Het Vlaamse sierteeltbedrijf Mertens Bloemisterij deelt een groep werknemers met collega agrariërs in de buurt. Hierdoor kunnen zij flexibel inspelen op seizoenspieken en gemotiveerde en getrainde werknemers behouden. 

“Op dit moment zijn er geen flexibele arbeiders aan het werk, maar vorige week wel twee en voor volgende week heb ik er weer twee gereserveerd.” Aan het woord is Geert Mertens uit Minderhout, een dorpje aan de grens met Nederland bij Tilburg. Geert runt een glastuinbouwbedrijf van 2,5 ha, verdeeld over twee locaties, samen met zijn moeder May en broer Benny.
Het bedrijf, dat momenteel primula’s oogst en stekgoed aan het oppotten is, heeft tien mensen op de loonlijst staan. Zeven daarvan zijn jaarrond aan het werk en drie Roemenen werken er twee periodes van vier maanden per jaar. Naast deze vaste werknemers, maakt het bedrijf gebruik van flexibele werknemers van de arbeidspool Person-Hal.

Vijf landbouwers

“Dat bedrijf is opgezet door vijf bedrijven in de buurt, een kippenboer, een konijnenhouder, een varkens-kippenboer, een varkensboer-bessenteler en wij”, vertelt de potplantenteler. De coöperanten geven de week vooraf door hoeveel mensen zij nodig hebben. Het personeelsbestand van de arbeidspool bestaat uit vijf personen.
Doel van deze gedeelde arbeidspool is om de arbeidspieken op te vangen. “De ene week heeft de konijnenhouder twee paar extra handen nodig om zijn stallen schoon te maken, terwijl de andere bedrijven minder werk hebben”, geeft Mertens als voorbeeld. De samenwerking is een initiatief van zijn neef en buurman Tom die een varkensbedrijf heeft en blauwe bessen teelt.

Gedeeld uitzendbureau

Tom neemt de coördinatie van de personeelspool voor zijn rekening en krijgt daarvoor een kleine vergoeding. “Maar deze vergoeding is zeker niet vergelijkbaar met de commissie van een uitzendbureau, waardoor deze constructie veel goedkoper is”, vertelt de potplantenteler. Hij geeft aan dat deelnemende bedrijven gefactureerd worden op basis van het aantal uren dat zij van de werknemers gebruik maken.
Mertens Bloemisterij heeft jaarrond een viertal teelten in de kassen staan. Naast de verkoop met vaste contracten aan de veiling in Aalsmeer, heeft het bedrijf in april en mei traditioneel thuisverkoop. De oudste kas uit 1972 doet dan dienst als ontvangstruimte.

Spreiding met vier teelten

De teler heeft jaarrond een viertal teelten in zijn kassen staan. Het jaar begint met primula’s om vervolgens over te gaan op perkgoed en geraniums, potchrysanten en tot slot helleborus. Voor de groeiende teelt van helleborus werd eind vorig jaar een folieserre van 5.000 m² geplaatst. “Tijdens de bouw van de serre hadden we op sommige momenten behoefte aan veel arbeid en konden we de arbeidspool inschakelen voor enkele uren. Omdat de deelnemende bedrijven dicht bij elkaar liggen, kunnen we snel schakelen en is het systeem erg flexibel”, zegt Mertens.
Hij is uiterst tevreden over de werking van dit systeem. Niet alleen zijn de werknemers goedkoper dan uitzendkrachten, tevens ligt de kwaliteit hoger. “Zij worden regelmatig ingeschakeld en kennen hierdoor ons personeel en het werk”, legt de teler uit. Hij geeft aan dat het systeem zorgt voor de nodige afwisseling bij de werknemers, wat voor sommigen motiverend werkt.

Overlappingen van teelten

Ook heeft het grote voordelen voor het eigen personeel, besluit hij. “Tijdens piekmomenten hoeven we van ons personeel niet te vragen om overuren te draaien. Dat kunnen we perfect opvullen met de werknemers uit de pool.  Dit zorgt voor een stabiele, jaarrond workflow voor het personeel en dat komt het arbeidsplezier ten goede.”
Piekmomenten, waarbij dus een beroep gedaan wordt op de flexmedewerkers, vinden vooral plaats tijdens teeltwisselingen. “Er is steeds sprake van overlap van teelten waarbij we nog bezig zijn met een teelt, terwijl het oppotten van de andere teelt al begint. Op dat soort momenten komen we vaak handen tekort en schakelen we de flexwerkers in”, vertelt Mertens.

Flexibel inzetbaar

Nog een absoluut piekmoment voor het bedrijf is het oppotten en rooien van potchrysanten. Behalve de kas heeft hij 8 ha chrysanten in de vollegrond. Voor het oppotten in juni worden vier of vijf werknemers ingezet. De ondernemer schat jaarrond 1 tot 1,5 fte van het gedeelde bedrijf in te zetten.
Juist omdat de deelnemende bedrijven verschillende piekmomenten hebben, is de gedeelde arbeidspool mogelijk. “Het systeem zou natuurlijk niet werken bij vergelijkbare bedrijven met een vergelijkbare werkflow”, aldus Mertens.
Hij geeft aan dat er tevens klussen zijn die binnen een langere periode uitgevoerd kunnen worden. “Denk bijvoorbeeld aan het onkruid wieden bij de helleborus planten. Dat werk moeten we doen, maar wanneer dat gebeurt, steekt niet op enkele dagen of weken.” Doordat dit soort ‘tijdloze’ klussen ook bij de andere bedrijven bestaan, kan er zeer flexibel omgesprongen worden met het ruilpersoneel.

Verdere samenwerking

Person-Hal is vernoemd naar het gehucht waar de deelnemende land- en tuinbouwbedrijven gelegen zijn: Hal. Het is een hechte boerengemeenschap, veelal jonge boeren van dezelfde leeftijd die met elkaar zijn opgegroeid. De samenwerking op het gebied van personeelsuitwisseling staat niet op zichzelf.
Ook op andere niveaus werken de bedrijven in de buurt samen. Een project dat vorig jaar is opgezet is Halnet waarbij lokale bedrijven en particulieren energie uitwisselen. Het uiteindelijke doel is om tot een onafhankelijk elektriciteitsnet te komen en de behoefte van de verschillende bedrijven en huishoudens op elkaar af te stemmen en de pieken eveneens af te zwakken.
Bij dit project wordt gewerkt met een coöperatieve samenwerkingsvorm. Een landbouwbedrijf in de buurt heeft met geld van de coöperatie zonnepanelen laten neerleggen. Het volgende bedrijf dat mogelijk capaciteit aan het gedeelde netwerk toevoegt, is Bloemisterij Mertens. “Er wordt nu ook gekeken om drijvende zonnepanelen in ons waterbassin aan te leggen”, besluit de teler.

Tekst en beeld: Jerom Rozendaal