Voor plantenkwekerij De Noordpoel in De Kwakel was 2024 een jaar van tegenslagen. In juni verwoestte een grote brand de technische ruimte, de voorraadschuur en een deel van de kas. Net toen het bedrijf weer provisorisch was doorgestart, richtte een hagelbui grote schade aan in de buitenteelt. Eigenaar Arnoud van der Knaap: “Hoeveel tegenslag kan een mens hebben, dacht ik toen. Maar ik bleef in oplossingen denken, zoals een ondernemer betaamt.”
Op 1 januari voerde Van der Knaap zijn eerste Primula acaulis aan. De vrolijke voorjaarsbloeier luidt een nieuw jaar in, met nieuwe kansen. De twee kassen staan weer vol. Medio 2024 hing de vlag er anders voor.
“Op 24 juni brak er brand uit. De hele materialenvoorraad, het gereedschap en de technische ruimte gingen in rook op. Een klein deel van de planten liep schade op. Die zijn nog vervangbaar, maar de privéspullen die op de zolder lagen opgeslagen niet. Zoals de familiewieg waar meerdere generaties, inclusief onze kinderen, in hebben gelegen. Bij de sloop van de schuur stortte tot overmaat van ramp ook een deel van de kas in. Vanwege vrijgekomen asbest konden we het bassinwater niet gebruiken, terwijl het op dat moment zomers warm was. Een week lang moesten we met de hand de waterkraan open en dicht draaien, vanuit een provisorisch aangelegde noodvoorziening. Het was echt een ramp,” verhaalt Van der Knaap.
Weer tegenslag
De beschadigde planten werden geruimd en de onderhandelingen met de verzekeringsmaatschappij begonnen. De elektrische installatie werd vervangen, en de ingestorte kas gesloopt. De gasketel was total loss. Een plaatselijke installateur gaf het bedrijf een tweedehands klimaatcomputer in bruikleen. Op zijn ‘houtje-touwtje’ draaide de productie gewoon weer verder. Totdat er in augustus een tweede ramp volgde. Een extreme hagelbui verwoestte de buitenteelt van vaste planten als anemonen, sedum, echinacea’s, bergenia’s en Salvia microphylla. “De planten zagen er niet meer uit. Ze waren geperforeerd door hagelstenen. Weer tegenslag. Toen zakte de moed me wel even in de schoenen. We kregen in korte tijd veel te verduren.”
Snel verkassen
In 2022 had Van der Knaap een perceel in Nieuwveen aangekocht. De ondernemer hoopt daar dit jaar een nieuw bedrijf op te bouwen. “Ons huidige bedrijf ligt pal achter de bloemenveiling in Aalsmeer en daar moeten we op termijn weg. Met dat vooruitzicht hadden we elders al een nieuw stuk land gekocht, voor nieuwbouw. Helaas heeft de gemeente Uithoorn de beoogde bestemmingsplanwijziging voor onze huidige locatie in De Kwakel nog steeds niet rond en mede daardoor is de verkoop nog niet van de grond gekomen. Anders hadden we al eerder kunnen verkassen. Nu moeten we het nog een tijdje uitzingen op de bestaande locatie, onder provisorische omstandigheden. Zo hebben we een technische ruimte, een klus- en opslagruimte ingericht in een zeecontainer en telen we nog altijd zonder gasketel of osmose-installatie. Pas als we straks verder gaan op de nieuwe locatie, investeren we daar weer in.”
Mobiele verwarmingsunits
Alleen bij extreme kou zet de ondernemer mobiele verwarmingsunits in. Gelukkig is dat tot nu toe bijna niet nodig geweest. De Primula acaulis die De Noordpoel nu al weer aanvoert, heeft het zonder bijverwarming gered. “Op 1 januari maakten we de eerste partijen weer klaar. Dat was toch wel een fijn gevoel. Het nieuwe jaar startte met de nieuwe oogst van een vrolijke voorjaarsbloeier. Ik hoop dan ook dat het hele jaar zo vrolijk en bloeiend zal zijn als de primula’s die het jaar inluidden. We hebben nu toch wel genoeg voor onze kiezen gekregen, mag je denken. Hopelijk zitten we aan het eind van het jaar op de nieuwe locatie en kunnen we ons weer volop gaan focussen op automatisering, verduurzaming en een vergaande veenvrije teelt.”
Verder verduurzamen
Bij kwekerij De Noordpoel zijn de rode gewasbeschermingsmiddelen uitgefaseerd en de oranje nagenoeg. “Ons doel voor 2025 is alleen nog te werken met groene en witte middelen. Door inzet van biostimulanten zorgen we voor een weerbaar gewas, waardoor het minder vatbaar is voor ziekten en plagen en we dus ook minder middelen hoeven in te zetten. We zien daar vooral in de lange najaarscyclus al verbetering optreden. Met veenvrij zijn we al een heel eind. Ik denk dat we op termijn gemiddeld 75 procent veenvrij gaan halen. Probleem is nog wel dat de alternatieven niet goed verkrijgbaar en niet altijd gecertificeerd zijn. Met onze nieuwe Garden Xperience-labels hebben we een duurzaamheidsstap gemaakt; deze labels verteren bij de consument in de tuin of op de composthoop. De volgende stap is het werken aan onze CO₂-footprint.”
Tekst: Astrid Zoumpoulis