De teeltwisseling is momenteel in volle gang bij Kwekerij Noord-Oost. Ondanks dat hij afgelopen seizoen nagenoeg geen last had van virussen, houdt teler Albert Kosdi strikt vast aan het hygiëneprotocol dat hij al jarenlang hanteert. Ook de teeltstrategie op de komkommerkwekerij wordt deze winter niet aangepast. Kosdi hoopt wel op een hogere opbrengstprijs, om de fors gestegen kosten te kunnen compenseren.

Albert Kosdi in het Gelderse Oosterhout oogstte op 1 november de laatste komkommers van dit seizoen. Hij draait, op een oppervlakte van 3 ha, drie traditionele komkommerteelten per jaar. “We konden dit jaar langer doorgaan met oogsten dan vorig jaar”, vertelt de teler. “Dit kwam mede door het goede najaarsweer en het feit dat de productie en de kwaliteit goed waren. En ook de prijsvorming was prima.”

Opslag in koelcel

Inmiddels is de ondernemer flink op stoom met de teeltwisseling. Het gewas en de steenwolmatten zijn geruimd, het glas is aan de binnenzijde gereinigd en op dit moment worden de druppelleidingen en teeltgoten schoongemaakt. “Daarna gaan de buizen omhoog en borstelen we de buisrailsteunen af. Die zijn altijd behoorlijk smerig, er ligt veel loof op. Vervolgens gaat de loopfolie uit de kas en wassen we de steunen met water. Het feit dat er gronddoek onder de loopfolie ligt, is een belangrijk voordeel. Hierdoor kunnen we uitermate schoon werken: het materiaal wordt niet vies en medewerkers krijgen geen bagger en ander vuil aan hun laarzen.”
Los hiervan worden zo’n beetje alle zaken in en om het bedrijf gereinigd met water. Schoongemaakte machines en gereedschappen slaat Kosdi op in de koelcel. “Het feit dat we die koelcel hebben, is een groot voordeel; zo weet ik zeker dat alles ook schoon blijft. Overigens maken we vrijwel alles schoon met water, ik zet nauwelijks schoonmaakmiddelen in. Wanneer je zorgt dat je alles goed raakt, is water een prima reinigingsmiddel.”

Besparen op huurkosten

Hoewel Kosdi niet afwijkt van het hygiëneprotocol dat hij al jarenlang hanteert, huurde hij dit jaar geen materialen om de binnenzijde van het glas te reinigen. “Eerst huurden we hiervoor grote pompen, maar dit jaar hebben we het glas − vanaf een buisrailkar − schoongespoten met een brandweerslang. Dat ging prima: één medewerker spoot het reinigingsmiddel op het glas, twee andere medewerkers gingen er met water overheen. Een hele eenvoudige en doeltreffende aanpak; het glas is mooi schoon. En we konden hiermee flink besparen op huurkosten van materieel. Ook voor het reinigen van de teeltgoten huren we dit jaar geen materiaal meer; dit doen we met onze eigen spuitrobot.”

Vast team

De teler verwacht in week 49 alles brandschoon te hebben. Dan kan hij weer beginnen met ‘opbouwen’ en gaat de folie in de kas, gaan de buizen naar beneden en worden de stekers op de druppelslangen gezet. “Vervolgens ontsmetten we de boel nog en dan komt de nieuwe steenwol erin. LVM-en met een ontsmettingsmiddel vormt het sluitstuk.”
Ondanks dat Kosdi afgelopen seizoen nagenoeg geen last had van virussen overwoog hij geen moment om zijn ‘teeltwissel-strategie’ aan te passen. “Dat is voor mij ondenkbaar, ik wil geen enkel risico nemen. Een virus kan zo weer de kop opsteken en op die manier je nieuwe teelt onderuit halen. Daarbij verloopt de teeltwissel bij ons altijd heel vlot, doordat wij een vast team van medewerkers inzetten. Zij klaren deze klus al jaren en weten precies wat ze moeten doen. Dat geeft rust.”

Hogere kostprijs

Op 3 en 10 januari gaan de nieuwe planten de kas in bij Kosdi. Hij verwacht dan medio februari de eerste komkommers te kunnen oogsten. De teler heeft zijn gas nog vastgelegd, waardoor hij niet genoodzaakt is om zijn teeltstrategie aan te passen. Wel is een goede komkommerprijs meer nodig dan ooit tevoren, geeft hij aan. “De kosten zijn namelijk enorm gestegen: planten, steenwol, alles is duurder geworden. En dan gaat het minimumloon ook nog eens omhoog per 1 januari. In totaliteit komt onze kostprijs zeker vijftien procent hoger uit dan voorheen. Een plusje in de opbrengstprijs is dan ook hard nodig. Het feit dat veel komkommertelers later opstarten, waardoor er in de eerste maanden van onze oogst minder aanbod zal zijn, kan hier wellicht aan bijdragen.”

Tekst: Ank van Lier, beeld: Vidiphoto