Paprikateler Thijs Joosten uit Someren kan door een nieuwe substraatmat en bijbehorende matsensoren beter sturen op EC-waardes en dus op zijn teelt. “Wil je een topproductie behalen, dan moet je grenzen kunnen opzoeken.” De nieuwe substraatmat is niet 15 maar 12 centimeter breed en 10 cm hoog in plaats van 7,5.
Hoewel de mat door de nieuwe afmeting wat minder gecentreerd op de goot ligt, loopt het drainwater hierdoor wel sneller weg, meent paprikateler Thijs Joosten. Maar het grootste voordeel van de nieuwe matten in zijn kas zit ‘m niet in de breedte, maar in de hoogte. In plaats van 7,5 cm, zijn ze 10 cm hoog. “Dankzij de NG2.0 technologie verbetert de capillaire werking ook nog eens. Daarnaast verbetert de wortelontwikkeling in het substraat”, zo is de ervaring van de teler.
“Als je de mat zou opensnijden, kun je zien dat in de nieuwe Supreme-mat de wortels beter over de hoogte zijn verdeeld en beter verspreid dan in de oude Vitalmat. De wortels worden meer geprikkeld om te zoeken naar voedingsstoffen”, voegt accountmanager Frank Janssen van Grodan toe. Hij begeleidde de proef op het bedrijf.
Grenzen opzoeken
Joosten heeft samen met zijn broer René een teeltbedrijf in Someren. Hier telen ze op 8,5 ha rode paprika’s. Hij was in eerste instantie sceptisch toen Janssen hem twee jaar geleden benaderde voor een proef met hun nieuwe substraatmat, maar toch won zijn nieuwsgierigheid. “Als je geen proeven doet, word je nooit wijzer”, verkondigt hij.
De teler richtte een kwart van zijn kas (een blok van 2,2 ha) in met de nieuwe steenwolmatten. De andere driekwart van het gewas bleef op de oude substraatmat. “Het was een groot verschil”, zegt hij een seizoen later. “De intering gaat veel makkelijker en de herverzadiging is beter. Door die verbeterde capillaire werking houdt de mat het water beter vast, waardoor je beter kan sturen op je matwatergehalte, de EC-waardes en dus op de teelt.”
Hij streeft naar een EC-waarde tussen de 3 en 3,5 en een vochtgehalte van rond de 75% overdag. “Als je met de Vitalmat ’s nachts te diep inteerde, kreeg je het gewenste niveau overdag nauwelijks meer terug. We waren meer aan het sturen op de mat dan op de teelt. Met deze nieuwe mat is dat anders. Je kan best ver gaan met interen. Dat betekent dat je makkelijker de grenzen kan opzoeken, omdat je het niveau weer snel op peil hebt. Wil je een topproductie behalen, dan moet je grenzen kunnen opzoeken en dat kan nu met minder risico.”
Zes matsensoren
De draadloze GroSens matsensoren zijn daarbij van grote waarde. Het is even zoeken maar uiteindelijk vindt Joosten in rij 58 een van de zes draadloze matsensoren, die hij in zijn kas heeft. “Dit kastje vertelt ons bijna alles”, wijst hij. “Voorheen maakten we beslissingen op basis van gezond verstand, maar meten is weten. De cijfers geven een betere referentie om de juiste keuze te maken.”
Zo gaf hij voorheen standaard 2,5 uur na zonsopgang zijn gewas een eerste beurt water, maar nu hij het vochtgehalte, het wortelmilieu en de EC-waardes in de substraatmat op zijn computer kan aflezen, geeft hij vaak al eerder op de dag water en weet hij sneller wanneer de planten verzadigd zijn. “Hierdoor kan je de EC-waardes veel beter sturen”, stelt Joosten.
De sensoren gebruikt hij nu al drie jaar, maar nadat het bedrijf op 23 juni 2016 werd getroffen door een immense hagelbui, die heel wat schade aan de kas opleverde, heeft hij het aantal matsensoren uitgebreid van drie naar zes stuks om beter inzicht van de gehele teelt te krijgen. “Met zes sensoren kunnen we nauwkeuriger sturen. Niet overal in de kas zijn de omstandigheden hetzelfde.”
Nieuw ras
Zeker met het nieuwe paprikaras is op tijd kunnen sturen van groot belang. Dit seizoen is Joosten overgestapt van Redline naar Gina. Hoewel Redline bekend staat om zijn hoge vruchtgewicht, gingen er te veel paprika’s kapot. “Ze pasten niet goed in een 5 kg verpakking”, legt de teler uit. “Gina is fijner qua formaat en past daardoor makkelijker en mooier in de verpakking.”
Deze switch zorgt voor een ander teeltmanagement. “Gina kan je absoluut niet koud zetten. Er moet meer energie in en dat krijg je alleen voor elkaar door de temperatuur hoger te zetten: 17 graden is het minimale om knopen te voorkomen. De dag-nacht temperatuur moet minder extreem. Daarnaast is dit ras minder generatief, terwijl wij wel graag aan de generatieve kant telen. Dus teelttechnisch moeten we daar goed opsturen. Doordat we nu, met de nieuwe matten, de watergift beter op orde hebben, moet dat lukken.”
De teler houdt een inteerpercentage aan van 5 tot 8% in de nacht. “We willen dat het gewas niet te vegetatief wordt, dus dat betekent dat we niet richting de 10% willen.” De EC-waardes zijn met dit systeem beter te beheersen. “De EC verhogen is een kwestie van minder water geven. Verlagen doen we door ’s middags wat zuiver water bij te mengen. Het is beter om per beurt minder voeding aan te bieden dan meer beurten water te geven.”
Meerdere factoren
Sinds dit seizoen heeft de teler de nieuwe substraatmat over het gehele teeltoppervlak laten leggen. Hij is niet de enige. De vraag naar de nieuwe mat is stijgende, merkt Janssen. “Telers zijn vooral tevreden over de intering ’s nachts. Daarnaast hoor ik terug dat ze, door beter te kunnen sturen op EC-waardes, een gelijkere stengel zien en minder wortelproblemen hebben.”
Joosten vindt het moeilijk om er concrete conclusies aan te binden. “Waarschijnlijk besparen we wat op water, maar dat kan ik niet met cijfers onderbouwen. Datzelfde geldt voor verbeterde plantkwaliteit of een verhoogde productie. We hebben geen referentiejaar. In 2016 zijn we getroffen door die hagelschade en daarna hebben we zoveel dingen tegelijk in de kas veranderd, dat er meerdere factoren zijn die inspelen op de kwaliteit en productie. Er ligt nu diffuus glas, we telen op goten, we hebben een nieuw ras, dus ik kan niet zeggen dat het alleen aan de nieuwe substraatmat ligt. Wel is zeker dat nu we beter kunnen sturen op EC-waardes en dus op de teelt, we minder risico lopen en daarmee is de bedrijfszekerheid toegenomen.”
Tekst en beeld: Marjolein van Woerkom