Wanneer ga je vernevelen en wanneer zet je het scherm in? Het Nieuwe Telen aardbei is een flinke zoektocht, zo blijkt uit de eerste teelt. Resultaten uit andere gewassen zijn niet zomaar te vertalen naar dit gecompliceerde vruchtgewas. Bij ieder ander gewas kun je vruchtaanleg tijdens de teelt beïnvloeden, bij aardbei niet. Bovendien zit de kop van de plant niet bovenin het gewas, maar juist onderin. Dat is niet alleen erg interessant, maar ook ingewikkeld.
Voor telen in balans is het beter om de proef met nieuw plantmateriaal voort te zetten. Dat was de korte, maar krachtige conclusie na de eerste helft van de doorteelt Elsanta, die vanaf half augustus is gestart bij het Delphy Improvement Centre in Bleiswijk. Aan tafel zitten teeltmanager Rick van der Burg en onderzoeker aardbeien Bart Jongenelen, beiden van Delphy en Peter Herijgers, bedrijfsleider bij kwekerij Van Oers in Prinsenbeek.
Het klinkt rigoureus, maar de variatie in plantontwikkeling was na het eerste deel van de proef zo groot dat de leiding heeft besloten om met nieuwe planten verder te gaan. “Als er zoveel variatie is in plantontwikkeling binnen een partij, dan is dat geen goed uitgangspunt voor onderzoek”, legt Jongenelen uit. “De onderlinge verschillen zouden het eindresultaat te veel gaan beïnvloeden.” Daarom zijn nieuwe planten besteld, deze keer van de nieuwe junidrager Sonsation van Flevo Berry, omdat de volgende teelt een voorjaarsteelt zal zijn.
Tipburn
De 1.000 m2 grote afdeling is ingericht voor HNT en heeft twee schermen. Bovenin ligt het transparante energiescherm Luxous 1147 met daaronder het diffuse scherm Harmony 2315. Het bovenste scherm moet helpen met het besparen van energie, terwijl het onderste scherm in de winter uitstraling tegen gaat en in het voorjaar overtollige instraling wegneemt. De afdeling is uitgerust met verticale ventilatoren (Nivolatoren) voor het beheersen van vocht en met een vernevelingsinstallatie.
Met het doel om 40% op energie te besparen zonder gebruik van de minimumbuis, ging de eerste teelt van start. Vrijwel direct werden de proefnemers geconfronteerd met tipburn; planten met verfrommeld blad en verbrande bladranden. Dit fysiologische verschijnsel ontstaat door een lokaal calciumtekort en is te vergelijken met neusrot in vruchtgewassen.
De oorzaak hiervan is achteraf moeilijk vast te stellen. Misschien is er een relatie met wat koelschade in het plantmateriaal. Bovendien is de watergift aan het begin van de teelt niet goed in balans geweest. Gekozen is om de planten ‘op te leggen’ in kokossubstraat, wat een hele ‘droge’ methode is. Daar komt bij dat de instraling hoog was bij de start van de teelt. In die periode is de verneveling ingezet en dat is misschien iets te veel van het goede geweest. Kortom, mede door de tipburn was de start van de teelt niet optimaal.
Dubbel scherm 40% besparing
In deze najaarsteelt zijn de twee schermen gebruikt om uitstraling te voorkomen. Het energiedoek heeft 246 uur 100% dicht gelegen om energie te besparen. Beide doeken zijn 1.585 uur gebruikt om uitstraling tegen te gaan. Er is 16 uur geschermd op instraling. De ventilatoren stonden ’s nachts uit om de vruchttemperatuur hoog te houden. Overdag stonden ze aan als het scherm gesloten was.
Door de inzet van deze middelen is de energiedoelstelling gehaald. Voor Herijgers is deze manier van telen bijzonder. “Het Nieuwe Telen druist voor honderd procent in tegen wat wij normaal doen met het klimaat. Je vraagt je af of het kan, maar het is zeker heel interessant om te volgen. Iedere aardbeienteler wil een scherm aanschaffen om het vervolgens zo min mogelijk te gebruiken, is mijn ervaring.”
De productie van de teelt is uiteindelijk uitgekomen op 3,12 kg/m2. De houdbaarheid en de brixwaarde waren goed, maar het aandeel misvorming was hoog. Herijgers: “Dat mag je niet helemaal wijten aan deze manier van telen, want door de hoge temperaturen in het najaar is iedere aardbeienteler tegen kwaliteitsproblemen aangelopen. Dat kan gebeuren.”
Ziekteverloop
De productie is vergeleken met een referentiebedrijf in Limburg dat ook een energiescherm heeft. Dit bedrijf had een iets hogere productie, maar wat verlies door meeldauw. Opvallend is het verschil in nachttemperatuur van beide bedrijven in die periode. In Bleiswijk lag deze 1,5°C hoger dan in het zuiden van het land.
Van der Burg is positief over het ziekteverloop tijdens de teelt, zeker gezien de vele schermuren en weinig stoken. “We zijn hier niet in ziekten of plagen gelopen, terwijl het referentiebedrijf wat meeldauw had. Dat vind ik positief.” Wel constateert de teeltmanager dat de Leaf Area Index (LAI) ondanks de tipburn en bladplukken iets hoger is opgelopen dan gewenst. Dat dit toch gebeurde heeft misschien te maken met de temperatuur van de kop, die onder het energiescherm hoger is gebleven. Dit zijn zaken die je soms achteraf pas kan concluderen, vinden de drie. “Meestal leer je het meeste van de dingen die fout gaan. HNT bij aardbei is een weg van vallen en weer opstaan.”
Balans zoeken
Toch is de stemming na de eerste teelt positief. De nieuwe teelt is op 10 januari geplant en de onderzoekers starten met een schone lei. In tegenstelling tot eerdere voornemens is de minimumbuis ditmaal weer ingevoerd. De reden hiervoor is dat de proefnemers het gewas goed willen laten inwortelen en geen vroegheid willen missen. Van der Burg: “Het is de kunst om het gekozen traject te bewandelen, maar ook mee te gaan in de meningen van de telers die in de begeleidingscommissie zitten. We proberen een goed gewas op te bouwen en een balans te vinden tussen het onderzoek en wat de praktijk doet.”
Jongenelen heeft de afgelopen periode ervaren dat het heel moeilijk is om bepaalde effecten toe te schrijven aan HNT. Dat is namelijk nog helemaal niet duidelijk. “Positief vind ik het feit dat we aan dit onderzoek zijn begonnen. Wie weet wat het ons nog gaat brengen.” Herijgers vult aan: “Aardbei is gewoon een gecompliceerd gewas, vergeleken met veel andere teelten. Je begint met een plant die 100% bloemen in zich heeft. Er komt geen bloem meer bij. Ze kunnen alleen verdwijnen.”
Dit onderzoek wordt uitgevoerd in samenwerking met Plantmonitoring NL en is tot stand gekomen door bijdragen van het programma Kas als Energiebron, Svensson, Nivola, Limgroup, Legro en aardbeientelers.
Samenvatting
De eerste fase van de doorteelt aardbei volgens de principes van Het Nieuwe Telen is afgerond. Een warm najaar en tipburn hebben de resultaten beïnvloed. Daarom is het lastig om bepaalde invloeden toe te schrijven aan het intensieve schermen of vernevelen. De energiedoelstelling van 40% besparing is gehaald, maar de productie viel wat tegen. Gezien de ongelijkheid in het plantmateriaal is besloten om opnieuw te planten voor de voorjaarsteelt.
Tekst en foto’s: Pieternel van Velden.