Zou Het Nieuwe Telen ook voor aardbeientelers nieuwe inzichten in petto hebben? Dat is de grote vraag waar misschien het komende jaar een antwoord op komt. Half augustus is nieuw onderzoek van start gegaan met een doorteelt Elsanta. Het schermen krijgt daarbij veel aandacht. Alles draait om de plantbalans, weten de onderzoekers.
Net als je denkt dat zo’n beetje alles wel bekend is over klimaatregeling in de glasaardbeienteelt dan waaien er nieuwe inzichten over uit andere teelten, zoals tomaat of paprika. Aardbei is dan wel niet zo’n grote energievreter als de meeste vruchtgewassen, maar een energieverbruik van 17 tot 20 m3/m2 en een piekverbruik van 1 m3/m2 per week is nog altijd aanzienlijk.
Aangezien de aardbeienteelt onder glas nog steeds in areaal toeneemt, is dat een punt om langer bij stil te staan. Daarom zal het komende jaar onderzoek naar Het Nieuwe Telen (HNT) bij de doorteelt plaatsvinden bij het Delphy Improvement Centre in Bleiswijk. Het hoofddoel van deze proef is de principes van HNT toe te passen en de plantfysiologie en de natuurkundige processen in de kas beter te begrijpen. Energiebesparing volgt direct daarna. Half augustus zijn de gekoelde planten (Elsanta) geplant voor de najaarsteelt, met twee oogstcycli tot de zomer van 2018.
Doel is 40% energiebesparing
In de 1.000 m2 grote afdeling zijn inmiddels twee schermen geïnstalleerd. Bovenin ligt het transparante energiescherm Luxous 1147 met daaronder het diffuse scherm Harmony 2315. Het bovenste scherm moet helpen met het besparen op energie, terwijl het onderste scherm in de winter uitstraling tegen gaat en in het voorjaar overtollige instraling wegneemt. De energiedoelstelling is pittig. De onderzoekers willen 40% besparing halen.
In de praktijk gebruiken telers energie op momenten dat ze sturen op een droog klimaat. In de nacht laten ze de temperatuur zo snel mogelijk dalen om vervolgens ’s morgens weer op te stoken. Met het gebruik van twee schermen zal de luchtvochtigheid stijgen. Aangezien deze niet zal worden opgevangen door een minimumbuis zijn andere maatregelen nodig om het vocht te beheersen. De kas is om die reden uitgerust met verticale ventilatoren, de zogenaamde Nivolatoren. Deze moeten zorgen voor luchtbeweging, vooral rond de bloemen en vruchten.
In de afdeling is een vernevelingsinstallatie geïnstalleerd om op warme dagen ongewenst hoge temperaturen tegen te gaan – die ten koste kunnen gaan van de vruchtkwaliteit – en om de fotosynthese op een hoger niveau te houden. Bovendien kan het vernevelen ook een hulpmiddel zijn in de periode van bloei en zetting, als de RV van nature te laag is.
Zo koud mogelijk
“Nu het najaar aanbreekt proberen we zo koud mogelijk te starten”, vertelt Lisanne Schuddebeurs van Delphy, “omdat de buitentemperaturen in deze periode nog tamelijk hoog zijn.” Verwarmen zal alleen gebeuren als er warmtevraag is.
Na de oogst komt de kas koud te liggen. In de winterperiode zullen de schermen zoveel mogelijk gesloten liggen. Momenteel is de stand van de schermen 60-60% dicht, maar in de winter hangt de schermstand onder andere af van de buitentemperatuur.
In februari vangt het tweede deel van de teelt aan met het opstoken van de afdeling. De temperatuur mag dan weer oplopen naar 8-10ºC ’s nachts en 20ºC overdag, voor de tweede oogstcyclus. De etmaaltemperatuur komt daarmee op 14ºC of hoger te liggen, afhankelijk van het stralingsniveau. Het is nog een globaal schema. De begeleidingscommissie volgt de ontwikkeling van het gewas nauwlettend en stuurt afhankelijk van de buitenomstandigheden bij.
