Eind juni begon de tijd toch wel te dringen voor komkommerteler Marco Zuidgeest. Als hij komend seizoen weer de innovatieve kleine kern komkommer wilde telen, moest de plantenkweker snel een opdracht tot zaaien krijgen. De feedback van de afnemer liet echter lang op zich wachten. De teler: “En bij dit soort ketenprojecten geldt: pas als iedereen tevreden is, kan je verder. Ik ben enthousiast.”
Zuidgeest verkoopt al zes jaar komkommers op contract via telersvereniging Best of Four aan het Britse Greencore. Deze snijderij verwerkt groente in kant-en-klare maaltijden, broodjes, wraps, baguettes, sushi, noem maar op. Het bedrijfsonderdeel Food to Go produceert jaarlijks zo’n 500 miljoen pre-packed sandwiches. En wat is een sandwich zonder fris plakje komkommer?
“Jazeker, het is een goede klant van ons”, vervolgt de komkommerteler. “We leveren ze de standaard lange komkommers en vinden het natuurlijk altijd leuk om iets speciaals te bieden. Ik vraag dan ook geregeld aan de groenteveredelaars of ze nog iets nieuws hebben wat we kunnen proberen.”
Ook cropcoördinator komkommer Marcel van Koppen hoorde het verzoek en moest gelijk denken aan het ras 24-250 RZ. “Rijk Zwaan werkt al een tijd aan komkommers met een kleinere zaadkern. Nu hadden we een type dat uit onze interne proeven goed tevoorschijn kwam. Marco wilde hem wel op zijn bedrijf testen, mits de afnemer daarmee akkoord ging.”
Vraag naar ‘drogere’ komkommer
Het groenteveredelingsbedrijf uit De Lier heeft al meerdere ketenprojecten lopen en profiteert van bestaande contacten met onder meer de conveniencemarkt. “Onze mensen onderhouden nauwe banden met snijderijen. Denk alleen al aan sla voor de verpakte mixen. Trouwens, de samenwerking is wederzijds: we denken met elkaar mee, lossen problemen op en creëren nieuwe producten.”
Speciale veredelingsprogramma’s zijn gericht op onder meer houdbaarheid, kleur en smaak. “Voor komkommer ontvingen we jaren geleden al een andere wens. Verwerkers willen een wat ‘droger’ type voor gebruik in sandwiches. Vaak merk je dat belegde broodjes met plakjes komkommer toch snel wat klef worden. Sindsdien werken onze veredelaars aan een vrucht met een hoger drogestofgehalte. En een kleinere zaadkern. Deze wordt door de snijderij verwijderd en hoe kleiner de kern, hoe meer vruchtvlees de industrie overhoudt. Nu we eindelijk een potentieel interessant ras hebben ontwikkeld, is het tijd het in de praktijk te beproeven: bij Zuidgeest in Delfgauw.”
Tweede kans
De komkommerteler testte het ras vorig seizoen al op 150 m². “We gebruikten hem toen als tussenplanting. Dat verliep best moeilijk en we hadden grote moeite om het gewas in balans te krijgen. Veel blad en zwakke vruchten. Wel hadden we door dat we veel van die problemen konden ondervangen door afzonderlijk te sturen. Dit seizoen kreeg de kleine kern komkommer dus een tweede kans.”
Op 21 juli plantte Zuidgeest drie paden (totaal 1.000 m²). De teelt verliep een stuk beter. “Rond 10 augustus oogstten we de eerste vruchten en hopelijk blijven we snijden tot 1 november. Natuurlijk zie je verschillen. In vergelijking tot ons hoofdras produceert dit type 15 tot 20% minder. Toch valt het me nu niet tegen. Afgelopen zondag heb ik zelf een rij gesneden en het waren mooie, uniforme komkommers.” De diameter en het gewicht van beide types is nagenoeg gelijk, zegt de teler. Het liefst snijdt hij ze tussen de 350 en 420 gram.
Apart oogsten
Vooralsnog oogst Zuidgeest het nieuwe ras apart. “Elke dag snijdt een vaste medewerker ongeveer dertig kisten en elke twee dagen sturen we twee pallets op naar de afnemer. Doordat dezelfde persoon deze paden snijdt, proberen we een constante maat te leveren. We sorteren dit ras niet. Met de Britse afnemer hebben we afgesproken dat ze alle sorteringen afnemen. Kijk, daar in die groene kratten liggen ze.”
