Voldoende aandacht en een juist protocol voor de teeltwisseling vormen volgens Sebastiaan Breugem de basis voor een controleerbare bacterie- en virusdruk. De tomatenteler pakt de teeltwisseling dan ook gedegen aan en houdt strikt vast aan het opgestelde protocol. De inzet van polyfosfaat vergemakkelijkt de teeltwisseling, doordat deze meststof het gietwatersysteem schoonhoudt.

Sebastiaan Breugem stapte vier jaar geleden in het familiebedrijf, Breugem Horticulture. Na zijn studie aan de HAS werkte hij enkele jaren bij een adviesbureau en een zaadbedrijf, om uiteindelijk tot de conclusie te komen dat zijn toekomst toch binnen het ouderlijk bedrijf lag. “Vooral het zelfstandig ondernemerschap, de veelzijdigheid van het runnen van een eigen bedrijf en de innovatie en dynamiek binnen de tuinbouw trokken me aan”, vertelt hij. “Dat deed me in 2019 besluiten om in het bedrijf te stappen, dat toen nog werd gerund door mijn vader Dick. Begin dit jaar nam ik het bedrijf officieel over.”
Breugem Horticulture in Bleiswijk focust op de teelt van losse, ronde tomaten. Deze worden geteeld op een oppervlak van 5,5 ha. De afzet loopt via Oxin Growers. “We telen onbelicht en wisselen de teelt in november en december.”

Virussen in de hoofdrol

De laatste jaren spelen vooral virussen een hoofdrol als het gaat om ziekte- en plaagdruk. Met name ToBRFV vraagt behoorlijk wat aandacht. “Gelukkig kunnen wij de druk tot nu toe goed onder controle houden”, zegt Breugem.
Virus- en bacterievrij blijven, gaat echter niet vanzelf, zo benadrukt hij. Met name de teeltwisseling is hierbij cruciaal. “Dat is de basis om de virus- en bacteriedruk binnen de perken te houden. Als je de teeltwisseling grondig aanpakt, kun je immers volledig schoon beginnen aan je teelt. Om die reden besteden wij er van oudsher altijd veel aandacht aan.”
Het bedrijf heeft hiervoor een speciaal protocol opgesteld, dat nauwgezet wordt gevolgd. Ook neemt de ondernemer standaard vijf weken de tijd voor de teeltwisseling: hij oogst in de eerste week van november de laatste tomaten, om medio december weer te planten. “Vijf weken is langer dan gemiddeld in de tomatenteelt. Maar je hebt die tijd nodig om alle benodigde handelingen goed uit te voeren en ervoor te zorgen dat alles brandschoon wordt.”

Twee keer foggen

In aanloop naar de teeltwisseling probeert de ondernemer zijn teelt al zo schoon mogelijk te krijgen. Wanneer de laatste tomaten zijn geplukt, worden het gewas en de matten − nadat deze maximaal zijn ingedroogd − van het bedrijf verwijderd. “Daarna maken we het glas schoon met water en reinigingsmiddel. Ook reinigen we de teeltgoten met een chlooroplossing, halen we de druppelaars en stekers eraf en gaan de buizen omhoog. Daarna spuiten we de steunen schoon met water, waarna de grondfolie eruit gaat.”
Als de kas helemaal leeg is, laten de ondernemers tweemaal een fog-behandeling uitvoeren. Hierbij wordt de ruimte volledig ontsmet. “Met een dergelijke behandeling kom je in alle hoeken en gaten. Daarna is de boel helemaal schoon en gaat er weer nieuwe folie in, halen we de buizen naar beneden en komt de nieuwe steenwol in de kas. Vervolgens voeren we zelf nog eens twee ontsmettingsrondes uit. Daar zit dan minimaal een week tussen, zodat het middel goed kan inwerken. Daarna kunnen de nieuwe planten de kas in. Overigens is in de tussentijd ook de rest van het bedrijf schoongemaakt: de schuur, de kantine, kantoren, gereedschap, et cetera.”

