Juni 2016 was een lastige maand voor de tomatengewassen. De laatste vier weken waren erg donker en vochtig in een periode van het jaar die normaal gesproken de hoogste instraling heeft. Dit is zichtbaar aan de gewassen, die er behoorlijk groeizaam bij staan. Het is als het ware ‘vechten’ om de planten generatief te houden. Dat lukt bij de wat oudere, belichte gewassen iets beter dan bij de jongere, onbelichte teelten.

Doorgaans beginnen telers in de onbelichte teelten rond half juli een kopblaadje weg te halen. Dat zou nu best wat vroeger kunnen na deze donkere periode. Voor de belichte teelten geldt dit niet, want daar gaat begin augustus de kop al uit.
Langzamerhand wordt het ook tijd om het snoeibeleid aan te passen. Richting het najaar mogen de trossen wat korter zijn om de plantbelasting te verlagen. De langste dag ligt achter ons, maar ook juli heeft nog behoorlijk wat instraling. Als het weer omslaat en er volgt een warme, droge periode dan moet de plant wel de kans hebben om zich aan te passen aan de zomerse omstandigheden.

Hoewel het voor de hand ligt dat er door de weersomstandigheden van de afgelopen weken een hogere ziektedruk is ontstaan, gebeurt dat niet overal. Regelmatig zie ik gewassen met valse en echte meeldauw, maar die mate van aantasting is rasafhankelijk. Hier en daar steekt Botrytis de kop op; soms op de stengel, soms een bladrandje. Het blijft belangrijk om het klimaat actief te houden door veel te luchten en niet te schermen en door een minimumbuis op basis van het vochtdeficit toe te passen. Uiteraard blijft het oppassen met de raamstanden met regenachtig weer, zodat het gewas niet nat wordt. Probeer ook ’s nachts koel te telen, om de etmaaltemperatuur iets te drukken. Mijn advies is om rond zonsopgang minimaal op 17ºC te zitten.

Tekst: Willem Valstar, StarGrow Consultancy