Telers zetten in op verhoogde weerbaarheid van hun gewassen tegen ziekten en plagen. Dit gebeurt zowel boven- als ondergronds met gunstige micro-organismen en/of biostimulanten. Een vroegtijdige inzet van middelen is van belang bij een preventieve benadering van gewasbescherming. Dat geldt met name voor micro-organismen die zich moeten vestigen in het wortelmilieu, zoals Trichoderma. Daarmee kun je het fundament onder IPM een stuk sterker maken.

Trichoderma is een symbiotische schimmel die zich vestigt op plantenwortels. In ruil voor suikers die de wortels afscheiden tijdens de opname van nutriënten concurreert hij met pathogene schimmels. Verder bevordert hij de ontwikkeling van fijne haarwortels, activeert hij het planteigen afweersysteem en maakt hij sommige voedingsstoffen beter opneembaar voor de plant. Verschillende bedrijven hebben preparaten met specifieke stammen ontwikkeld, die op steeds grotere schaal worden toegepast.

Toegelaten gewasbeschermingsmiddel

“Ze worden vooral gebruikt om ziekteverwekkers zoals Fusarium, Pythium en andere pathogenen te onderdrukken of zo je wilt te bestrijden”, licht Dylan Bondt, productmanager biopesticiden bij Biobest Nederland, toe. “Om die reden is er ook een reguliere toelating vereist als gewasbeschermingsmiddel. Het ontleent zijn werking echter niet aan een chemische stof, maar aan concurrentiekracht.”
Simpel gezegd komt het hier op neer: wortels die met succes gekoloniseerd zijn door (mycelium van) Trichoderma, zijn voor parasitaire schimmels niet langer toegankelijk. Ze vinden geen ruimte om te groeien en wortels te infecteren, hebben geen toegang meer tot voedsel en leggen daarom vroeg of laat het loodje. De overige positieve effecten van de symbiose zou je een prettige bijvangst kunnen noemen.

Starten in opkweekfase

“Trichodermaproducten zoals Asperello T34 Biocontrol kunnen uitstekend werken, mits ze de tijd en ruimte krijgen om zich op de wortels te vestigen”, vervolgt de productmanager. “Dat lukt het beste tijdens de opkweek en de start van een teelt. De ziektedruk is dan nog zeer laag en de schimmelgroei loopt min of meer gelijk op met de wortelontwikkeling. Pathogene schimmels hebben dan bijna geen kans meer om toe te slaan. Wanneer het desondanks toch gebeurt, zul je zien dat het om een geïsoleerde aantasting gaat die zich meestal niet uitbreidt. Zo gaat het ook in de natuur.”

Toepassing

Bondt adviseert om het product tijdens de opkweekfase één keer aan te gieten volgen de aanbevolen dosering, ongeacht het gewas of het substraat waarin de plant wortelt. Kort na het planten op het productiebedrijf dient de behandeling te worden herhaald.
“Bij steenwolteelten zou je het product ook mee kunnen geven bij het voldruppelen van de mat, dus nog voordat de plant begint in te wortelen”, vult hij aan. “Voorwaarde is wel dat de temperatuur tussen de 15 en 35ºC ligt. Wanneer je het met het gietwater meegeeft, moet je dat na de filterpassage doen.”
Volgens de productmanager zijn twee behandelingen tijdens de opkweek en kort na het planten wenselijk om een effectieve kolonisatie van de wortels door Trichoderma te realiseren Vervolgens is het belangrijk om de populatie op peil te houden. “Daarvoor raden wij na 8-12 weken een derde behandeling aan, zodat de symbiotische schimmel de overhand houdt. Als de eerste behandeling niet bij de opkweek maar direct na het planten plaatsvond, zou je dat al na 4-8 weken kunnen doen.”

Flinke toename

Volgens Bondt is de werking van het middel onlangs bevestigd in een vergelijkingsproef bij Wageningen University & Research in Bleiswijk, waar het wortelmilieu van jonge komkommerplanten (behandeld en onbehandeld) opzettelijk werd geïnfecteerd met respectievelijk Fusarium en Pythium. “Asperello deed het met 0% pythiumaantasting in die proef meer dan uitstekend.”

Tekst: Jan van Staalduinen