Vermeerderings- en opkweekbedrijf Flevoplant heeft voor het eerst aardbeienplanten opgekweekt op steenwol. Het is nog een beetje uitvinden voor het bedrijf in Ens, maar het heeft wel toekomst vindt ondernemer en teeltmanager Niels Goossens. “Naast dat er een markt voor ontstaat, is dit gewoon een mogelijke veenvervanger.”
Het productieproces kent een strak seizoensritme. De hele winter is er volop bedrijvigheid te zien in de logistieke ruimte en de kassen aan de Enserweg in Ens. Tientallen medewerkers staan in deze maanden aan lange tafels in de verwerkingsruimte om de trayplanten in te pakken voordat ze de koeling ingaan.
Teeltvloer en teeltgoot
In de kas wordt de nieuwe teelt voor de vermeerdering opgezet, met één laag op de teeltvloer en één laag in teeltgoten die op drie meter hoogte hangen. Via een viertal transportbanden aan de gewaswagen vinden de bakken met moederplanten hun weg naar boven. Deze planten, afkomstig uit eigen moederplanten, maken gedurende het voorjaar en de zomer ranken en stekken aan. In juni en juli worden de planten gestekt en verder opgekweekt op plug of als trayplant. Daarop volgt de verdere opkweek tot en met november, waarna de doorgroeide planten tijdelijk ingevroren worden. Van januari tot april worden ze verpakt en uitgeleverd.
“Een deel van de rassen telen we in de kas, en een deel op ons containerveld, dat hier vlakbij ligt”, vertelt ondernemer en teeltmanager Niels Goossens. Hij is de derde generatie van de telersfamilie die het bedrijf, met inmiddels vier vestigingen, heeft opgericht. “Behalve deze kas van vijf ha, hebben we een hoofdkantoor met koelfaciliteiten voor de frigo en trayplanten, een sorteerlocatie met koelcellen, trayvelden en een huurkas”, legt hij uit. “Ook zijn we partner van Flevoberry, dat ooit vanuit het bedrijf ontstond als veredelingstak. Wij telen hier een breed assortiment, van junidragers tot aan doordragers in alle planttypen.”
Steenwolblokken
Flevoplant teelt normaal gesproken in een veenkokosmengsel met perlietkorrels voor de luchtigheid. “We gebruiken een mengsel dat is samengesteld uit veen en kokos met ongeveer 15 procent perliet. In dit mengsel zit een organische basisbemesting”, licht Goossens toe.
Teelt op steenwol is een nieuwe stap voor het bedrijf. “Wij hebben afgelopen jaar voor het eerst stekjes op steenwolblokken geteeld in een halve kap. Dit seizoen herhalen we dit.” De aanleiding was de vraag van een klant uit de Golfregio.
“Dit teeltbedrijf wilde de nieuwe aardbeienplanten op steenwol aangeleverd krijgen, om deze op steenwolmatten te gaan telen zoals hun tomaten.” Daarom is de vermeerderaar erin gestapt, al geeft hij aan dat steenwol voor hen nog een nieuwe wereld is. Ze vinden dat de moeite waard, omdat het mogelijk een prima veenvervanger is voor de toekomst. “Wij bekijken of er komend seizoen meer vraag naar komt. Die verwacht ik zowel vanuit Nederland als het buitenland.”
Teeltopzet
Een belangrijk voordeel voor productiebedrijven is de watergift en bemesting, die in de steenwol meer gericht en op maat per plant aan te sturen is. Verder is de verwachting dat aardbeienteelt op steenwol zorgt voor productieverhoging, weet hij. “Deels is die gedachte nog theorie, maar in teeltproeven blijkt dit te kloppen. De planten groeiden bij ons generatiever, we zagen een meer compact gewas en minder strekking. Daarom verwacht ik dat deze planten bij de teler meer neuzen en trossen zal aanmaken.”
