Ondernemers die willen investeren in modernisering en uitbreiding van hun bedrijf lopen vast vanwege belemmeringen in de capaciteit van het elektriciteitsnet. De problemen zijn het grootst in de Bommelerwaard, maar spelen ook op andere plaatsen in het land. Netbeheerders hebben tot meer dan vijf jaar nodig om uitbreiding van het elektriciteitsnet te realiseren.
Elektriciteit wordt in de glastuinbouw gebruikt voor de belichting van gewassen en voor de verduurzaming van de energievoorziening. De vraag naar elektriciteit van glastuinbouwers is de afgelopen jaren zo hard gestegen dat de netbeheerders niet altijd meer aan de vraag kunnen voldoen. Zo zijn er tuinders die wel een aansluiting hebben, maar niet altijd stroom. Glastuinbouwgebieden in het hele land, zoals de Bommelerwaard, Asten Heusden, Zuidplas en Erica, kampen met stroomtekorten.
Zorgelijke ontwikkeling
Volgens Glastuinbouw Nederland gaat het in totaal om meer dan vijftig ondernemers. Er ontstaan vooral problemen wanneer ze hun bedrijf willen uitbreiden of verduurzamen en gas willen vervangen door stroom. Glastuinbouw Nederland wil dat het elektriciteitsnetwerk zo snel mogelijk wordt uitgebreid. Uitbreiding van het elektriciteitsnet is ook buiten de glastuinbouw belangrijk, voor de industrie (vervanging fossiele energie), de gebouwde omgeving (warmtepompen) en nieuwe datacenters. Het is zorgelijk dat daarbij zulke belemmeringen optreden, zegt Rob van der Valk van Glastuinbouw Nederland.
Dunne kabels
Dat de problemen in de Bommelerwaard het grootst zijn is niet zo vreemd, zegt woordvoerder Jelle Wils van Alliander tegen de NOS. “In de Bommelerwaard was oorspronkelijk niet veel vraag naar elektriciteit. Daar is het net ook op ingericht. De kabels zijn daar letterlijk het dunst.” Dat de vraag naar stroom zou toenemen had Alliander volgens chrysantenteler Henk van Wijk in Bruchem kunnen zien aankomen. Gelderland heeft de Bommelerwaard niet voor niets aangewezen als ontwikkelingsgebied voor de glastuinbouw. Dit wordt bevestigd door John Rocks, projectleider tuinbouw van de provincie. Hij stelt dat Alliander aan de bel had moeten trekken “toen bleek dat de plannen om de sector te verduurzamen niet haalbaar zijn met het huidige elektriciteitsnetwerk.” Alliander is het met die kritiek niet eens.
Capaciteitsproblemen
Het kost zo’n drie tot vijf jaar om het elektriciteitsnet aan de passen. “We moeten extra kabels aanleggen, verdeelstations bouwen, en daarvoor moeten we procedures volgen om bijvoorbeeld bestemmingsplannen te wijzigen”, vertelt Wils. “We proberen ontwikkelingen te voorspellen. Maar toekomstplannen moeten eerst concreet zijn, voordat wij een miljoeneninvestering doen om de infrastructuur aan te passen.”
Bijkomend probleem is dat steeds meer mensen in Nederland zonnepanelen op hun dak leggen. De stroom die dat oplevert wordt teruggeleverd aan het net. Maar dat is daar niet altijd op berekend. Vooral op het platteland blokkeert de teruglevering regelmatig. De netbeheerders hebben onvoldoende capaciteit om elektriciteit uit zon of wind af te voeren, maar dus ook om elektriciteit aan grootverbruikers zoals de glastuinbouwsector toe te voeren. Die capaciteitsproblemen leiden bij de glastuinders nu dus tot stroomtekorten.
Tijdelijke oplossingen
Alliander is bezig met tijdelijke oplossingen, door ondernemers bijvoorbeeld wel een aansluiting te geven, maar niet met volledig vermogen. Ook de ondernemers zitten niet stil. Een aantal heeft ervoor gekozen om aggregaten te plaatsen, om zo voldoende stroomzekerheid te hebben. Vaak werken die op gas.
In Nederland is Tennet de landelijke netbeheerder. Die transporteert elektriciteit van de elektriciteitscentrale naar het hoogspanningsnet. Alliander, Enexis en Stedin zijn regionale netbeheerders. Zij zorgen ervoor dat de elektriciteit via de verdeelstations in de huiskamer en bij bedrijven binnenkomt.
Bron: Glastuinbouw Nederland/NOS, beeld: Mario Bentvelsen