Voor hoogwaardige glastuinbouw is continu kwalitatief goed gietwater nodig. In het Westland wordt met omgekeerde osmose naar schatting jaarlijks 3 tot 6 miljoen kuub zoet gietwater gemaakt door ontzilting van brakwater uit de ondergrond. Echter, door dit onttrekken van brakwater en het terugpompen van het zoute restwater wordt het grondwater langzaam zouter. Het gebruik van omgekeerde osmose inclusief brijnlozing staat dan ook beleidsmatig onder druk, omdat deze de autonome verzilting van het gebied versterkt. Een oplossing is om overtollig regenwater in de ondergrond op te slaan. Dit werkt vooral goed in gebieden met relatief zoet grondwater en kan tevens een bijdrage leveren om wateroverlast te voorkomen.
In een pilot binnen het project COASTAR wordt bij Prominent in ’s-Gravenzande regenwater in de veel zoutere ondergrond van het Westland geïnfiltreerd. Door dat zoutere grondwater is het niet zo eenvoudig om water van goede kwaliteit terug te halen. In het Westland is deze oplossing voor gietwatervoorziening daardoor vaak onvoldoende effectief, omdat een te klein percentage van het opgeslagen water is terug te winnen. Een combinatie van omgekeerde osmose en ondergrondse wateropslag door infiltratie is een oplossing om de glastuinbouwsector toch van voldoende zoetwater te voorzien, terwijl verdere verzilting van de ondergrond en verslechtering van het grondwaterlichaam wordt tegengegaan.
Overschot infiltreren
Door het overschot aan regenwater in een gebied in de ondergrond te infiltreren en dat te laten vermengen met grondwater, komt er balans in de hoeveelheid water dat erin komt en eruit gaat voor omgekeerde osmose. Een vereiste voor een gesloten waterbalans is dat vooral telers met een lage watervraag hun overtollige hemelwater gaan infiltreren, ondanks dat ze dit later niet nodig hebben. Orchideeëntelers hebben bijvoorbeeld water over, terwijl tomatentelers tekort hebben. Dat probleem is voor ieder tuinbouwcluster op te lossen door er voor te zorgen dat de telers die water over hebben, dat in de ondergrond infiltreren.
Waterbankprincipe
Een dergelijke oplossing vraagt om een bepaalde prikkel, zoals een ‘waterbank naar internationaal voorbeeld’. Dit systeem kent verschillende vormen en wordt vooral toegepast in gebieden met watertekorten. Voor het Westland zou een dergelijk systeem betekenen dat het onttrekken van grondwater geld kost, terwijl injecteren van water geld oplevert. Het water moet voorafgaand aan infiltratie gezuiverd worden door bijvoorbeeld een langzaam zandfilter, zodat het schoon de grond in gaat. Ook het boren van bronnen kost geld. Telers die water oppompen uit de ondergrond moeten bij zo’n waterbankprincipe de kosten hiervan dragen.
Minder kans op wateroverlast
Het regenwater van het dak van het Lidl-distributiecentrum in Waddinxveen, nabij het tuinbouwgebied Glasparel, gaat de ondergrond in om te zorgen dat er netto niet te veel grondwater wordt gebruikt. Water hoeft niet per se van het ene naar het ander tuinbouwbedrijf te gaan, maar kan ook van daken op bedrijfsterreinen afkomstig zijn. Door grootschalige waterinfiltratie zijn regenwaterbassins naar een lager peil te sturen, waardoor de overstort en zo de kans op wateroverlast significant is terug te brengen. Door de combinatie met omgekeerde osmose is vergaande bescherming van kwetsbare, opgeslagen zoetwaterbellen niet nodig. Hierdoor ontstaat ruimte voor meervoudig gebruik van de ondergrond, bijvoorbeeld via warmte/koude-opslag.
Bron: Glastuinbouw Waterproof