Volledig recirculeren lukt alleen als je het natriumgehalte onder controle hebt. Uit onderzoek blijkt dat de huidige vuistregels uit de praktijk te krap zijn. Je kunt best een hoger gehalte toelaten zonder enige schade. Ook is het mogelijk natrium uit het systeem te ‘oogsten’ met een split-root systeem.
In de jaren ’80 zijn de normen voor het natriumgehalte in het drainwater uit voorzorg expres laag vastgesteld. Bij tomaat bijvoorbeeld gold 8 mmol/l als grenswaarde, bij paprika 6 mmol/l en bij roos 4 mmol/l. Vervolgens zijn deze lage waardes in de praktijk als leidraad gaan gelden. Dat was geen bezwaar zolang er volop kon worden gespuid. Maar nu leven we in een andere tijd. We gaan naar emissieloos telen en spuien kost geld.
Geen effect
Alle reden dus om opnieuw naar de normen te kijken. Wageningen University & Research, businessunit Glastuinbouw, heeft de afgelopen jaren proeven in Bleiswijk gedaan en de komende vier jaar worden die voortgezet. De resultaten laten zien dat er inderdaad veel ruimte in de normen zit. In 2017 bleek paprika goed tegen 10 mmol/l te kunnen. Productie, aantal vruchten en vruchtgewicht bleven op peil en er kwam niet meer neusrot voor (zie Onder Glas, januari 2018, pagina 58-59).
“Vorig jaar zijn we verder gegaan met tomaat. Zelfs bij een concentratie van 20 mmol/l in de mat was er geen effect op de productie”, vertelt projectleider Wim Voogt. Toevalligerwijs sloot dat aan bij de ervaring van een van de telers uit de begeleidingscommissie (BCO). Door ongelukkige omstandigheden was het Na-gehalte op zijn tuin tot 17 mmol/l opgelopen. “Hij vroeg, zonder voorinformatie, aan zijn voorlichter: wat is er met mijn gewas aan de hand? Die antwoordde: Hoezo? Ik zie niets bijzonders. Pas toen liet de teler hem de hoge natriumcijfers zien”, vertelt hij.
Aandachtspunten
Toch waren er wel wat kanttekeningen bij de resultaten in Bleiswijk. “Vanaf eind juli zagen we wel meer neusrot bij concentraties van 15 mmol/l. Noodgedwongen moesten we in augustus met de proef stoppen, dus we weten niet hoe dit verder zou zijn gegaan. Maar dit is wel een punt van aandacht. Verder nam de houdbaarheid licht af. Op beide punten moeten we wel meer zicht krijgen; dit jaar gaan we daarom verder met een proef die langer in het jaar doorloopt”, vertelt hij.
De onderzoekers hadden verwacht dat de tomaten bij een hogere Na-concentratie beter zouden smaken, maar dat was niet zo. Het smaakpanel proefde geen verschil. “Dat er geen smaakeffect is, kan liggen aan het feit dat we de EC bij de behandelingen steeds gelijk hebben gehouden. Dat is nodig om louter het effect van het oplopende natriumgehalte te kunnen testen”, zegt de onderzoeker.
Meer neusrot
Natrium concurreert bij de opname met de andere kationen: kalium, magnesium en calcium. In het lopende jaar worden de proeven bij tomaat nog extremer om de grenzen op te zoeken: de maximale concentratie wordt 25 mmol/l. “Bij gelijkblijvende EC neemt natrium dan meer dan de helft van de ionen-som voor zijn rekening en blijft er dus minder over voor kalium, magnesium en calcium. We verwachten geen klassieke zoutschade, maar wel effecten van K- en Ca-tekorten. De verminderde houdbaarheid vorig jaar was daar wellicht al de voorbode van, want kalium bepaalt de turgor (de celspanning). Ook zal je wellicht meer neusrot zien, als gevolg van de mindere calciumopname”, verwacht de projectleider.