Strikte toegangscontrole

Volgens Breugem wijkt de aanpak van het bedrijf niet sterk af van de teeltwisseling bij andere tomatenbedrijven. “Wel volgen wij ons protocol en de volgorde hierin heel strikt; we wijken hier absoluut niet vanaf. Hierbij vinden we het belangrijk dat het goed werkbaar is voor onze medewerkers en externe monteurs. Mede dankzij dit protocol kunnen we de virusdruk op ons bedrijf waarschijnlijk goed onder controle houden. Daarnaast is het belangrijk om gedurende de teelt alert te zijn op insleep van bacteriën en virussen.”

Keten van fosfaten

Meestal worden tijdens de teeltwisseling een zuur en oxiderend middel gebruikt om het gietwatersysteem te reinigen van zoutneerslag en organische vervuiling. Dat is bij Breugem Horticulture niet aan de orde, omdat zij al vele jaren jaarrond polyfosfaat meegeven met het gietwater. “Polyfosfaat is in feite een lange keten van fosfaten”, zegt Dick Breugem, meststoffenspecialist bij Van Iperen. “Telers geven natuurlijk standaard fosfaat mee in de bemesting, aangezien dit element zeer belangrijk is voor een goede gewasontwikkeling. Aandachtspunt is echter dat fosfaat pH-gevoelig is: komt de pH in het wortelgestel boven de 6, dan slaat het makkelijk neer. Dat bemoeilijkt de fosfaatopname. Fosfaat in de vorm van polyfosfaat is bij een hogere pH wel beschikbaar voor de plant.”
Daarnaast is een polyfosfaat volgens de meststoffenspecialist een zoutoplosser. “Als de pH in het gietwater hoog is, kunnen zouten in het gietwatersysteem met elkaar reageren en neerslaan. Organisch leven hecht zich hier vervolgens aan en ontwikkelt zich op de zouten. Het organisch leven onttrekt zuurstof aan het water, wat vanzelfsprekend niet wenselijk is voor de plantgroei. Polyfosfaat ‘tackelt’ dit probleem: deze meststof bindt in het gietwatersysteem de neergeslagen zouten, die vervolgens met het gietwater meegaan naar de wortels. Het is dus een soort ‘treinwagon’. Op die manier kunnen de toegediende elementen wel worden opgenomen door de plant en wordt zoutneerslag voorkomen.”

Fosfaatverzekering

Ook vindt volgens Dick Breugem minder hechting van organisch materiaal plaats aan de wanden van het gietwatersysteem en blijft het zuurstofgehalte van het water op peil. “Wel is het zaak om tijdens de teelt een oxiderend middel in te zetten om het organisch materiaal in het water op te ruimen. Dit alles samen resulteert in een betere waterkwaliteit en een gelijkmatige afgifte van meststoffen en water tijdens de teelt. Dat draagt bij aan een betere gewasontwikkeling.”
De teler beaamt dit. “Deze teelttechnische voordelen − en de garantie dat er altijd voldoende fosfaat beschikbaar is voor de plant − waren voor mijn vader de belangrijkste reden om jaren geleden polyfosfaat te gaan inzetten. Ondanks dat dit wel een investering vergde en de werking destijds nog niet helemaal was uitgekristalliseerd.”
Bijkomend voordeel van de meststof is volgens de ondernemer dat iets scherper kan worden gedoseerd qua fosfaat. “Dankzij deze meststof kom je immers minder snel in de ‘gevarenzone’, in een situatie waarbij een tekort ontstaat aan fosfaat. Het is dus in feite een ‘fosfaatverzekering’. En dat deze meststof ook voordelen heeft tijdens de teeltwisseling, daar kwamen we eigenlijk pas later achter.”

Dubbel voordeel

Zoals aangegeven hoeft de teler tijdens de teeltwisseling geen middelen in te zetten om zijn watersysteem te reinigen. “Dankzij de meststof blijft dit immers jaarrond schoon. Dat scheelt weer een actie en arbeid in een periode die toch al druk is”, zegt Sebastiaan Breugem. “Daarbij wordt de inzet van zuren en oxiderende middelen, om je watersysteem schoon te krijgen, milieutechnisch steeds lastiger. Je moet dit water immers binnen je bedrijf recirculeren, of afvoeren of laten behandelen. Dat laatste kost veel geld. Samenvattend levert polyfosfaat ons dubbel voordeel op: we weten zeker dat alle gedoseerde elementen goed beschikbaar komen voor de plant én we houden ons gietwatersysteem schoon.”

Tekst: Ank van Lier, beeld: Michel Heerkens