De energiekosten van potplantenteler Hofland Flowering Plants vertienvoudigden in de afgelopen periode. En het is voor de ondernemers – net zoals voor veel andere telers – uiterst onzeker hoe deze kostenpost zich de komende tijd zal ontwikkelen. Om toch enig houvast te creëren, rekende Annemiek Hofland meerdere scenario’s door. Oók een worst-case scenario. “We hebben nu een plan voor verschillende situaties. Dat geeft rust.”

Hofland Flowering Plants in Naaldwijk focust op de teelt van bloeiende kamerplanten, en dan met name Schlumbergera. Daarnaast richt het bedrijf zich op de productie van tuinplanten. “Deze tuinplanten telen we koud, hierbij hebben we geen gas en elektra nodig”, vertelt Annemiek Hofland, die het bedrijf runt met haar broer Frank en vader Goos. “Maar de Schlumbergera’s vergen wel een hoge temperatuur; bij voorkeur rond de 18 graden. Daarnaast is belichten in de winter een must, omdat de Schlumbergera een kortedagplant is en om voldoende groei in het gewas te houden.”

Vertienvoudiging energiekosten

De energiekosten van het bedrijf schoten de afgelopen maanden de hoogte in; volgens Hofland was sprake van een vertienvoudiging van kosten. “Wij kunnen weliswaar aardwarmte betrekken van Trias Westland, maar hiermee vullen we slechts twintig procent van onze warmtebehoefte in. Dit omdat je jaarrond een gelijkmatige afname moet realiseren. En in de zomermaanden hebben we nauwelijks warmte nodig.”
De rest van de warmte wordt gegenereerd via de ketel. “We hebben slechts een deel van ons gas vastgelegd, voor de rest moeten we inkopen tegen daggasprijzen. Ook voor de elektriciteit, die nodig is voor de belichting, zijn we aangewezen op de dagmarkt. We hebben namelijk geen WKK.”

Onzekerheid troef

Omdat de stekken al maanden geleden werden opgezet, moeten de ondernemers deze winter in principe doorgaan met produceren. Wel zal een aangepast teeltregime worden gehanteerd. “We gaan wat minder belichten en stoken. Hoeveel minder, dat zal afhangen van hoe koud het wordt en hoe de energieprijzen zich ontwikkelen. Gelukkig kan een Schlumbergera er wel tegen om wat minder licht en temperatuur te krijgen. Alleen zal de groei dan wat vertragen, waardoor we in het voorjaar wellicht wat later kunnen afleveren dan gebruikelijk.”
Het is volgens Hofland wel de vraag of de consument op dat moment nog steeds zit te wachten op bloeiende kamerplanten. “En gaat hij überhaupt nog planten kopen, nu de koopkracht zo gigantisch is gedaald? Het is onzekerheid troef, op alle vlakken.”

Overleg met bank

Om toch enigszins grip te krijgen op de situatie, rekende Hofland de afgelopen tijd diverse scenario’s door. “In deze tijd van variabelen, proberen we toch zoveel mogelijk houvast te creëren”, geeft ze aan. “Ik heb verschillende scenario’s op een rij gezet. Ook het worst case-scenario, waarbij de energieprijzen skyhigh blijven en de opbrengstprijzen tegenvallen. Hoewel ik totaal geen rekenwonder ben, heb ik de berekeningen allemaal zelf uitgevoerd. Dat scheelt ook weer kosten. Wel heb ik de eindcheck laten uitvoeren door een accountant.”
Hofland stapte met deze scenario’s naar de bank, met de vraag of zij stand-by willen staan in geval van nood. “Ze zijn welwillend, maar het blijft toch afwachten hoe het zal uitpakken wanneer het daadwerkelijk zover komt. Maar mochten we onverhoopt failliet gaan – waar ik niet vanuit ga –, dan wil ik er in ieder geval alles aan hebben gedaan. En dat we nu diverse scenario’s op de plank hebben liggen, geeft in ieder geval een stukje rust.”

Lichtpuntjes creëren

Toch voelt Annemiek Hofland zich verre van ontspannen. “Ik hoop echt dat deze tijd snel voorbij is. Ik vind het heel moeilijk, het vergt enorm veel energie. Ik ben blij dat ik het bedrijf samen met mijn vader en broer run en op hen kan leunen. Zonder hun steun zou ik het niet redden. Dat we het samen doen, maakt in deze tijden echt een groot verschil.”
Desondanks probeert ze nog wel lichtpuntjes te creëren. “Ik word vooral blij van klantcontact. Vorige week ben ik nog met enkele collega-telers langsgegaan bij een aantal klanten. Vooral om ons product onder de aandacht te brengen; ook commercieel gezien wil ik alles uit de kast trekken. Maar het was ook fijn om onze zorgen met hen te kunnen delen. Je merkt dat afnemers echt meeleven en zoveel mogelijk willen helpen. Daar put ik nog wel energie uit. We doen alles wat in onze macht ligt. Verder kunnen we alleen maar afwachten en hopen dat het tij ten goede keert.”

Tekst: Ank van Lier