Hogere RV
In de praktijk accepteren telers tijdens de bloei een luchtvochtigheid van 65 tot 70%. Door de principes van HNT toe te passen mag de luchtvochtigheid in de bloeiperiode oplopen naar 75 tot 80%. Schuddebeurs: “We maken hier gebruik van ventilatoren voor luchtbeweging. Dus er zal ondanks deze RV minder vocht in de directe omgeving van de plant ontstaan.” De schermen zijn een hulpmiddel om de uitstraling tegen te gaan en de blad- en bloemtemperatuur op niveau te houden. Condensatie op het gewas en bloemen zou daardoor niet moeten optreden, guttatie evenmin. De onderzoekers verwachten daarmee ook problemen met meeldauw, Erwinia en Botrytis te voorkomen.
Een belangrijk onderdeel van de proef is daarom het monitoren van het gewas, zodat de gerealiseerde waarden ook aansluiten op de theorie. Dit gebeurt met een warmtebeeldcamera, een netto stralingsmeter, VPD (Dampdrukdeficiet) monitoring, bloemonderzoek en bepaling van de plantbelasting, kwaliteit en houdbaarheid.
Plant in balans
“De essentie van dit onderzoek is om in balans te telen”, legt adviseur Peter Geelen van Plantmonitoring NL uit. “Die balans benaderen we vanuit verschillende richtingen.” Als belangrijkste noemt hij de assimilatenbalans. Om die goed te houden is het van belang om de verhouding tussen licht en temperatuur goed te houden. Dit is lastig in het najaar, omdat de temperatuur nog hoog is en het licht afneemt. Tegelijkertijd loopt de plantbelasting snel op, want de bloemen zijn al aangelegd. Dit is een tegengestelde beweging.
“Voor een deel kunnen we de plantbelasting sturen met klimaatregeling, maar misschien gaan we ook handmatig ingrijpen”, gaat hij door. Geelen doelt daarbij op het wegnemen van bloemen, net zoals trossnoei bij tomaat of vruchtjes wegnemen bij paprika en komkommer. Hij wil daarmee bereiken dat de zetting niet in een te korte periode plaatsvindt, maar meer geleidelijk.
Sturen op plantbelasting
“Aardbeientelers dunnen soms de eerste tros als deze extreem zwaar is, of breken zijneusjes weg. Daarnaast toppen zij ook na 25 oktober, omdat de zetting dan niet goed meer verloopt en de oogst te lang doorloopt”, vertelt adviseur Klaas Walraven van Delphy. “Snoei op andere momenten om de plantbelasting te sturen is nog nieuw en geeft daarom zeker discussie.”
Telers verwachten misschien dat zij hierdoor productie inleveren, maar dit onderzoek moet aantonen of dat echt zo is. Wellicht lukt het om de plantbelasting beter te sturen dan tot nu toe is aangenomen. Overigens vindt Walraven dat een deel van de oplossing ligt in goed uitgangsmateriaal. “Dat is een niet te zware plant met maximaal drie trossen en veel spreiding.”
Het inzetten van twee schermen zal naast de beoogde energiebesparing ook effect hebben op het welbevinden van de planten. Wanneer de verliezen door uitstraling klein blijven, zal de plant beter op temperatuur blijven. Dit heeft een gunstig effect op de verdeling van de assimilaten en uiteindelijk zal zich dit uiten in goede productie, zo verwacht Geelen. Hetzelfde geldt ook voor de vochtbalans.
Demonstratie
Een belangrijk onderdeel van deze proef is demonstratie van de gebruikte technieken. Voorafgaand aan de proefopzet vonden al twee sessies plaats met telers en adviseurs. Zeven telers hebben vervolgens plaats genomen in de begeleidingscommissie. Zij zullen de teelt op de voet volgen. Gedurende de teelt staan ook twee open middagen gepland, zodat iedereen met eigen ogen kan zien wat de resultaten zijn.
Dit onderzoek wordt uitgevoerd in samenwerking met Plantmonitoring NL en is tot stand gekomen door bijdragen van het programma Kas als Energiebron, Svensson, Nivola, Legro en aardbeientelers.
Samenvatting
In augustus is het onderzoek naar Het Nieuwe Telen bij aardbei van start gegaan. Het streven is om meer in balans te telen. Net als in andere teelten volgt dan energiebesparing automatisch als bonus. Het doel is om 40% te besparen op energieverbruik. Twee schermen en verticale ventilatoren moeten daarbij helpen. Een belangrijke nevendoelstelling is om de piekbelasting van de oogst meer in balans te krijgen.
Tekst en foto’s: Pieternel van Velden.