De Rijk Zwaan-adviseur pakt een exemplaar uit de kist en vergelijkt deze met een standaardtype van het ras Lausanna RZ. Het eerste wat opvalt is de gladde schil van de nieuwkomer. Verder zijn er zo op het oog weinig verschillen. Totdat Van Koppen de komkommer doormidden snijdt. Nu wordt de kleinere kern duidelijk zichtbaar. Ook knijpt hij in een stuk vrucht. Er druppelt aanzienlijk minder vocht uit dan wanneer hij datzelfde met een referentiestukje doet.
“Onze afnemer heeft dit natuurlijk ook gezien”, vertelt de teler. “Onlangs nog waren ze met een afvaardiging hier op het bedrijf. Je merkt dan wel dat het echt handelaren zijn en geen telers. Ik moest ze bijvoorbeeld duidelijk maken dat een komkommer een natuurproduct is en ze niet op afroep in een vaste sortering te oogsten zijn. Het liefst zouden ze een mal achterlaten waardoor we alleen perfecte vruchten kunnen afleveren. Want zij hebben hun berekening al klaarliggen: ‘we maken een x aantal broodjes, daar hebben we een y aantal plakjes komkommer voor nodig, er gaan z aantal plakjes uit één vrucht en dus moeten we er zoveel hebben.’ Ik doe m’n best, maar ben natuurlijk wel afhankelijk van verschillende factoren. Gelukkig hebben ze daar na het bezoek meer begrip voor.”
Broodjes langer lekker
De broodjes van Greencore vinden wekelijks hun weg naar gemiddeld 45.000 winkels in Engeland alleen al. Denk daarbij aan onder meer supermarkten en benzinestations. De sandwiches worden verkocht onder het eigen label. Uiteraard zijn zowel Zuidgeest als Van Koppen benieuwd naar de reactie van het bedrijf op de nieuwe komkommer. Merken ze het verschil? Zijn de broodjes langer lekker? Kortom, zit er toekomst in?
Zelf geloven de teler en adviseur absoluut in de meerwaarde van het product. Maar als de klant het de meerprijs niet waard vindt, houdt het op. Want de keerzijde van dit ras is natuurlijk wel de lagere productie.
Zuidgeest: “De kleine kern komkommer heeft een lagere opbrengst en vraagt om meer arbeid. Maar wanneer je je wilt onderscheiden dan zul je zo nu en dan wat moeten proberen.” Gelukkig valt de proef ook goed bij de afnemer. Ze melden dat de kwaliteit en specificaties helemaal voldoen aan hun verwachtingen. Ze zien minder vochtverlies van het product tijdens de verwerking en een verbetering in de kwaliteit van de broodjes. Grotere testen gaan de komende weken plaats vinden. Van Koppen: “Dit soort bedrijven gaat niet over één nacht ijs wanneer er moet worden overgeschakeld naar een ander type komkommer. Geen proces van weken, maar eerder een proces van maanden. Na de teelt vindt een uitgebreide evaluatie plaats.”
Alle partijen hebben voordeel
De groenteveredelaar beseft terdege dat er moet worden gewerkt aan de teelteigenschappen van het ras. “Onze veredelaars zijn ermee bezig. Rasontwikkeling is een langdurig proces en bij dit soort initiatieven heb je ook nog te maken met de wisselwerking tussen verschillende wensen van ketenpartijen. De kunst is om een assortiment groenterassen te creëren waar zowel snijderijen als telers maximaal profijt uit kunnen halen.”
Kennisuitwisseling is bij dit soort ketenprojecten van groot belang. De teler laat de meeste contacten via het veredelingsbedrijf uit De Lier lopen. “Zij hebben de lijntjes al liggen en hebben er speciale mensen voor. Vervolgens hoor ik wel weer via Van Koppen wie wat wil. Het kost mij te veel energie en tijd om me daar ook nog mee bezig te houden. Prachtig toch als we dit met z’n allen zo kunnen rondbreien. De veredelaar speelt met nieuwe rassen in op heersende behoeftes, ik kan me als teler onderscheiden met een bijzondere komkommer, mijn afnemer legt een sandwich met meerwaarde in het schap en de eindklant heeft een lekkerder broodje. Hopelijk kunnen we ermee verder.”
Tekst: Jojanneke Rodenburg, beeld: Leo Duijvestijn