Enkele weken geleden presenteerden Stichting Hortivation en NEN op de GreenTech in Amsterdam een nieuwe norm voor het meten van de optische eigenschappen van diffuse kasdek- en schermmaterialen. De NEN-norm biedt producenten, bouwers en telers duidelijkheid over de lichteigenschappen van materialen en maakt een betere vergelijking mogelijk dan tot nu toe het geval was.
Diffuserende kasdek- en schermmaterialen zorgen dat zonlicht dieper doordringt in het gewas, waardoor de plant een hoger fotosyntheseniveau kan bereiken. Vergelijkende studies tonen aan dat onder diffuus glas een hogere productie mogelijk is van 3 tot 7% en dat ook de productkwaliteit er op vooruit gaat.
Meetprotocol
De nieuwe NEN2675:2018 norm beschrijft het meetprotocol voor het vaststellen van de (hemisferische) lichttransmissie en de lichtverstrooiing van kasdek- en schermmaterialen. De uitkomsten van de metingen worden vastgelegd in het kengetal Horti Scatter, waarin voorheen gehanteerde begrippen als transmissie en haze (lichtverstrooiing) samenkomen.
Aan de nieuwe norm is ruim twee jaar gewerkt door Stichting Hortivation, NEN, onderzoekspartner Wageningen University & Research, toeleveranciers en LTO Glaskracht Nederland.
Steekproeven
Tegelijkertijd kwam er een herziene norm tot stand voor het nemen van steekproeven uit partijen glas. Volgens deze norm (NEN2674) worden er direct na levering door de leverancier en afnemer een behapbaar aantal ruiten geselecteerd en weggezet, die eventueel later kunnen worden doorgemeten volgens norm NEN2675.
Goed voor de keten
Harm Maters (Stichting Hortivation en AVAG) stelt dat de hele kassenbouwketen belang heeft bij de nieuwe normen. “Dankzij de uniforme meetnorm wordt het voor alle stakeholders duidelijker wat zij van een materiaal kunnen verwachten. Telers kunnen hierdoor beter onderbouwde keuzes maken. Ik verwacht dat diffuse kasdekken en schermen hierdoor breder en op grotere schaal toepassing zullen vinden, zowel in Nederland als daarbuiten. Daar worden alle betrokkenen beter van en het stimuleert toekomstige innovaties op dit gebied.”
Tekst: Jan van Staalduinen. Foto: Van der Waay.