De vermeerdering van leliebollen in de kas is nog zeldzaam. In het project ‘Vitale Lelieteelt’ hebben we onderzoek gedaan naar het vermeerderen van virus- en ziektevrije, gezonde bollen in de kas.
De leliebollenteelt kent verschillende uitdagingen, zoals een krimpend middelenpakket, strenge virusnormen, bolziektes en druk om te verduurzamen. Momenteel worden de meeste lelies vermeerderd in een aantal achtereenvolgende buitenteelten waarbij in iedere teelt schimmels en virussen met gewasbeschermingsmiddelen beheerst moeten worden.
Optimale teeltomstandigheden
Die afhankelijkheid van gewasbeschermingsmiddelen kan aanzienlijk worden verminderd door de vermeerdering in de kas te doen met slechts één laatste teeltfase buiten. Met de juiste teeltmaatregelen blijft de virus- en ziektedruk in de kas laag. Onder optimale teeltomstandigheden in de kas is het mogelijk om in 7-10 maanden van weefselkweek tot bolletje op te telen. Hier zijn normaal twee teeltseizoenen voor nodig.
De opgedane kennis met lelies en met andere bolgewassen zal verspreid worden via bijeenkomsten van het Kennis op Maat project ‘KoM samen de systeemsprong wagen’.
Het project Vitale Lelieteelt is gefinancierd door het ministerie van LVVN binnen het programma BO Kennisimpuls Groene Gewasbescherming.
Tekst: Paul Ruigrok