Groene stroom opwekken in de kas, zonder licht te verliezen voor gewasgroei. Met die belofte rolt een Zwitserse startup een gepatenteerd systeem van zonnepanelen en lichtfilters uit in de Nederlandse tuinbouw. Nadat Wageningen University & Research het systeem al uittestte bij tomaat en Royal van Zanten bij jonge planten voor de sierteelt, gaat Delphy nu een proef doen met paprika. Daarbij kijken ze ook naar positieve effecten op de vochthuishouding, CO2-concentratie en waterbehoefte.
Het systeem van startup Voltiris bestaat uit kleine zonnepaneeltjes en draaiende spiegels met spectrale filters, die bovenin de kas worden geplaatst. De filters vangen licht op in alle frequenties. Ze zijn zo ontworpen dat ze PAR-licht doorlaten om de plant te laten groeien en het infrarode licht – waar de meeste energie uit te halen is – reflecteren en concentreren op de pv-paneeltjes. Deze paneeltjes wekken energie op en behoeden de plant tegelijkertijd voor een teveel aan stralingswarmte. Het kleine formaat en de opstelling parallel aan het zonlicht, voorkomen schaduwvorming. GPS-sturing en kleine motoren in de constructie waarop de filters zijn bevestigd, zorgen ervoor dat de filters meedraaien met de zon om er maximaal van te oogsten.
450 MWh per jaar
Kaz Vermeer, Hoofd Commercie bij Voltiris Nederland: “In de winter – wanneer je de stralingswarmte wél kan gebruiken – kun je het systeem zo instellen dat het de filters van de zon wegdraait zodat het infrarood licht toch bij het gewas komt. In de zomer hoef je met dit concept minder te koelen of schermen tegen warmte, waardoor het nog meer profijt geeft.”
De constructie neemt verticaal ongeveer een meter in beslag. Afhankelijk van de bestaande infrastructuur en de keuzes van de ondernemer, zijn er maximaal 3.000 modules te plaatsen op een hectare. Dat levert ongeveer 450 MWh aan energie op, afhankelijk van de locatie en stralingscondities. Op stroken met belichting of een spuitrobot zal de dichtheid – en dus de totale opbrengst – lager uitvallen.
“In principe kun je volledig in de eigen stroombehoefte voorzien, maar omdat vraag en aanbod van stroom niet altijd samenvallen, blijf je afhankelijk van het net. Of je moet er ook opslag bij regelen,” aldus Vermeer.
Effect op klimaat
Het systeem is in elke teelt toepasbaar en telers kunnen daarmee zo’n 30% besparen op hun totale energiekosten. Proeven en commerciële toepassingen in Zwitserland en Nederland hebben aangetoond dat het systeem geen negatief effect heeft op de plantenbiomassa, de oogstopbrengst of de planthoogte volgens Vermeer.
“We zijn begonnen met tomaat, omdat lichtverlies in die teelt heel zwaar weegt. Als het daar lukt om de oogst op peil te houden, zou het overal lukken, was de overweging. En dat lukte. Naast proeven met de grote groentegewassen hebben we dit ook in de snijbloemen aangetoond, in samenwerking met Royal van Zanten. Nu gaan we testen doen in de paprikateelt. Daarvoor heeft Delphy een proefvak van 240 m² beschikbaar gesteld. We kijken daarbij naar de energieopbrengst, de oogst en voor het eerst ook naar het effect op het klimaat.”
Positieve bijvangst
Er is flink wat positieve bijvangst van dit systeem, zo weet hij inmiddels. En die gaat verder dan het vrolijke kleurenspel dat het creëert in de kas. “Elke kWh aan elektriciteit die je opwekt, is warmte die je hebt voorkomen in de kas. Op zomerse dagen, met veel zon, loopt de bladtemperatuur minder hoog op met onze oplossing. Bij Royal van Zanten hebben we dat met infraroodcamera’s gevolgd en zagen we een verschil van twee graden op het blad tussen planten die wel en niet onder de filters stonden. En omdat je minder hoeft te kieren en luchten, houd je meer CO2 in de kas. Dat biedt mogelijkheden om de opbrengsten te verbeteren.”
Bij een proef met komkommer kwam als belangrijk bijkomend voordeel een afname van trips aan het licht. De tripsdruk was drie keer lager dan bij een teelt zonder dit systeem. Trips navigeert op basis van licht en raakt door de filtering de weg kwijt. “Bij een andere proef zagen we dat planten die in de infrarood-schaduw staan, minder water nodig hebben. Dat gaan we hier allemaal nader onderzoeken.”
Subsidiepotjes voor energie-innovatie
Omdat het Voltiris-systeem nog vrij nieuw is, kunnen telers gebruik maken van speciale subsidiepotjes voor energie-innovatie. Zoals de Marktintroductie Energie-Innovaties glastuinbouw (MEI) en de Demonstratie Energie- en Klimaatinnovatie (DEI+). “Dit jaar willen we één groot project gaan doen bij een vooroplopende teler, van rond de hectare. Hiervoor zijn we in gesprek met verschillende telers. Geïnteresseerden kunnen zich nog melden. Samen kunnen we een MEI- of DEI+-subsidie aanvragen. Zodra ons product meer standaard wordt, kom je bij de reguliere potjes van de investeringsaftrek en de SDE++ terecht. Er is overigens geen omgevingsvergunning voor nodig, in tegenstelling tot zonnepanelen die buiten worden geplaatst. In Zwitserland is het heel gebruikelijk dat telers het als een dienst afnemen, zonder in het systeem zelf te investeren. Nederlandse telers kunnen kiezen of ze onze oplossing liever kopen, of als energy-as-a-service afnemen.”
Tekst: Astrid Zoumpoulis