Het productieproces van vloeibare digestaat uit mestverwerking is sinds de start van de productie in voorjaar 2021 alweer op diverse punten aangepast en verbeterd. Ondertussen groeit het aantal afnemers van de meststof gestaag, vertelt Marc van Oers. “Naast de technische ontwikkeling is ook het gedrag van de markt bepalend voor een verdere doorbraak.”

Het opwerken van vloeibare digestaat uit mestverwerking tot bruikbare vloeibare meststof voor de glastuinbouw onder de naam Greenswitch leverde Van Iperen International vorig jaar twee Innovatie Awards op. “We hebben niet stilgezeten. Naast verfijning van het productieproces zijn we druk bezig om de producten in de markt te zetten”, vertelt Marc van Oers, innovatiedirecteur bij de meststoffenfabrikant. Er komt meer interesse voor hoogwaardige meststoffen van organische herkomst, ook wordt duurzaamheid steeds meer omarmd door telers om de afzet op langere termijn te garanderen, merkt hij.
Inmiddels zijn er afnemers in Canada, Israël, Marokko, Finland, Griekenland en Frankrijk en ook in Oost-Europa is interesse. “En in Nederland is er inmiddels een handvol bedrijven dat onze meststof op beperkte schaal gebruikt, nadat Hoogeveen Plants vorig jaar als eerste afnemer deze stap zette.” Hij hoort van telers dat zij in de gewasontwikkeling totaal geen verschil zien met synthetisch geproduceerde meststoffen.

Hoogwaardige tuinbouwbemesting

In het procedé dat samen is ontwikkeld met het Amerikaanse bedrijf Pure Green wordt mest uit de veehouderij omgezet tot hoogwaardige bemesting voor de substraatteelt. Het vloeibare digestaat dat als een nauwelijks bruikbaar ‘eindproduct’ achterblijft uit een biogasvergister in Hardenberg vormt het uitgangsmateriaal voor het productieproces van Greenswitch. In deze methode wordt in een aantal innovatieve processtappen ammoniumstikstof uit mest gestript en omgezet naar een hoogwaardige vloeibare nitraatmeststof van organische oorsprong. Er wordt onder meer een bioreactor gebruikt in het productieproces.

Energiekosten

De enorme stijging van de energiekosten hebben ook impact op het productieproces, aldus Van Oers. “Om die reden hebben we per processtap gekeken of deze ook met minder energiegebruik uit kan. Eén onderdeel is elektrodialyse waarbij de ongeconcentreerde stroom kaliumnitraat wordt geconcentreerd naar een oplossing. “Dat vraagt veel elektriciteit en dat onderdeel gaan we vervangen door een andere technologie.”
Momenteel overweegt het bedrijf om de capaciteit uit te breiden met een nieuwe bioreactor. “Naast productieverhoging kunnen we in een nieuwe reactor ook de inmiddels geleerde lessen toepassen. De techniek ontwikkelt zich dus door, maar dat kost wel tijd. Het is soms drie stappen vooruit en twee terug bij dit soort baanbrekende innovaties.”

Ontwikkelingen in de markt

In hoeverre de toepassing van nitraatmeststoffen uit organische herkomst een grote vlucht neemt, hangt ook sterk af van de ontwikkelingen op de markt. “Dat is zeker zo belangrijk als de technische ontwikkeling. Het valt op dat het de voorlopers zijn onder de telers die voor deze meststoffen kiezen. Ondernemers die het verschil willen maken richting hun afnemers.”
Hij noemt potplantenkwekerij Bunnik Plants als voorbeeld, dat met alle salesmanagers een bezoek bracht aan de productielocatie van Greenswitch. “Die ondernemer vindt het belangrijk dat de mensen die hun planten aan de retail verkopen het verhaal van deze meststoffen begrijpen én kunnen overbrengen. Op die manier krijgt het ook een waarde in de markt van de eindafnemer.”

Prijsverschil

Op dit moment zijn de organische meststoffen nog een duurdere variant dan synthetisch geproduceerde meststoffen, beaamt Van Oers. Maar er zijn genoeg aanknopingspunten dat dit gat kleiner wordt, volgens hem. “Om dat te bereiken moet onder meer onze productie omhoog en het proces efficiënter worden. Ook kijken we naar uitbreiding van het assortiment met salpeterzuur. Dit kan ook als grondstof gebruikt worden voor de productie van nitraatmeststoffen.”
Ook de prijsstijgingen op de energiemarkt en grondstoffenmarkt kunnen van invloed zijn op de marktpositie. “Wij gebruiken nu nog kaliloog om onze kaliumnitraatmeststof te maken, maar die grondstof is recent juist veel duurder geworden. Daarom kijken we naar kalium van organische herkomst als bron voor onze productie.”

Tekst: Koen van Wijk