De tuinbouw heeft in toenemende mate moeite om medewerkers te vinden. Geen wonder, betoogt Erik Pekkeriet. De arbeidsomstandigheden gaan achteruit en high tech tuinbouw bevordert dat alleen maar. In het belang van de sector zou dit punt veel meer aandacht moeten krijgen.

De teeltbeheersing heeft de afgelopen jaren sprongen vooruit gemaakt. Schermen en luchtramen kunnen langer dichtblijven, de CO2 blijft beter binnen en telen bij een hogere luchtvochtigheid is steeds beter mogelijk. Ook de etmaaltemperatuur is op veel bedrijven gestegen. Uitstekende omstandigheden voor het gewas.

“Maar die klimaatomstandigheden – warm en vochtig – zijn juist niet zo goed voor de mensen die in de kas werken. Daarbij komt dat de toenemende belichting het niet gemakkelijker maakt. LED’s, zeker als ze in het gewas hangen, zorgen voor stress op de ogen. En de opkomst van verschillende lichtkleuren maakt dat nog erger. In de verwerkingshal wordt het juist steeds kouder; heel goed voor de productkwaliteit, maar een stuk minder voor de mensen”, ziet Erik Pekkeriet.

Slechtere arbeidsomstandigheden

Hij is business developer robotics bij Wageningen University & Research en houdt zich dus vooral bezig met robotisering. Dat wil zeggen: vervangen van menselijke arbeid door mechanisatie. Tegelijkertijd maakt hij zich ernstig zorgen over de arbeid die overblijft: vaak voortdurend hetzelfde repetitieve werk. Jobrotatie is grotendeels verdwenen omdat het niet efficiënt uitpakt.

Het is tijd om dit eens duidelijk te zeggen, vindt hij. De arbeidsomstandigheden lopen zo erg achteruit dat het niet goed is voor de mensen en niet voor de sector. Die moet concurreren om dezelfde mensen met sectoren die werk aanbieden in schone, droge ruimtes op kamertemperatuur, waar mensen veel kunnen zitten en geregelde werktijden hebben. “Binnen de agri-food sector is het aandeel Poolse werknemers het afgelopen jaar sterk teruggelopen. Niet omdat, zoals vaker gedacht, ‘het beter gaat in Polen zelf’, maar ook omdat ze voor andere sectoren kiezen. Daar zie je nog een lichte toename.”

Toenemende werkdruk

Naast het ongunstige klimaat – te warm, te koud, te vochtig – zijn er nog meer stresserende factoren. “ICT maakt het mogelijk steeds beter in te spelen op de wensen van de klant. ’s Morgens besteld is ’s middags geleverd, in precies de gewenste verpakking. De bestellingen komen in pieken en dat zorgt voor stress. Hoe sneller je exact op maat kunt leveren, hoe meer toegevoegde waarde. Maar voor de medewerker betekent dat: meer werkdruk”, zegt Pekkeriet.

Op grote bedrijven is de logistiek vaak vergaand gemechaniseerd. Het product wordt met automatische karretjes of transportbanden afgevoerd en in de verwerkingshal gesorteerd en ingepakt. “De mensen doen het werk dat overblijft: kort-cyclisch en repeterend en daardoor belastend en rsi-gevoelig. Ze staan bovendien constant op dezelfde plek; de mobiliteit en sociale interactie nemen af”, ziet hij.

Helemaal ingepakt

Daarbij komt dat het geluidsniveau toeneemt door de mechanisatie. Dat is in de verwerkingshal zo, maar ook in de kas is het niet stil. Nieuwe apparatuur staat te suizen en te loeien, het geluid weerkaatst tegen de hygiënisch ontworpen gladde wanden.

“Verder zijn de mensen in de verwerkingsruimtes in toenemende mate helemaal ingepakt: veiligheidschoenen, hygiënebeschermende kleding, handschoenen, soms meerdere haarnetjes over elkaar heen, oordoppen in. Je ziet dat in de voedselverwerking nog steeds toenemen. Je kunt bovendien niet zomaar van de ene naar de andere hal zonder dat je door sluizen gaat, waar je schoenen worden geborsteld, je handen gewassen en ontsmet. Dit soort systemen zie je ook al in delen van de glastuinbouw terugkomen”, zegt hij.

Resultaat van dit alles is dat de medewerker geïsoleerd raakt in de bubble van beschermende kleding, monotoon werk en lawaai. Ruimte voor sociale interactie – waar veel mensen toch een groot deel van het werkplezier aan ontlenen – is er nauwelijks. Als de zoemer voor de pauze gaat, moeten ze eerst omkleden en door de wasstraat; dat gaat van de pauze af.

“Digitalisering is niet zo goed in meten van de kwaliteit van arbeid.”

