Er zijn volop kansen voor samenwerking tussen Marokkaanse en Nederlandse tomatentelers. De winteromstandigheden zijn gunstig, Nederland kan kennis van innovatie, management skills en verduurzaming inbrengen. Tot die conclusie kwamen Bas van Dijk en Justin Middelburg, studenten Tuinbouw & Agribusiness, na een verkenningsreis.

Ze zagen er vooral plastic kassen en teelten in de vollegrond. “Investeren in gesloten watersystemen onder glas zal lang niet overal mogelijk zijn, maar uit de grond en onder plastic wellicht wel.”
De studenten waren een week lang in Marokko, vanuit het Green Juniors Programma dat InHolland al haar vierdejaarsstudenten van het Agri, Food & Life Sciences domein biedt. Ze bezochten de IAV Hassan II landbouwuniversiteit, verschillende productiebedrijven en toeleveranciers. Ook woonden ze de opening bij van het Center of Excellence Horticulture, bij de landbouwuniversiteit in Agadir.

Demokas

Bas van Dijk: “Dat is een glazen demokas voor onderzoek, onderwijs en training; een beetje als ons World Horti Center in Naaldwijk. Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) en Nederlandse toeleveranciers hebben eraan bijgedragen. Studenten leren daar telen op goten en rolcontainers, met een energiescherm en een geavanceerde klimaatcomputer.
De kas is opgedeeld in compartimenten die apart zijn te sturen op klimaat, bemesting en watergift.” De kas staat nog ver van de dagelijkse praktijk, merkten de studenten. Justin Middelburg: “De hoofdteelt is snacktomaat. Die telen ze allemaal onder plastic, grotendeels in de vollegrond. Vrij low tech. Er is wel interesse in verandering, maar behalve bij de grote, internationale producenten, is er weinig kennis, wil en vermogen om te investeren in glas en techniek.”

Jaarrond rendabel en duurzaam

Het Marokkaanse klimaat is gunstig in de winter. Met voldoende natuurlijk licht en warmte, hoeven telers nauwelijks energie in te zetten. Het is puur een kwestie van bijsturen met water en meststoffen en zorgen voor de juiste luchtvochtigheid. In de zomer staat de productie stil. Met temperaturen van boven de veertig graden, is dat geen optie. “Bij ons is het net andersom. De belichte winterteelt is met de huidige energieprijzen in Nederland minder rendabel geworden. Onbelicht telen geeft te weinig productie en loont niet in een dure kas.”
De studenten zien dus mogelijkheden in samenwerking, met name met de grotere, Europees georiënteerde bedrijven. Zodat er vanuit partnership jaarrond rendabel en duurzaam geproduceerd kan worden. Zoals Agro Care dat nu al doet, een tomatenproducent met vestigingen in Nederland, Marokko, Tunesië en Frankrijk. Samen zorgen die voor jaarrond aanbod. Veel daarvan gaat via Nederland naar de Europese markt. Daarnaast zie je dat kleine, traditionele Marokkaanse producenten trots zijn op hun werkwijze en vrijheid; ze staan wel open voor verandering, maar laten zich het roer niet uit handen nemen door Europeanen.”

Watertekort dwingt tot verandering

Water is misschien wel de grootste uitdaging in Marokko. Het grondwaterpeil daalt behoorlijk, producenten moeten steeds dieper boren naar water. En er is veel water nodig om tomaten te telen in de vollegrond. Zo’n 100 liter voor 1 kilo tomaten. “Met een gesloten watersysteem in een kas zouden ze dit drastisch kunnen verlagen. Zo besparen ze water en vloeien er geen meststoffen weg in het grondwater. Maar dat is wel een hele grote sprong. We moeten wel realistisch blijven. Wellicht kunnen ze in foliekassen op goten telen. Dat heeft ook al behoorlijke impact. Daarnaast zijn ze bezig om zeewater te filteren en er bruikbaar water van te maken,” vertellen de studenten.

Kennisprojecten

Om duurzamer te gaan telen, met Europese technieken, is er eerst meer kennis nodig. Beide studenten denken dat InHolland, en wellicht Lentiz, daar een rol in kunnen pakken. Van Dijk: “Elke transitie begint bij onderwijs. Het kan interessant zijn om Nederlandse en Marokkaanse studenten samen projecten te laten doen op het gebied van waterbesparing en circulaire teeltsystemen. Verder denk ik dat we managementcursussen kunnen ontwikkelen voor de universiteiten, die bijdragen aan innovatiever ondernemerschap in de sector. Want het ontbreekt er nog wel aan management skills.
Ook hopen we samen te kunnen onderzoeken wat de kansen zijn van potplantenteelt. Dat wordt nu vrijwel niet gedaan, maar zelf denken we dat het de moeite waard is om de mogelijkheden te onderzoeken.”

Impactcluster

Naast die van tomaten, groeit ook de productie van paprika en zachtfruit in Marokko. De belangstelling van Nederlandse toeleveranciers en telerscoöperaties in de Marokkaanse markt is groot, zagen de studenten. “Veel toeleveranciers zitten er al of overwegen er naartoe te gaan. Onlangs is er een impactcluster opgericht van Europese toeleveranciers die de markt gaan verkennen en verbreden. Dat zegt genoeg.”

Tekst: Astrid Zoumpoulis