Op zondag 16 juli 2023 was er in Nederland vijftien uur lang sprake van negatieve stroomprijzen, een unicum. Het aantal dagen per jaar met negatieve stroomprijzen neemt ook snel toe, terwijl de pieken en dalen extremer worden. Dat biedt kansen voor telers met een elektrische ketel, zegt energie-adviseur Jeroen Larrivee. “Het aanbod van duurzame stroom groeit veel harder dan de vraag van flexibele stroomverbruikers.”
Potplantenteler Tom van Winden en operationeel manager Niels Vlerken van Van Gog Kwekerijen schaften vorig jaar een e-ketel aan. Die wordt automatisch ingeschakeld bij negatieve stroomprijzen, alleen is bij hen niet bekend hoeveel uren die ketels dit jaar tot nu toe hebben gedraaid. Beide bedrijven gebruiken de warmte opgewekt uit stroom voor verwarming van de kas, wat technisch gezien probleemloos verloopt. Volgens Tom van Winden, waar de e-ketel sinds de zomer van 2022 draait, wordt de onbalansmarkt steeds grilliger, met hogere pieken en dalen. “Het gaat echt alle kanten op, er is geen peil op te trekken.”
Zon en wind groeien onstuimig
Volgens Martien Visser, lector energietransitie, komen negatieve stroomprijzen dit jaar al dubbel zo vaak voor als vorig jaar, terwijl de pieken en dalen extremer zijn geworden. Afgelopen maand is weer een record gesneuveld: – € 500 per MWh. Afgelopen week kwam 60% van alle in Nederland gebruikte elektriciteit uit hernieuwbare bronnen. Door commercieel afschakelen ging hiervan 2% verloren, waardoor 58% overblijft.
Dit jaar is al 26 TWh elektriciteit opgewekt uit zon en wind, wat neerkomt op een marktaandeel van 42,5%, in 2030 moet dit het dubbele zijn. Hij schrijft op Twitter: “Dat wordt nog best spannend, aangezien die elektriciteit ons nu al regelmatig ‘de oren uitkomt’.”
Jeroen Larrivee van adviesbureau BlueTerra reageert verrast: “Dit zat er natuurlijk aan te komen, maar ik had verwacht dat dit pas vanaf 2025 zou gaan gebeuren. Wij maken elk jaar de WKK-barometer, we kijken daarin ook naar de uitbreiding van zon en wind en wat voor impact dat heeft op de mix. Dan zie je gewoon dat de elektriciteitsmix in hoog tempo verandert en er steeds meer uren zijn met voldoende productie uit duurzame bronnen voor de vraag. Als dat gebeurt keldert automatisch de stroomprijs. Het aanbod van duurzame stroom groeit veel harder dan de vraag van flexibele stroomverbruikers.”
Flexibiliteit systeem
Het kabinet heeft de ambitie om waterstoffabrieken en elektrolyzers te gaan bouwen, maar daarvan is op dit moment nog niets gerealiseerd. “Er zit op dit moment te weinig flexibiliteit in het systeem. Er zitten wel batterijprojecten in de pijplijn, die hiermee om moeten gaan. En natuurlijk elektrische boilers, ofwel e-ketels in de tuinbouw. Dat groeit wel snel, maar niet zo snel als het aandeel van zon en wind op dit moment groeit.”
Eén van de problemen is dat grote projecten zullen afschakelen als de prijzen negatief worden. Maar consumenten met zonnepanelen op het dak en ook bedrijven met zonnepanelen zullen dat niet doen bij negatieve stroomprijzen, zegt Larrivee. “Consumenten kunnen wel hun omvormers handmatig uitzetten, en wellicht kun je dat ook al automatiseren, maar dat is allemaal nog nieuw. Bovendien is dat alleen interessant voor huishoudens met een uurcontract ofwel dynamisch contract. Heb je gewoon een jaarcontract en kan je salderen dan is er geen enkele reden om je panelen uit te zetten. Dat salderen wordt wel afgebouwd, maar dat gaat pas in vanaf 2027/28. Je blijft dus voorlopig houden dat erg veel stroomproductie blijft plaatsvinden op momenten dat het eigenlijk niet meer nodig is.”
Onbalansmarkt
Volgens Martien Visser worden er in Nederland momenteel duizend zonnepanelen per uur erbij geplaatst, mede dankzij investeringssubsidies en exploitatiesubsidies als de SDE++. Daarnaast zijn er in de klimaatplannen van de overheid duizenden windmolens gepland op de Noordzee.
Larrivee verwacht daarom dat het aantal e-ketels in de tuinbouw voorlopig blijft groeien. “Vorig jaar zijn er al honderd ketels verkocht aan de tuinbouw. Niet alleen vanwege de negatieve stroomprijzen, ook vanwege de onbalansmarkt en de markt voor noodvermogen. Daar kun je met een standby-contract ook veel mee verdienen. Dat maakt de elektrische ketel extra interessant voor ondernemers.”
Hoe vaak negatieve stroomprijzen dit jaar nog zullen voorkomen is onduidelijk, maar een verdubbeling ligt voor de hand. Daardoor zal de terugverdientijd steeds korter worden. “Als je slim inkoopt op de markt en ook meedoet met de onbalansmarkt en 300 uur per jaar kan draaien is het zeker interessant. Dat aantal groeit misschien de komende jaren wel naar 1.000 uur per jaar. Een redelijk deel van je energievoorziening heb je dan toch ingedekt tegen lage kosten.”
Tekst: Mario Bentvelsen