Eind 2020 verhuisde slakwekerij FromBoer naar Dinteloord. Op het nieuwe bedrijf worden in 4 ha semi-gesloten kas meerdere soorten sla geteeld. “Sinds een jaar gebruiken we plantsensoren die de fotosynthese-activiteit monitoren”, zegt mede-eigenaar Leonard Boer. “Die helpen ons om stressfactoren te lokaliseren en de klimaatregeling en watergift te optimaliseren, zodat de planten nog beter kunnen groeien.”
De gedwongen verhuizing van Ridderkerk naar Dinteloord gaf de gebroeders Boer gelegenheid om naar eigen inzicht een gloednieuw bedrijf in te richten. Hun keuze viel op de semi-gesloten Ultra-Clima Kas van Kubo, die op een steenworp afstand ook in gebruik is bij tomatenkwekerij RedStar.
“Het is een energiezuinig kasconcept dat veel controle geeft over de klimaatsturing en zich goed leent voor Het Nieuwe telen”, vat Boer samen. “In de corridor tussen teeltruimte en buitengevel − de klimaatkamer − vindt luchtbehandeling plaats. De behandelde lucht wordt via slurven verdeeld en onder het mobiele teeltsysteem de kas in geblazen. Daarmee realiseren we een homogeen klimaat en een prima vochthuishouding.”
Vijf apart stuurbare afdelingen
De kas van bijna 4 ha omvat een eigen opkweekafdeling (twee teeltlagen) en vier apart stuurbare teeltruimten. Met behulp van het mobiele teeltsysteem op goten rouleren de teelten door het bedrijf, tot zij eindigen in de oogst- en verwerkingsruimte.
“De setpoints verschillen per afdeling en zijn afgestemd op de specifieke wensen van de geteelde soorten en hun ontwikkelingsfase”, vertelt Boer. “In de winter wordt er belicht met watergekoelde LED’s van Oreon. Wanneer de lampen aangingen, hadden de planten daar altijd wat moeite mee. Ze moesten echt even wennen aan de hoeveelheid groeilicht na de donkere nacht. Dankzij onze nieuwe gewassensoren, die we een jaar geleden in gebruik namen, hebben we het belichtingsregime kunnen optimaliseren. We starten nu langzamer op, waardoor de plant gelegenheid krijgt om ‘wakker te worden’ en rustig op gang te komen. Daardoor ervaart hij minder stress en besparen we bovendien energie.”
Fotosynthese-activiteit
De plantsensoren waar de teler aan refereert zijn chlorofyl-fluorescentiecamera’s van de Engelse sensorbouwer Gardin, die met behulp van een algoritme aangeven in welke mate de planten hun fotosynthesecapaciteit benutten. Een lage benuttingsgraad is een indicatie voor stress. De vier teeltafdelingen beschikken elk over een eigen camera op een vaste positie, die meerdere vierkante meters bestrijkt. Omdat de teeltgoten frequent een stuk opschuiven, komt er regelmatig een nieuwe groep planten voor de camera en zo wordt een representatief beeld verkregen van de fotosynthese-activiteit.
“Stress kan op verschillende manieren worden veroorzaakt”, vervolgt Boer. “Het dashboard van de sensor biedt geen inzicht in de achterliggende oorzaak, maar laat wel zien of er iets aan de hand is. Als dat zo is, dienen we zelf de mogelijke oorzaak te achterhalen en daarop te acteren. Het gaat dus niet vanzelf, maar het helpt ons beslist om betere groeicondities te realiseren en te handhaven. De aangepaste lichtstrategie is slechts een voorbeeld.”
Om een gedetailleerd en scherp zicht te houden op de teeltomstandigheden in de verschillende afdelingen, gebruiken de gebroeders ook meer klassieke meetboxen dan op het oude bedrijf. “We meten op drie verticale niveaus en op elk niveau met meerdere meetboxen per afdeling”, legt de teler uit. Binnenkort komen er 5 camera’s bij, verdeeld over de kas.”
Alle data in één dashboard
Op de vraag hoe de telers tot hun keuze voor deze sensoren kwamen, antwoordt Leonard: “We zijn er op geattendeerd door Ridder, die onze klimaatcomputer leverde. We zijn er echt blij mee, want de sensordata dragen bij aan een homogene productie van hoge kwaliteit en aan kostenbeheersing. Per saldo schat ik dat het resultaat per vierkante meter minimaal 5 procent hoger uitkomt.”
Boer verwacht overigens dat er nog meer te halen valt. “Eigenlijk zitten we nog midden in het leertraject, dat een jaar geleden is gestart”, merkt hij op. “We hebben wekelijks overleg met Gardin om de data samen te evalueren en het optimalisatietraject te bespreken. Ridder is ook betrokken gebleven en is nu klaar om het dashboard te integreren in het klimaatdashboard van de computer. Dat maakt het nog eenvoudiger om in één oogopslag verbanden te kunnen leggen.”
Tekst: Jan van Staalduinen