassen moeten zich eerst bewijzen bij de eindklant. Dat is begrijpelijk, maar het staat vernieuwing wel in de weg. De markt schreeuwt om innovatie, maar waardeert die vervolgens onvoldoende.”

Tekst: Astrid Zoumpoulis, beeld: Jan van Staalduinen