Als er één teler is die past binnen het thema ‘Opvallen en vernieuwen’, dan is het wel Maurice Stals. De pot- en perkplantenteler uit Ell sleepte in 2018 de Ondernemersprijs Leudal in de wacht en investeerde de afgelopen jaren fors in de optimalisatie van zijn bedrijf. Inmiddels staat de volgende uitdaging voor de deur: hij oriënteert zich op de mogelijkheden voor een tweede bedrijfslocatie.
“Woensdagavond 3 oktober was zonder twijfel één van de mooiste avonden van mijn leven. We wonnen de Ondernemersprijs Leudal 2018, maar ook de Rabobank Publieksprijs. En dat terwijl we nergens rekening mee hadden gehouden. Dat doet echt wel wat met je; het voelt als een enorme blijk van waardering.” Maurice Stals (40) windt er geen doekjes om: hij is ongelofelijk blij met en trots op de lokale ondernemersprijzen die hij enkele maanden geleden binnenhaalde.
Passie voor vak en mens
De jury overlaadde hem hierbij met lof. ‘Een ondernemer met passie voor het vak en voor de mens, die alles tot in de puntjes heeft verzorgd. Daarnaast moet hij ontzettend veel ballen in de lucht houden: kasklimaat, ziektedruk, personele bezetting en de variëteit aan producten. Tegelijkertijd denkt hij na over toekomstige ontwikkelingen’, zo was te lezen in het juryrapport.
De ondernemer denkt dat het feit dat sprake is van een gezinsbedrijf de jury mede over de streep trok. Zijn vrouw Wilma werkt namelijk ook volop mee. En hoewel hij bij de kwekerij woont, draait het volgens de teler niet alleen maar om het bedrijf; het gezinsleven neemt ook een centrale plek in. “Ik probeer bijvoorbeeld altijd ’s ochtends, voordat de kinderen naar school gaan, en tijdens het avondeten binnen te zijn. Dat wist de jury te waarderen.”
Intensivering productie
Stals is een ondernemer die continu vooruit wil, zo blijkt als hij zijn verhaal vertelt. De Limburger, die de kwekerij in 2007 overnam van zijn ouders, investeerde de afgelopen tien jaar namelijk fors in uitbreiding en optimalisatie van de bedrijfslocatie. Zo bouwde hij in 2013 een nieuwe loods voor koeling, opslag en huisvesting van buitenlandse medewerkers. Daarnaast investeerde hij in automatisering en kocht 8 ha grond bij. Het totale bedrijf omvat nu bijna 11 ha. Hiervan bestaat 2,2 ha uit glasopstanden, daarnaast is 2 ha gereserveerd voor containerveld en ruim 8 ha voor vollegrondsteelt.
Omdat méér glas geen optie is, vanwege de ligging nabij een beekdal, werd de productie de afgelopen jaren geïntensiveerd. Het doel was om het maximale uit de locatie te halen. Om deze reden is de ondernemer de kas steeds meer gaan gebruiken voor de op- en afkweek van producten en breidde hij het sortiment uit met producten die ook (deels) buiten kunnen worden geteeld. Bijvoorbeeld hortensia’s, vaste planten en snijheesters. Daarnaast teelt de Limburger een breed sortiment zomerbloeiers en perkgoed, primula’s, violen, helleborussen en kerststerren.
Stals zet zijn producten af via Veiling Rhein-Maas, via tuincentra en cash-and-carry’s. Daarnaast heeft hij particuliere verkoop, maar dit aandeel is marginaal. Toch hecht de ondernemer veel waarde aan dit afzetkanaal, aangezien dit bijdraagt aan binding met en draagvlak in de omgeving. “En dat heb je vandaag de dag hard nodig als tuinbouwondernemer.”
Oriënteren op uitbreiding
Hoewel de potplantenteler aanvankelijk geen plannen had voor verdere groei van zijn bedrijf, onderzoekt hij momenteel toch de mogelijkheden voor uitbreiding. Sterker nog: per 1 januari huurt de ondernemer een kas van 2,4 ha bij en op termijn wil hij nieuw gaan bouwen, op een tweede locatie. “Mijn doel – de huidige locatie optimaal benutten – is inmiddels bereikt. En dan ga je als ondernemer toch op zoek naar een nieuwe uitdaging.”
Daarnaast vragen tuincentra volgens de ondernemer steeds meer grotere volumes, vooral bij perkgoed. Omdat de teler in eerste instantie niet aan deze vraag kon voldoen, liet hij zijn grootste klant twee jaar geleden weten dat Kwekerij Stals hem in de toekomst niet meer konden beleveren en hij dus op zoek moest naar iemand anders. “Ik zag geen andere mogelijkheid. Maar nog geen twee maanden later klopte de betreffende klant opnieuw aan: ze konden geen ‘tweede Stals’ vinden. Dat triggerde ons nog eens extra om de mogelijkheden voor uitbreiding onder de loep te nemen. Uit alles bleek: het is tijd voor een volgende stap.”
Combinatie bedrijf en gezin
Stals ging daarop rond de tafel met de gemeente Leudal. Want hoewel uitbreiding op de huidige bedrijfslocatie geen optie is, is het voor de ondernemer wel belangrijk dat een tweede locatie niet te ver weg ligt. Hij is er de persoon niet naar om een kas te bouwen in een tuinbouwontwikkelingsgebied en dan elders te gaan wonen. De combinatie van bedrijf en gezin is namelijk belangrijk voor hem. Een tweede bedrijfslocatie mag daarom niet meer dan vijf kilometer van Ell liggen. “Daarbij wil ik de huidige locatie graag behouden. Ik heb hier de afgelopen jaren zoveel in geïnvesteerd dat het zonde zou zijn om dit allemaal af te breken. En sowieso is het bedrijf in de huidige opzet, met een combinatie van kas- en buitenteelt, niet zomaar te verplaatsen naar een concentratiegebied.”
Juiste moment
De teler heeft inmiddels een concrete tweede locatie op het oog, waar hij nieuw kan bouwen. Het gaat hierbij om een solitaire locatie, binnen de gemeente Leudal. De ondernemer is nog in overleg met de gemeente en met andere betrokken instanties, over hoe een en ander precies vorm moet gaan krijgen. Hij is ervan overtuigd dat het winnen van de ondernemersprijs een positieve uitwerking heeft op het geschetste traject. “Dit draagt ertoe bij dat je serieus wordt genomen. Niet alleen door overheden, maar ook door bijvoorbeeld een bank. In die zin kwam de prijs precies op het juiste moment.”
Desondanks verwacht Stals dat het nog drie tot vier jaar zal duren voordat een tweede bedrijfslocatie daadwerkelijk is gerealiseerd. Om die periode te overbruggen, huurt hij nu een kas in Maasbree. Deze benut hij vooral voor het opkweken van de hortensia’s. Op deze manier creëert de ondernemer in Ell extra ruimte voor het perkgoed en kan hij voldoen aan de groeiende vraag in dit segment. “Ik zie de komende jaren als een leerschool. We kunnen nu aan den lijve ervaren hoe het is om te telen op twee locaties. Kortom: we draaien alvast warm.”
Tekst en beeld: Ank van Lier