Aantrekkelijker werk

Natuurlijk is dit niet het beeld dat voor alle bedrijven op gaat. Maar Pekkeriet zet het expres duidelijk neer: dit is wel de tendens. “Dit is een belangrijke reden waarom mensen overlopen naar aantrekkelijker werk. En als ze eenmaal weg zijn, komen ze niet meer terug. Ergens anders kunnen ze hun geld op een prettigere manier verdienen. Dit is een wereldwijd probleem van de land- en tuinbouw en de voedselverwerking. Zelfs in China, in de tuinbouwregio rond Shanghai, zie je al een tekort aan mensen voor dit soort werk en veroudert de werkzame populatie.”

Treating people as robots

Hij heeft het probleem bij het ministerie van Economische Zaken onder de aandacht gebracht. “Arbeid is de grootste kostenpost en toch wordt de arbeidsproblematiek zwaar onderbelicht. In nota’s van het ministerie komt het hele woord arbeid niet terug. Er is meer aandacht voor dierenwelzijn dan voor het welzijn van onze geïmmigreerde medemens”, ziet hij.

Pekkeriet is zeer gedreven als het om dit onderwerp gaat; het gaat hem echt aan het hart. En hij is verbaasd dat er zo weinig aandacht voor is in de sector zelf. “We staan erbij, zien het aan en laten het gebeuren”, zegt hij. Zelf is hij getriggerd door het werk van Oane Visser en zijn studenten aan de Erasmus Universiteit. De titel van één van die rapporten is veelzeggend: ‘Treating people as robots’. De conclusie van het rapport is hard: in afwachting van de echte robots, worden de medewerkers uit Oost-Europa al behandeld als zijnde robots.

Kwaliteit van arbeid

Zonder ingrijpen wordt de situatie er niet beter op, denkt hij. ICT wordt nu ingezet als middel om processen te stroomlijnen en de (kosten)efficiëntie te verbeteren. “In kantines hangen lijsten met prestaties. Heel transparant en je ziet meteen of je niet in de gevarenzone zit. Dit legt veel druk op de mensen. Waar digitalisering echter niet zo goed in is, is het meten van de kwaliteit van de arbeid en wat dat voor het bedrijf zou kunnen opleveren”, zegt hij.

De inzet van robots maakt het er voorlopig niet beter op, denkt hij. Ze halen geen 100% prestatie; dat betekent dat de medewerkers het resterende, lastigere werk moeten doen. “Je moet er goed op letten dat het werk daardoor niet nog verder verslechtert”, waarschuwt hij.

Oplossingen

Wat moet er dan gebeuren? In de eerste plaats het probleem onder ogen zien en creatieve oplossingen bedenken. “Het moet weer gezellig worden; meer sociale interactie. Je kunt denken aan een systeem met koptelefoons, zodat de mensen met elkaar kunnen praten. Dat zie je in andere sectoren ook al”, zegt hij.

Een tweede punt is meer verantwoordelijkheid neerleggen op de werkvloer door ‘mini-companies’ waarbij teams samen verbeteringsoplossingen bedenken. Kanttekening daarbij is dat het tuinbouwwerk inmiddels zo ver is ‘uitgekleed’ dat de speelruimte klein is.

Constante interactie

Pekkeriet heeft zich in het verleden verdiept in de vraag of gaming iets kan toevoegen. De jonge generatie is opgegroeid met games en denkt in levels, skills en competenties. Voorbeelden van skills zijn: de juiste rijpheid oogsten, ziekten herkennen, ideeën aandragen voor gewashandelingen, samenwerken en de goede sfeer bevorderen. Bij deze manier van denken kan iemand die niet zo snel oogst, toch op het geheel van skills hoog scoren.

Het is niet zo gemakkelijk om gaming naar de tuinbouw te vertalen. “Misschien moet je tablets op de oogstwagens monteren en zorgen voor een constante interactie met elkaar”, geeft hij aan. Maar niets doen is geen optie meer. “Dit gaat niet meer productiviteit opleveren, maar wellicht wel behoud van de arbeid.”

Samenvatting

De kwaliteit van de arbeid in de tuinbouw loopt terug, en dat kan zich tegen de sector keren, waarschuwt Erik Pekkeriet. De mensen werken in warme, vochtige, of juiste koude omstandigheden en doen veel repeterend werk. Ze kunnen nauwelijks met elkaar praten. Er zijn veel plekken waar ze aantrekkelijker werk kunnen vinden. Dit probleem moet serieus genomen worden, betoogt hij. Oplossingen liggen in meer sociale interactie en meer verantwoordelijkheid en wellicht kan gaming iets toevoegen.

Tekst: Tijs Kierkels.
Beeld: Wilma Slegers.

Gerelateerd