Afgelopen zomer deelden teeltmanagers Martin de Bruijn van LG Flowers en Erwin van Adrichem van Marjoland in het juni/juli-nummer van Onder Glas hun ervaringen met telen onder gesloten doeken onder full LED. Veel telers zijn daar nog huiverig voor, omdat de vochtbeheersing vanwege de geringere stralingswarmte in vergelijking met SON-T, een stuk uitdagender is. Samen met enkele collega’s en een sensorproducent hebben zij stappen gezet om cruciale data, zoals de knop- en bloemtemperatuur en de RV in het gewas, scherper in beeld te krijgen en daarop te sturen.
“Zolang je de juiste zaken goed meet en middelen hebt om onder gesloten scherm te ontvochtigen, kunnen de schermen in principe dicht blijven en volstaan kleine correcties om temperatuur en vocht binnen de gewenste bandbreedtes te houden”, zegt Martin de Bruijn een goed halfjaar later. “Daarmee minimaliseer je het warmteverlies en blijf je kwaliteitsproblemen zoals rotkop en Botrytis voor.”
Voorlopers in Het Nieuwe Telen
De boodschap sloeg kennelijk aan, want sindsdien heeft zich nog een aantal bedrijven aangesloten bij de werkgroep van voorlopers in Het Nieuwe Telen. “Je kunt merken dat nog niet iedereen volledig op de achterliggende principes durft te vertrouwen, maar de wil om ze toe te passen en scherper aan de wind te zeilen is zeker aanwezig.”
Door de ervaringen tijdens groepsbijeenkomsten te delen, kan iedereen op zijn eigen wijze vooruitgang boeken in energie-efficiënt telen. “Daarvoor is het essentieel dat je inzoomt op kritische factoren, zoals het microklimaat in het gewas en rond de bloemen en bloemknoppen. Die kunnen behoorlijk boven het gewas uitsteken, waardoor hun temperatuur vaak afwijkt van die in het gewas.”
Ontvochtigen onder dicht scherm
Sigrow introduceerde enkele jaren geleden sensoren waarmee die kritische factoren goed en betrouwbaar in beeld zijn te krijgen. Rutger Vreezen van de sensorleverancier en onafhankelijk consultant Peter van Weel ondersteunen de werkgroepleden bij de toepassing van deze technologie en het aanpassen van de teeltstrategieën. De Bruijn zegt daarin zelf ook nog vooruitgang te boeken. Momenteel werkt hij samen met de sensorleverancier aan een methode om de momentane verdamping te meten en grafisch in beeld te brengen. Daarmee denkt hij de energie-efficiënte klimaatsturing verder te kunnen optimaliseren.
“Wij hebben bij LG Flowers twee kassen met twee scherminstallaties en één kas met één scherm”, vertelt hij over de aanwezige installaties. “Het ontvochtigen onder gesloten scherm verloopt bij ons primair via DryGair units. Ik heb geleerd om de temperatuur van de onderbuis te beperken, zodat de verdamping niet onnodig wordt gestimuleerd. Hierdoor loopt de RV minder snel op, waardoor de kans op condensatie van vocht op knoppen en bloemen kleiner wordt. Die krijgen daardoor ook wat meer tijd om in de vroege ochtend op temperatuur te komen.”
Minder onderwarmte, meer bovenwarmte
Een tweede leerpunt, waarover recentelijk ook in werkgroepverband intensief is gesproken, is het inzetten van de lichte buisverwarming onder het scherm, eventueel in combinatie met een kleine schermkier (1%, circa 5 cm) zodra de lampen aangaan. De teeltmanager stelt dat er bij deze strategie vanwege de beter geïsoleerde kassen zeer weinig warmte verloren gaat, vooral wanneer er een tweede scherm dicht ligt. Zelfs bij licht kieren.
“Deze strategie biedt drie voordelen”, licht hij toe. “Door de bovenbuis in te zetten wordt de schermtemperatuur hoger, waardoor de bloemen en knoppen minder afkoelen als gevolg van uitstraling. Het tweede voordeel is dat je het doek zo droogstookt, waardoor er meer vocht doorheen kan richting nokruimte. Een kleine raamopening aan beide kanten bevordert dit vochttransport en de afvoer naar buiten. Het derde voordeel van de bovenbuis is dat je daarmee warmte inbrengt zonder dat de plant extra gaat verdampen, wat wel het geval is wanneer je volledig op de onderbuis leunt. Van die warmte profiteren de bloemen en knoppen het eerste. Bovendien daalt dan ook de RV, waardoor de kans op condensatie opnieuw kleiner wordt.”
Minder warmte-input, betere kwaliteit
Samenvattend stelt de teeltmanager vast dat hij door de inzet van sensoren dreigende kritieke situaties veel eerder herkent en met kleine correcties kan voorblijven. “Onderaan de streep hebben wij minder kwaliteitsproblemen dan een paar jaar geleden, terwijl ons energieverbruik flink is gedaald. Ik denk dat de meeste bedrijven nog veel kunnen besparen door Het Nieuwe Telen écht te omarmen. Daar hoort uiteraard ook goede data bij en een bedrijfsuitrusting waarmee je nauwkeurig en efficiënt kunt sturen.”
Tekst: Jan van Staalduinen