Veilige grenswaarden
Een vraag van de telers in de BCO was ook of het uitmaakt in welke periode en hoe snel een hoge concentratie opbouwt. Beide vragen worden onderzocht. In de proefkas van Yara in Vlaardingen komt een proef met opbouw van de Na-concentratie tot 20 mmol/l in 1, 2, 3 of 4 weken tijd. Voogt: “Met deze reeks onderzoeken hopen we heel veel informatie te krijgen van het effect van natrium bij tomaat. Je moet in feite bij elk gewas apart de veilige grenswaarden zien te vinden.”
Het vaststellen van die grenswaarden gebeurt dit jaar ook bij gerbera. De opzet van de proef in de kassen in Bleiswijk is vergelijkbaar met die bij tomaat. De maximale concentratie is 15 mmol/l en die wordt in verschillende perioden van het jaar opgebouwd: vanaf april, juni, juli of augustus.
Zoals gezegd loopt het onderzoek nog vier jaar. Daarvoor is een nieuwe publiek-private samenwerking opgezet met als verdere partners Topsector T&U, KIJK, Yara en Elektravon-Haket. Op het verlanglijstje staan verder de gewassen aardbei, roos, potorchidee en wellicht komkommer.
Split-root systeem
De meeste gewassen nemen maar weinig natrium op. Paprika bijvoorbeeld 0,3 mmol/l. Dat betekent dat, wanneer de concentratie in de mat eenmaal is opgelopen tot een hoge waarde, het gewas daar maar mondjesmaat iets vanaf snoept. Je blijft dus steeds zitten met die hoge waarde.
Een tweede deel van het onderzoek gaat daarom om de vraag of je natrium kunt ‘oogsten’ uit het systeem. Als je het element zonder schade in het gewas kunt opslaan, wordt de noodzaak om te spuien kleiner. “We maken gebruik van het principe dat de plant meer natrium opneemt, als hij bij de wortel meer krijgt aangeboden. Tegelijkertijd moet die hoge concentratie niet de opname van water en andere voedingselementen belemmeren. Daarom werken we met een split-root systeem: twee matten naast elkaar in gescheiden goten: eentje met de normale voeding, de andere met verhoogd gehalte, omdat je daar een deel van het spuien water bijmengt. De eerste goot zorgt voor ongeremde opname, de tweede voor de oplossing van het natriumprobleem”, vertelt de projectleider.
Onderzoek humaten gestopt
Uit het onderzoek vorig jaar blijkt dat het principe werkt op praktijkschaal: je kunt natrium wegvangen uit het systeem zonder nadelige resultaten voor groei. De opname uit de tweede goot was het dubbele vergeleken met de normale voedingsoplossing. Tegelijkertijd werd het onderzoek echter geplaagd door technische problemen. Om heveling te voorkomen mag er geen direct contact zijn tussen blok en de matten in de twee goten. Daarom ligt er een matje tussen (zie foto). Het ontwerp van dat matje zorgde voor slechte verankering van de plant en allerlei bijkomende problemen. Dat is nu verbeterd. “We zijn nu een maand bezig en tot nu toe gaat het goed”, constateert Voogt.
Een derde onderzoekstraject is inmiddels doodgelopen. Dat ging over het effect van toedienen van humaten. Het zijn stabiele oplosbare organische stoffen die anionen zoals Na kunnen binden in een complex. “We hebben getest of de humaten de tolerantie voor natrium zouden verhogen of wellicht zelfs de opname; die indruk bestond namelijk in de praktijk. Maar in het onderzoek is dat niet gebleken. Sterker nog, de plant leek minder natrium op te nemen. Bovendien is de kans groot dat de humaten het druppelsysteem kunnen vervuilen. Dit spoor hebben we helemaal stopgezet”, besluit hij.
Samenvatting
Natriumnormen in de drain zijn in het verleden expres heel laag vastgesteld. Paprika en tomaat kunnen bij veel hogere gehaltes worden geteeld. In vervolgonderzoek krijgen houdbaarheid en neusrot bij tomaat extra aandacht. Ook bij gerbera verkennen onderzoekers de grenzen. Met een spit-root systeem kan je natrium uit het systeem wegvangen. Al deze proeven hebben als uitgangspunt om de noodzaak tot spuien drastisch te verkleinen.
Tekst: Tijs Kierkels.Beeld: Wilma Slegers.