Tuinplantenkwekerij Hoogeveen Plants uit Hazerswoude is de eerste gebruiker van vloeibare circulaire meststoffen die zijn gewonnen uit onder meer dierlijke mest. Na ruim twee maanden ziet de plantenkweker geen verschil met gangbare meststoffen. ‘Qua duurzaamheid is dit een verschrikkelijk mooi product’, vindt teeltmanager Eduard Pos.
Op het terrein van biogasvergister Agro Energie in Hardenberg wordt sinds dit voorjaar een circulaire vloeibare meststof geproduceerd, specifiek voor de glastuinbouw. Het gaat om nitraatmeststoffen die volgens de methode Greenswitch zijn vervaardigd uit vloeibaar digestaat, een restproduct dat overblijft bij mestvergisting. Dit restproduct komt tot stand na vergisting van dierlijke mest gemengd met resten uit de voedingsindustrie. Van Iperen, de bedenker van deze methode sleepte tijdens de GreenTech vakbeurs in september de Innovation Award in de wacht voor dit innovatieve procedé.
Geen verschil
“Het is super terecht dat die prijs naar deze methode ging”, vindt gebruiker Eduard Pos van Hoogeveen Plants uit Hazerswoude. Hij noemt de meststoffen een verschrikkelijk mooi product. De jonge teeltmanager werkt als eerste teler met deze circulaire meststoffen. De tuinplantenkwekerij teelt op twaalf locaties een breed assortiment verdeeld in de productgroepen helleborus, klimplanten, bamboe en grassen en fruitplanten. De snelgroeiende kwekerij zet in op duurzaamheid en wil in 2030 volledig klimaatneutraal zijn.
“We zijn in september begonnen met deze duurzame meststof in één afdeling van een halve hectare met helleborussen. Tot nu toe gaat het heel goed, want we zien geen verschil in ontwikkeling.”
Het tuinbouwbedrijf gebruikt alleen nog kaliumnitraat van Greenswitch, omdat dit de eerste meststof is die beschikbaar is. Aanvankelijk zou de kwekerij al dit voorjaar starten, maar toen was het productieproces nog niet volledig gereed voor levering.
“Naast de afdeling met de duurzame meststof hebben we een vergelijkingsteelt, want we zitten nog in de proeffase. Maar het gaat goed. De watergift wordt voortdurend bemonsterd en uit de substraatanalyses blijkt dat er geen verschillen zijn in nutriënten. Ook de ontwikkeling van de planten laat geen verschil zien.”
Volgend seizoen
De helleborussen uit de proefafdeling zijn intussen klaar voor de markt en worden uitgeleverd. “We begonnen pas met de circulaire meststof aan het eind van de kweek, dan is de strijd qua groei al gestreden. Toch verwacht ik dezelfde resultaten als de plantjes net opgepot zijn, begin volgend seizoen”, blikt Pos vol vertrouwen vooruit. “De analyses zijn immers gelijkwaardig en tonen steeds dezelfde waardes.”
Hij stelt dat nu alleen nog kaliumnitraat gebruikt wordt, dat slechts een klein onderdeel van het bemestingsrecept vormt. Zodra andere meststoffen beschikbaar komen, wil de teler die ook gaan gebruiken.
De bereiding van de duurzame bemesting verloopt iets anders dan bij andere mestproducten. “We krijgen het kaliumnitraat geleverd in IBC-vaten. Dat pompen we over in de mestbakken en dan gaat het gewoon mee met het water. Dit product is iets minder geconcentreerd, dus we hebben een iets grotere hoeveelheid nodig. Daarom gebruiken we een pomp met een literteller”, legt hij uit.
Om de juiste mengverhoudingen te houden helpt Van Iperen met bemestingsschema’s. Samen met de toeleverancier wordt de teelt gemonitord en bijgestuurd.
Bioreactor
De methode Greenswitch is een nagenoeg CO2-neutraal productieproces dat de traditioneel geproduceerde nitraatmeststoffen kan vervangen. Het is een volledig gesloten circuit, waar een bruin goedje ingaat en een kristalheldere, geurloze meststof uitkomt. Eerst wordt ammonium uit het digestaat gestript en gestabiliseerd. Deze ammoniumoplossing is een van de grondstoffen voor het proces in een bioreactor waarin het met behulp van nitrificerende bacteriën omgezet wordt naar nitraatstikstof.
Tekst: Koen van Wijk