In de zomer worden de moederplanten gestekt waarna ze de stekken tot en met de herfst verder opkweken. Teeltspecialist Paul van Hulst legt uit: “De steenwolteelt hebben we in augustus opgezet op blokken van 7,5 bij 7,5 centimeter. Als ondergrond hebben we piepschuim platen met daarover geperforeerde folie gebruikt, zodat de steenwol los van de grond stond en ziektes minder kans kregen. Watergeven deden we van bovenaf, net als in onze gangbare teelt.”
De juiste vochthuishouding was even zoeken, want dit werkt bij steenwol duidelijk anders dan bij veenkokos. Van Hulst: “Het nat zetten van veenkokos voor het stekken lukt ons veel sneller dan het vullen van de steenwolblokken.”
Lessen
Aanvankelijk stonden de blokken in rechte rijen naast elkaar. Om te voorkomen dat de wortels in elkaar zouden groeien en om de planten meer ruimte te geven, zijn ze na een paar weken in dambordformatie gezet. “Dit zorgde ook voor meer luchtcirculatie en daarmee een actiever groeiklimaat. Wij hebben gaandeweg moeten uitvinden wat de beste opstelling was”, zegt Van Hulst.
De bemesting moest ook anders dan gebruikelijk. “In plaats van starten met een basisbemesting, wat we gewend zijn, hebben we wekelijks een organische bladbemester gespoten en meststoffen meegegeven met het gietwater”, aldus Van Hulst.
Om de vochthuishouding te volgen gebruikten de telers een GroSens van Grodan. Met deze mobiele sensor kunnen telers de EC-waarde, het watergehalte en de worteltemperatuur gedurende teelt volgen. Op die manier kunnen ze bepalen wat het juiste moment is om voeding en water te geven.
“Je kunt bij steenwol minder goed zien of ze nat genoeg staan, zoals we van veenkokos gewend zijn. Achteraf gezien waren we te voorzichtig. Tijdens de opkweek hadden we het blokgewicht verder mogen laten terugzakken en hebben we te snel weer water gegeven”, vertelt Goossens.
Niet invriezen
De opkweek van aardbeien is een onverwarmde teelt. Het bedrijf stuurt het klimaat vooral aan door te luchten tegen een vochtoverschot en verder wordt de kas vorstvrij gestookt. Zo is het partijtje steenwolplanten tot januari doorgeteeld. Daarna stonden de ondernemers weer voor een vraag: kun je deze plantjes wel invriezen?
Goossens: “We durfden dat nog niet aan met de steenwolpotjes. We weten niet hoe de planten daarop reageren. In overleg met de steenwolleverancier hebben we ze teruggekoeld tot 1ºC en daarnaast hebben we gekeken tot hoever het watergehalte in de blokken moest interen.” De beste manier van verpakken is ook nog een vraag, geeft hij aan.
Terugblikkend stelt het tweetal dat ze komend seizoen een aantal dingen anders zullen aanpakken. “Het kan beter. Zoals gezegd hebben we te nat geteeld. Dat komt ook doordat we bovenlangs watergeven, dus we zullen de watergift moeten optimaleren.”
Verder willen ze het uit elkaar zetten van de blokken in dambordformatie al vanaf de start doen. “Vorig seizoen leverde dit een groeivertraging op. En we moeten eerder bloemen uit de stekjes verwijderen, want op steenwol blijken de planten eerder bloemtrossen te vormen dan we gewend zijn.”
Watergift optimaliseren
Volgens Thomas Peters, business develop manager van Grodan, is het goed dat opkweekbedrijven praktijkervaring opdoen met de teelt op steenwol.
“Uit diverse onderzoeken waaraan wij meewerken blijkt al dat de aardbeienteelt op steenwol duurzamer kan zijn dan op veenkokos.” Bij Flevoplant gaat het om een eerste ervaring op erg kleine schaal, zonder dat het bedrijf al helemaal ingericht is voor de steenwolteelt, stelt hij. “Zo is het watergeven van bovenaf niet ideaal, dat heeft de teler ook gemerkt. Om grotere aantallen goed te telen is een watergift met eb- en vloedvloeren wel een voorwaarde. Dan kan het sturen van de watergift en EC-waarde geoptimaliseerd worden”, aldus Peters.
Tekst en beeld: Koen van Wijk