Het was een noodgreep, maar uiteindelijk pakte die goed uit. Vier jaar na de overschakeling van snijrozen naar terrasplanten, is Donny van der Burg van Bright Plants dik tevreden. “Het is een goede stap geweest. De afgelopen jaren zijn veel meer rozentelers gestopt, en niet uit weelde. Er is een hoop stress weg en de nieuwe teelten hadden we al snel in de vingers.”

Na drie generaties actief te zijn geweest in de snijrozen, als VOF JA Van der Burg, gooide de familie Van der Burg vier jaar geleden het roer om. Vandaag de dag teelt Bright Plants, de nieuwe naam van het familiebedrijf in Berkel en Rodenrijs, skimmia, mandevilla en stamrozen.
Mede-eigenaar Donny van der Burg: “De tarieven voor de opslag van duurzame energie stegen destijds zo hard, dat we die als een relatief klein bedrijf niet meer rond konden rekenen. Het was geen makkelijke beslissing om te stoppen met rozen, vooral als nieuwkomer in een bedrijf dat zich altijd op die teelt had gericht. Maar we hebben er zeker geen spijt van. We waren net voor de energiecrisis over op een koudere teelt. En sindsdien is het Nederlandse rozenareaal nog verder uitgedund. Kleinere telers houden het niet meer vol in deze energie- en arbeidsintensieve teelt.”

Alles op zijn kop

Skimmia en mandevilla werden de nieuwe hoofdteelten. Om niet helemaal vaarwel te zeggen tegen rozen, pakten ze er ook stamrozen bij. Het hele bedrijf (2 ha) ging ervoor op zijn kop. “Het teeltsysteem voor snijrozen ging er uit, er kwamen een basaltvloer, een eb- en vloedsysteem en bovenberegening voor terug. De waterstromen zijn aangepast op de behoeften van tuinplanten en voor hergebruik. Alles werd anders. Ook de teelt, maar daar had ik al wel wat ervaring mee opgedaan bij een ander bedrijf. We hebben vooral goede mensen om ons heen verzameld met kennis van de nieuwe teelten. En eigenlijk boekten we al meteen in het eerste jaar succes. Met mooie kwaliteitsproducten bouwden we al snel een goede naam op.”

Energieplaatje verbeterd

Van der Burg ziet veel voordelen van de omschakeling. “Met deze koude teelten is onze energiebehoefte flink gedaald. Met onze bestaande WKK maken we warmte en verkopen we elektriciteit. Daardoor ziet het energieplaatje er nu een stuk beter uit. Bij snijroos moesten we het grootste deel van de stroombehoefte inkopen. Ook voor mandevilla kunnen we uit de voeten met de huidige WKK, terwijl om ons heen veel telers stoppen met deze teelt vanwege de hoge energiekosten. Zolang de elektriciteitsprijzen mee blijven stijgen, hebben wij de boel hier op orde. Daarnaast kunnen we nu met een stuk minder mensen af.
Gezien de stijgende personeelskosten, is dat absoluut een voordeel. “De afwisseling van seizoensproducten vind ik persoonlijk ook heel prettig. Bij rozen deed je 12 jaar met een plant en waren de werkzaamheden het hele jaar door vrijwel hetzelfde. Nu hebben we drie gewassen, allemaal seizoensmatig. Ze gaan erin en eruit en je hebt door het jaar heen met pieken en dalen te maken. Elk jaar opnieuw kun je keuzes maken in het assortiment. Dat staat me wel aan.”

Bloemzetting skimmia

De grootste uitdaging in de nieuwe tak van sport is het op peil houden van het kwaliteitsniveau, zegt de teler. “Klanten zijn gewend aan een bepaald niveau. Dat moet je zo zien te houden. Maar de omstandigheden zitten niet altijd mee. Zo was dit voorjaar de eerste bloemzetting bij skimmia niet optimaal, door een tekort aan licht. Iedereen had daar last van, maar toch probeer je aan alle knoppen te draaien om ervoor te zorgen dat je uiteindelijk de bekende kwaliteit kunt leveren.”
Ook de gewasbescherming is een punt van zorg. “We proberen zoveel mogelijk op biologie te teren, maar bij een koude, korte teelt valt dat niet mee. Ook zijn er voor deze teelten lang niet zoveel biologische middelen voorhanden als bij snijroos bijvoorbeeld. We blijven op zoek naar nieuwe, betere middelen.”

Tweede laag

Nu het bedrijf de nieuwe teelten onder de knie heeft, gaat het volgend jaar ook wat nieuwe dingen uitproberen. “Zo willen we een test gaan doen met mandevilla in hangpotten, boven in de kas. Daarmee kunnen we efficiënter gebruik maken van de beschikbare vierkante meters en weer wat nieuwe soorten uitproberen. Dat maakt het ook wel heel leuk. Niets blijft bij hetzelfde. Nee, ik heb absoluut geen heimwee naar rozen.”

Tekst: Astrid Zoumpoulis