De huidige collectieve minimumprijzen (ook wel VBN-minimumprijzen) voor de klok bestaan al jaren en zijn daarmee verouderd. Binnen veel Product Commissies (FPC) hebben de collectieve minimumprijzen geen functie meer omdat de werkelijke klokprijzen al jaren veel hoger liggen. Daarom faseert Royal FloraHolland, in overleg met alle FPC’s, de collectieve minimumprijs per 2024 uit.
Om telers meer regie te geven over hun klokprijs wordt de individuele minimumprijs de nieuwe standaard. Telers geven zelf een individuele minimumprijs per partij op. Zij bepalen dus wat de laagste prijs is die ze nog accepteren voor hun bloemen en/of planten, rekening houdend met hun kostprijs én strategie. Als de klokprijs onder deze individuele minimumprijs komt, draait het product door. Wordt er vanaf 1 januari 2024 geen minimumprijs ingevuld, dan komt deze automatisch op € 0,01 te staan.
Pilot FPC Potorchidee gestart
Per 1 juli is de bloemenveiling in samenwerking met FPC Potorchidee een pilot gestart, per 1 augustus start ook FPC Anjer. In deze pilotfase kunnen telers ervaren wat het instellen van een individuele minimumprijs inhoudt. Het doel hierbij is om van elkaar en met elkaar te leren. De veilingmeesters kunnen hierbij ondersteuning bieden als dit gewenst is.
Uitrol individuele minimumprijzen dit najaar
De veilingklok is voor veel van de leden van de coöperatie een onmisbaar prijsinstrument. Daarom start Royal FloraHolland klein met een pilot en wordt eerst ervaring op gedaan. Vervolgens nemen ze dit najaar in de uitrolfase alle telers stapsgewijs en per productgroep mee in deze andere manier van werken. Zo is er richting het einde van het jaar nog ruimte voor individuele nazorg en is iedereen klaar voor de wijziging per 1 januari 2024.
